Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 16 juli 2020 in de zaak tussen
[eiseres] , eiseres, V-nummer [V-nummer]
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Echter heeft de rechtbank geoordeeld (r.o. 6.2) dat uit artikel 14, derde lid, van de Verblijfsrichtlijn, gelezen in samenhang met punt 16 van de considerans van de Verblijfsrichtlijn, volgt dat het beroep van eiseres op het sociale bijstandsstelsel, niet automatisch tot een verwijderingsmaatregel aanleiding mag geven, en dat verweerder moet onderzoeken of eiseres een onredelijke belasting voor het sociale bijstandsstelsel vormt en of tot verwijdering kan worden overgegaan. De rechtbank heeft het beroep in zoverre gegrond geacht. Aan wat eiseres verder nog heeft aangevoerd is de rechtbank niet aan toe gekomen (r.o. 7). De rechtbank heeft het besluit van 29 januari 2018 vernietigd en verweerder opgedragen opnieuw op het bezwaar te beslissen met inachtneming van deze uitspraak.