5.5Verweerder stelt verder in het bestreden besluit dat eiser in Ghana kan worden opgevangen door familieleden, waarbij verweerder onder meer eisers oma, vader en moeder benoemt. Dat zij niet voor eiser kunnen zorgen, is volgens verweerder door eiser niet onderbouwd. Omdat sprake is van een belastend besluit is de rechtbank echter van oordeel dat het op de weg van verweerder had gelegen om nader onderzoek te verrichten naar de mogelijkheden voor opvang van eiser door familieleden in Ghana. Dit is niet aan eiser of het Nidos, die als doel heeft om eiser te beschermen en zijn belangen te behartigen. Dit geldt temeer nu sprake is van een kwetsbare inmiddels net volwassen jongen. Naar het oordeel van de rechtbank gaat verweerder ook te makkelijk voorbij aan de feiten. Eisers moeder heeft hem achtergelaten zonder te laten weten waar zij naar toe is gegaan. Het Nidos heeft meermalen geprobeerd contact op te nemen met eisers moeder, maar dit is niet gelukt. Ook heeft eisers moeder geen contact opgenomen met de Nederlandse autoriteiten om in contact te komen met eiser of informatie over hem in te winnen. Waar verweerder op baseert dat zij in Ghana verblijft en dat zij eiser ondersteuning zou kunnen bieden, is de rechtbank dan ook niet duidelijk. Verder is de verblijfplaats van eisers oma onbekend en heeft eiser al jaren geen contact meer met haar gehad. Bovendien is onduidelijk wat de status is van haar gezondheid en of zij nog in leven is. Ook heeft eiser al een lange periode geen contact met zijn vader. Zijn vader heeft in eisers jeugd niet voor hem gezorgd en hij zag hem slechts af en toe. Ook van zijn vader weet eiser niet waar hij verblijft. In het besluit staat vermeld dat bij verweerder wel een adres bekend is, maar daar heeft verweerder niets mee gedaan. De verwijzing naar foto’s waar volgens verweerder familieleden op staan, leidt, anders dan verweerder meent, ook niet tot het oordeel dat er opvang is voor eiser. Gelet op deze omstandigheden heeft verweerder niet zonder nader onderzoek kunnen stellen dat eiser in Ghana kan worden opgevangen door familieleden.
7. Het beroep is gegrond en de rechtbank vernietigt het bestreden besluit wegens strijd met artikel 3:2 en artikel 7:12, eerste lid, van de Awb. Gelet op de aard van het gebrek ziet de rechtbank geen aanleiding om het geschil finaal te beslechten. Verweerder zal daarom een nieuw besluit moeten nemen met inachtneming van deze uitspraak. De rechtbank stelt hiervoor een termijn van zes weken.
Ten aanzien van het verzoek om een voorlopige voorziening
8. De gevraagde voorziening strekt ertoe de uitzetting te verbieden totdat is beslist op het beroep. In het onderhavige geval is er geen aanleiding tot het treffen van de gevraagde voorziening, gelet op het feit dat de rechtbank heden op het beroep heeft beslist.
Ten aanzien van het beroep en het verzoek om een voorlopige voorziening
9. Omdat de rechtbank het beroep gegrond verklaart, bepaalt de rechtbank dat verweerder aan eiser het door hem betaalde griffierecht vergoedt.
10. De rechtbank veroordeelt verweerder in de door eiser gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 2.244,- (1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 punt voor het indienen van het verzoekschrift en 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 748,- en een wegingsfactor 1).