ECLI:NL:RBDHA:2020:5117

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
8 juni 2020
Publicatiedatum
10 juni 2020
Zaaknummer
AWB - 20 _ 444 e.a.
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening en toekenning van zaaknummers in bestuursrechtelijke procedures

Op 8 juni 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker een voorlopige voorziening vroeg vanwege het niet tijdig beslissen op zijn aanvragen om bijzondere bijstand en andere gerelateerde verzoeken. Verzoeker stelde dat hij een spoedeisend belang had, omdat de openbare verkoop van zijn woning gepland stond op 20 april 2020. Hij verzocht om een voorlopige voorziening om een verbeurde dwangsom toe te kennen en om de achterstand op zijn hypotheek te voldoen. De voorzieningenrechter overwoog dat het spoedeisend belang inmiddels was komen te vervallen, omdat de veilingdatum was verstreken en er geen concrete datum voor een toekomstige veiling was genoemd. De voorzieningenrechter oordeelde dat verzoeker niet in een financiële noodsituatie was geraakt door het te laat beslissen van de verweerder. De verzoeken om een voorlopige voorziening werden afgewezen en de verzoeken om zaaknummers toe te kennen werden niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. J.P. Brand, en is gepubliceerd op rechtspraak.nl.

Uitspraak

Rechtbank DEN Haag

Bestuursrecht
zaaknummers: SGR 20/3346, SGR 20/3149, SGR 20/3151, SGR 20/3155, SGR 20/3160, SGR 20/3163, SGR 20/3168, SGR 20/3170, SGR 20/3173, SGR 20/3187, SGR 20/3189, SGR 20/3341, SGR 20/3219, SGR 20/3217, SGR 20/3212, SGR 20/3210, SGR 20/3206, SGR 20/3204, SGR 20/3201, SGR 20/3198, SGR 20/3194, SGR 20/3349, SGR 20/3352, SGR 20/3354, SGR 20/3357, SGR 20/3361, SGR 20/3363, SGR 20/3365
uitspraak van de voorzieningenrechter van 8 juni 2020 op de verzoeken om een voorlopige voorziening van

[verzoeker] , te [woonplaats] , verzoeker,

tegen
het dagelijks bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst (ISD) Bollenstreek, verweerder
(gemachtigde: mr. D.F. Rosenbaum).

Procesverloop

Verzoeker heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn aanvragen om bijzondere bijstand voor de kosten van het griffierecht, de herziening van een besluit omtrent bijzondere bijstand voor de kosten van het griffierecht, de eigen bijdrage voor een advocaat, een terugvordering woonkostentoeslag en een weigering om een correctie van een verrekening uit te voeren, in de zaken die zijn opgenomen in de bij deze uitspraak behorende Bijlage, welke van deze uitspraak deel uitmaakt.
Connex aan deze beroepen heeft verzoeker de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen in de zaken die eveneens zijn opgenomen in de bij deze uitspraak behorende Bijlage, welke van deze uitspraak deel uitmaakt.
Op 9 april 2020 heeft verzoeker verzocht om aan de in de Bijlage vermelde zaken zaaknummers toe te kennen.
Op 23 april 2020 heeft verzoeker een herhaald verzoek gedaan om aan de in de Bijlage vermelde zaken zaaknummers toe te kennen, en deze zaken op zeer korte termijn te behandelen.
De voorzieningenrechter doet heden uitspraak in de in de kop van deze uitspraak vermelde voorlopige voorzieningen, welke zaken eveneens in de Bijlage bij deze uitspraak in de kolom ‘Voorlopige voorziening’ zijn vermeld.

