Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummeraanduiding]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 juli 2020 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een eiser, die stelt de Ecuadoraanse nationaliteit te bezitten. De maatregel van bewaring was opgelegd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 30 juni 2020, op basis van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, dat tevens als verzoek om schadevergoeding moet worden aangemerkt. Op 9 juli 2020 heeft de verweerder de maatregel van bewaring opgeheven, waardoor de rechtbank zich moest buigen over de vraag of eiser recht heeft op schadevergoeding voor de periode waarin de bewaring onrechtmatig zou zijn geweest.
Tijdens de zitting op 13 juli 2020 heeft de gemachtigde van eiser aangegeven zich te refereren aan het oordeel van de rechtbank over de rechtmatigheid van de maatregel, zonder gronden van beroep in te dienen. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen aanleiding is om het beroep gegrond te verklaren. De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is en wijst het verzoek om schadevergoeding af. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op 15 juli 2020, en tegen deze uitspraak kan binnen één week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.