ECLI:NL:RBDHA:2021:14375

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
24 november 2021
Publicatiedatum
23 december 2021
Zaaknummer
C/09/605880 / FA RK 21-184
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verbetering van de akte van de burgerlijke stand met betrekking tot de geboortedatum van een geadopteerd kind uit Congo

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 24 november 2021 een beschikking gegeven over de verbetering van de geboorteakte van een minderjarige, geboren in de Democratische Republiek Congo en geadopteerd door Nederlandse ouders. Verzoekers, een gehuwd stel met de Nederlandse nationaliteit, hebben verzocht om de geboortedatum van hun geadopteerde dochter te corrigeren van 2005 naar 2003. Dit verzoek is ingediend omdat zij van mening zijn dat de geboortedatum opzettelijk verkeerd is weergegeven in de Congolese geboorteakte, om de kans op adoptie te vergroten. De rechtbank heeft kennisgenomen van verschillende stukken, waaronder verklaringen van de biologische moeder, een schooldocent en een kinderarts, die de stelling van de verzoekers ondersteunen dat de minderjarige ouder is dan in de akte vermeld.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de minderjarige, die in Nederland woont, lijdt onder de gevolgen van de onjuiste registratie van haar geboortedatum. De rechtbank heeft overwogen dat het belang van de minderjarige bij een correcte registratie zwaarder weegt dan het openbaar belang bij een betrouwbare registratie van persoonsgegevens. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat het verbeteren van de geboorteakte in de DRC een langdurig en onzeker proces zou zijn, wat schadelijk kan zijn voor de ontwikkeling van de minderjarige.

Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten het verzoek tot verbetering van de geboorteakte toe te wijzen, waarbij de geboortedatum van de minderjarige is aangepast van 2005 naar 2003. Deze beslissing is genomen in het belang van de minderjarige, die zich in Nederland op een passende manier moet kunnen ontwikkelen.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Enkelvoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 21-184
Zaaknummer: C/09/605880
Datum beschikking: 24 november 2021

Verbetering akte register burgerlijke stand

Beschikking op het op 13 januari 2021 ingekomen verzoekschrift van:

[X] en [Y]

verzoekers,
wonende te [woonplaats]
advocaat mr. L.R. Alstein te Dokkum.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente ’s-Gravenhage,
zetelend te ’s-Gravenhage,
de ambtenaar.

Procedure

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
  • het verzoekschrift, met bijlagen;
  • de brief van 22 februari 2021 van de ambtenaar;
  • het F9-formulier van 6 april 2021, met bijlage, van de zijde van verzoekers;
  • de brief van 22 juni 2021 van de ambtenaar;
  • het F9-formulier van 6 juli 2021 van de zijde van verzoekers.
De rechtbank heeft op 20 oktober 2021 een gesprek met de minderjarige [minderjarige] gehad.
Op 20 oktober 2021 is de zaak ter zitting van deze rechtbank behandeld. Hierbij zijn verschenen:
  • [X] , bijgestaan door haar advocaat;
  • de ambtenaar in de persoon van [naam ambtenaar]

