Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
voor zover het gezin reeds in het land van herkomst bestond, de volgende leden van het gezin van de verzoeker die op het grondgebied van de lidstaten aanwezig zijn: de echtgenoot van de verzoeker of de niet-gehuwde partner met wie een duurzame relatie wordt onderhouden,(…)”. Onbestreden is dat de relatie tussen eiser en zijn gestelde partner nog niet bestond in het land van herkomst. Verweerder heeft eiser dan ook terecht niet als gezinslid in de zin van artikel 2, aanhef en onder g, van de Dublinverordening aangemerkt. De door eiser overgelegde kopie van de huwelijksakte met de registratiedatum van 23 november 2019 kan, nog los van de vraag of er daadwerkelijk sprake is van een huwelijk of een duurzame relatie, hieraan niet afdoen. Verweerder heeft zich daarom ook terecht op het standpunt gesteld dat eiser als alleenstaande niet is aan te merken als een bijzonder kwetsbare asielzoeker, als bedoeld in het Tarakhel-arrest [6] .