Feiten

  • Verzoekers zijn met elkaar gehuwd en hebben de Nederlandse nationaliteit.
  • De rechtbank [plaats] heeft op 18 januari 2012 last aan de ambtenaar gegeven tot inschrijving van de geboorteakte opgemaakt op [datum] 2010 door de ambtenaar van de burgerlijke stand te [geboorteplaats mj] , Democratische Republiek Congo (DRC), nummer [nr. 2] /2010, bladzijde [nr. 3] , boekdeel I, relaterend de geboorte van [minderjarige] op [geboortedag mj] 2005 te [geboorteplaats mj] , DRC, als kind van [va mj] (vader) en [moe mj] (moeder), in zijn geboorteregister.
  • Op [datum] 2012, onder aktenummer [nr. akte] van het jaar 2012, heeft de ambtenaar uitvoering aan voormelde last gegeven.
  • Aan de akte met nummer [nr. akte] is op [datum] 2012 een latere vermelding gehecht, houdende een verklaring voor recht van de op [datum] 2010 door “Le Tribunal de Paix de [geboorteplaats mj] te [geboorteplaats mj] , DRC, uitgesproken adoptie (ingaande [datum] 2010) van de minderjarige door verzoekers, met vermelding dat de minderjarige blijkens de hiervoor vermelde uitspraak van 18 januari 2012 de geslachtsnaam “ [geslachtsnaam Y] ” heeft verkregen.
  • Aan de akte [nr. akte] is ook op [datum] 2012 een latere vermelding betreffende een op 18 januari 2012 door de rechtbank [plaats] uitgesproken voornaamswijziging gehecht, zodat de voornamen van de minderjarige zijn gewijzigd van “ [minderjarige] ” in “ [minderjarige] [aanvulling naam mj] ”.

Verzoek en verweer

Het verzoek strekt tot verbetering van de geboorteakte met nummer [nr. 1] van het jaar 2012, ingeschreven in het register van geboorten van de gemeente ’s-Gravenhage op [datum] 2012, in die zin dat de geboortedatum van de minderjarige wordt verbeterd van [geboortedag mj] 2005 in [geboortedag mj] 2003.
De ambtenaar heeft verweer gevoerd, welk verweer hierna – voor zover nodig – zal worden besproken.

Beoordeling

Rechtsmacht en toepasselijk recht
Nu verzoekers en de minderjarige in Nederland wonen, heeft de Nederlandse rechter rechtsmacht op grond van artikel 3 aanhef en onder a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Nu het verzoek strekt tot verbetering van een Nederlandse akte, is Nederlands recht van toepassing op het verzoek.
Inhoudelijk
Op grond van artikel 1:24 lid 1 BW kan aanvulling van een register van de burgerlijke stand met een daarin ontbrekende akte of latere vermelding, doorhaling van een daarin ten onrechte voorkomende akte of latere vermelding, of verbetering van een daarin voorkomende akte of latere vermelding die onvolledig is of een misslag bevat, op verzoek van belanghebbenden of van het openbaar ministerie worden gelast door de rechtbank.
Verzoekers stellen dat het geboortejaar van de minderjarige niet juist is. In de Congolese geboorteakte van de minderjarige is het geboortejaar van de minderjarige met opzet verkeerd weergegeven. Volgens verzoekers moet het geboortejaar van de minderjarige 2003 in plaats van 2005 zijn. Verzoekers menen dat zij deze stelling afdoende met stukken hebben onderbouwd. Zo hebben zij verklaringen overgelegd van de biologische moeder van [minderjarige] , van een medewerker van de middelbare school van [minderjarige] en van een kinderarts. Verzoekers stellen dat de geboortegegevens van [minderjarige] destijds opzettelijk zijn gemanipuleerd, zodat er een grotere kans zou bestaan op een match met de adoptiefouders. Dit komt volgens verzoekers vaker voor in DRC. [minderjarige] is bij haar adoptie door de Congolese autoriteiten voorgehouden dat zij moest (blijven) liegen over haar werkelijke leeftijd. Zij is in werkelijkheid twee jaar ouder dan vermeld staat op de geboorteakte, en vijf jaar ouder dan haar zusje. Zonder het onjuiste geboortejaar zou [minderjarige] niet geadopteerd zijn, en zou zij zou worden gescheiden van haar zusje. [minderjarige] heeft kort na haar adoptie de waarheid aan verzoekers verteld. Verzoekers hebben echter niet eerder een verzoek ingediend omdat hen werd verteld dat het bijna onmogelijk was om de geboortedatum aan te laten passen. Verzoekers stellen dat de officiële geboorteakte van [minderjarige] nooit boven water is gekomen. Wel heeft de biologische moeder van [minderjarige] een foto van een een ‘Certificat de naissance’ toegestuurd, waaruit volgt dat [minderjarige] geboren is op [geboortedag mj] 2003. Gelet op het feit dat het geboortejaar op instigatie van de autoriteiten verkeerd is weergegeven, valt niet te verwachten dat de Congolese autoriteiten bereid zullen zijn de geboorteakte van [minderjarige] te verbeteren of toe te zenden. De vrees van verzoekers is dat de gecorrigeerde akte per post ook niet zou aankomen. Volgens verzoekers heeft [minderjarige] er last van dat zij als een twee jaar jonger persoon door het leven moet gaan. Verzoekers stellen dat [minderjarige] ’s belang bij een verbetering van haar geboortejaar zwaarder zou moeten wegen dan het openbaar belang. Tot slot hebben verzoekers verwezen naar een vergelijkbare uitspraak van deze rechtbank (ECLI:NL:RBDHA:2016:418) waarin is vastgesteld dat dezelfde Congolese autoriteit ervoor heeft gezorgd dat bij het nichtje van [minderjarige] na een niet behoorlijk doorlopen procedure, een adoptie heeft plaatsgevonden.
De ambtenaar voert verweer en stelt zich – kort samengevat – op het standpunt dat geen sprake is van een onjuistheid in de akte die de verzochte verbetering zou rechtvaardigen. Door de rechtbank Leeuwarden is destijds een last gegeven tot inschrijving van de buitenlandse geboorteakte, waarbij een geboorteakte als brondocument is getoond waaruit de geboortedatum [geboortedag mj] 2005 volgde. Volgens de ambtenaar is niet bewezen dat 2003 het juiste geboortejaar van [minderjarige] is. Hiervoor is onvoldoende bewijs geleverd. De overgelegde kopie van het geboortecertificaat is vermoedelijk afgegeven door een ziekenhuis en is bovendien niet voorzien van de vereiste legalisatie. De verklaringen van de biologische moeder en de schooldocent zijn voor de ambtenaar niet doorslaggevend. Het openbaar belang verzet zich tegen een wijziging van een in een geboorteakte vermelde geboortedatum door een onzekere datum, aldus de ambtenaar. Het publiek belang is gebaat bij een betrouwbare registratie van persoonsgegevens in het register van de burgerlijke stand; dit belang is volgens de ambtenaar groter dan de door verzoekers gestelde, niet nader onderbouwde, schade die [minderjarige] zou kunnen ondervinden van handhaving van de geboortedatum van [geboortedag mj] 2005. Verder heeft de ambtenaar gesteld dat de genoemde uitspraak van deze rechtbank niet vergelijkbaar is met deze situatie, omdat verzoekers geen objectieve verklaringen van deskundigen hebben overgelegd waaruit blijkt dat middels DNA-onderzoek de verwantschap van de biologische moeder is vastgesteld. Evenmin is volgens de ambtenaar gebleken dat destijds sprake is geweest van een onbehoorlijke procedure in DRC.
Naar aanleiding van de inhoud van het dossier en hetgeen ter zitting is besproken overweegt de rechtbank het volgende. De rechtbank acht op basis van de stukken en wat verzoekers naar voren hebben gebracht voldoende aannemelijk dat de in de geboorteakte van [minderjarige] opgenomen geboortedatum niet juist is. In de door verzoekers geproduceerde stukken vindt de rechtbank sterke aanwijzingen dat de leeftijd van [minderjarige] zich eerder rond de 18 jaar dan rond de 16 jaar bevindt. Zo verklaart een docente van [minderjarige] dat zij veel verder was in haar ontwikkeling dan leeftijdsgenootjes en dat zij altijd aansluiting zocht bij oudere leerlingen en blijkt uit de verklaring van de kinderarts dat [minderjarige] ouder oogde dan haar (destijds) acht jaar en zeven maanden. Bij een handonderzoek is haar skeletleeftijd vervolgens vastgesteld op tien jaar en zes maanden, waarna de kinderarts in overleg met verzoekers is overgegaan tot verstrekking van hormoontherapie. Ook vindt de rechtbank op basis van de verklaring van verzoekster daarover ter zitting voldoende aannemelijk geworden dat [minderjarige] is opgedragen in de adoptieprocedure te liegen over haar leeftijd, zodat zij voor adoptie in aanmerking zou komen samen met haar zusje.
[minderjarige] heeft in haar gesprek met de rechtbank verklaard dat zij op school nooit aansluiting heeft kunnen vinden bij haar klasgenoten, omdat zij twee jaar ouder was. Zij ging altijd met oudere kinderen om. [minderjarige] is eerder naar het MBO gegaan, omdat zij zich daar – onder leeftijdsgenoten – meer op haar plek voelde. Daarnaast heeft zij nooit haar verjaardag willen vieren, omdat zij dit als lastig ervaarde. [minderjarige] heeft verder verteld dat naar aanleiding van het onderzoek van de kinderarts hormoonremmers zijn ingezet. [minderjarige] heeft hier veel verdriet van, omdat dit niet nodig was geweest als uitgegaan was van haar juiste leeftijd.
Hetgeen [minderjarige] bij de rechtbank naar voren heeft gebracht is in lijn met al hetgeen verzoekers hebben aangevoerd. Haar verklaring maakt een authentieke en oprechte indruk. Ook overweegt de rechtbank dat niet gebleken is van enig ander belang bij verzoekers of bij [minderjarige] zelf bij het onderhavige verzoek dan het belang als door verzoekers verwoord.
In beginsel zou de geboorteakte van [minderjarige] in DRC verbeterd moeten worden, voordat een aanpassing van de geboortegegevens van [minderjarige] in de Nederlandse registers plaatsvindt. Echter, ter zitting en tijdens het gesprek met [minderjarige] is naar het oordeel van de rechtbank in voldoende mate gebleken dat [minderjarige] zowel in haar mentale als haar lichamelijke ontwikkeling lijdt onder de omstandigheid dat zij jonger is geregistreerd dan zij er uit ziet en dan hoe zij zich voelt. Een procedure tot verbetering van de geboorteakte in DRC zal lange tijd in beslag nemen, waarbij bovendien terecht de vraag is opgeworpen of deze procedure tot aanpassing van de geboortedatum zal kunnen leiden. Dit tijdsverloop en de onzekere uitkomst kan naar het oordeel van de rechtbank schadelijk zijn voor de ontwikkeling van [minderjarige] .
De rechtbank is van oordeel dat het onderhavige geval van uitzonderlijke aard is, en dat gelet op de bijzondere omstandigheden van het geval het belang van [minderjarige] en de wijze waarop zij zich in Nederland op passende wijze kan ontwikkelen, de doorslag moeten geven, te meer indien wordt meegewogen dat naar het oordeel van de rechtbank het openbaar belang niet direct wordt geschaad door een wijziging van het geboortejaar van deze minderjarige.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot het oordeel dat het verzoek tot verbetering van de akte van inschrijving van de geboorteakte van [minderjarige] , zoals verzocht, toewijsbaar is.
De rechtbank zal, gelet op het voorgaande, het verzoek als volgt toewijzen.

Beslissing

De rechtbank:
gelast de verbetering van de akte, nummer [nr. akte] , van het jaar 2012, voorkomend in het register van geboorten van de gemeente ‘s-Gravenhage, in die zin dat in deze akte de dag van geboorte van het kind wordt verbeterd van [geboortedag mj] -2005 in [geboortedag mj] 2003.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.T.W. van Ravenstein, rechter, tevens kinderrechter, tot stand gekomen in samenwerking met mr. M.I. Noordegraaf, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 24 november 2021.