Overwegingen

1. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en bindt de rechtbank in de bodemgedingen niet.
2.1
Indien tegen een besluit bij de bestuursrechter beroep is ingesteld, kan de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is in de hoofdzaak op grond van artikel 8:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist. 2.2 Artikel 8:83, derde lid, van de Awb bepaalt dat de voorzieningenrechter uitspraak kan doen zonder dat partijen worden uitgenodigd om op een zitting te verschijnen, indien hij kennelijk onbevoegd is of het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of kennelijk gegrond is. De voorzieningenrechter ziet aanleiding om van deze bevoegdheid gebruik te maken.
3. Verzoeker stelt dat hij een spoedeisend belang heeft bij de verzoeken om een voorlopige voorziening omdat de openbare verkoop (veiling) van zijn woning onherroepelijk gepland staat op 20 april 2020. Verzoeker stelt daarover letterlijk: “Vooruitlopend op de behandeling van dit beroep verzoek ik hierbij om mij middels een voorlopige voorziening (zonder zitting) deze door de ISD Bollenstreek verbeurde (maximale) dwangsom toe te kennen en ook toe te zien op (tijdige) uitbetaling hiervan. De reden voor mijn verzoek is dat mijn woning op 20 april 2020 openbaar verkocht (geveild) zal worden. In de bijlagen (zie bijlage veiling) vindt u het exploot van de deurwaarder voor deze veiling, de wijziging van de veilingdatum van 16 maart 2020 naar 20 april 2020 en de mededeling van het veilinghuis dat deze veiling op 20 april 2020 onherroepelijk doorgaat. Om dit te voorkomen dien ik voor die datum de achterstand op mijn hypotheek te voldoen, die inclusief de kosten van de notaris momenteel ruim 15.000 euro bedraagt (zie bijlage kostenopgave). Het toekennen van de (maximaal) verbeurde dwangsom kan derhalve niet wachten op de behandeling van mijn beroep, omdat mijn woning dan al verkocht zal zijn.”
4. Op 9 april 2020 heeft verzoeker aanvullend verzocht, en de voorzieningenrechter citeert:
”Hierbij wil ik u vriendelijk verzoeken om zaaknummers toe te kennen aan de onderstaande, in de afgelopen periode door mij ingediende beroepsprocedures wegens het niet nemen van een beslissing op aanvraag/bezwaar door een overheidsinstantie, evenals aan de (hieraan gekoppelde) verzoeken om een voorlopige voorziening vanwege de nog steeds dreigende Openbare verkoop (veiling) van mijn woning. Tevens verzoek ik u uiteraard om deze zaken in behandeling te nemen.
Volledigheidshalve merk ik op dat een aantal van deze procedures en verzoeken al meer dan ZES WEKEN GELEDEN zijn ingediend, zonder dat ik hierover tot op heden enige informatie/communicatie heb mogen ontvangen. Ondanks de omstandigheden door de corona-crisis wekt dit de indruk dat er administratief bij de Rechtbank Den Haag (wederom) iets niet goed gaat.
Documentnummer: 200226-09531311-1
Documentnummer: 200226-10030929-1
Documentnummer: 200226-10143660-1
Documentnummer: 200226-1 0240058-1
Documentnummer: 200226-10302973-1
Documentnummer: 200226-1 0365240-1
Documentnummer: 200227-1 1523448-1
Documentnummer: 200227-11573388-1
Documentnummer: 200227-12035806-1
Documentnummer: 200227-12093473-1
Documentnummer: 200227-12145816-1
Documentnummer: 200227-12302892-1
Documentnummer: 200227-12400797-1
Documentnummer: 200228-06365438-1
Documentnummer: 200228-06422391-1
Documentnummer: 200228-06485353-1
Documentnummer: 200228-06560847-1
Documentnummer: 200228-07061694-1
Documentnummer: 200307-08415152-2
Documentnummer: 200307-08504846-2
Documentnummer: 200307-08581134-2
Documentnummer: 200307-09051284-2
Documentnummer: 200307-09 1535 87-2
Documentnummer: 200307-09281222-2
Documentnummer: 200308-08163081-2
Documentnummer: 200308-08224261-2
Documentnummer: 200308-08292078-2
Documentnummer: 200308-08360088-2
Documentnummer: 200308-08424142-2
Documentnummer: 200308-08504748-2
Documentnummer: 200308-08580051-2
Documentnummer: 200308-09205927-2
Documentnummer: 200308-09265816-2
Documentnummer: 200308-09325949-2
Documentnummer: 200308-09391282-2
Documentnummer: 200308-09465673-2
Documentnummer: 200330-09360845-1
Documentnummer: 200330-09424800-1
Documentnummer: 200330-09530597-1
Documentnummer: 200330-10010037-1
Documentnummer: 200330-10155183-1
Documentnummer: 200330-10231054-1
Documentnummer: 200330-1 0325512-1
Documentnummer: 200330-10385650-1
Documentnummer: 200330-10444665-1
Documentnummer: 200330-10510022-1
Documentnummer: 200401-14474279-2
Documentnummer: 200401-14563763-2
Documentnummer: 200401-15075443-2
Documentnummer: 200401-15153744-2
Documentnummer: 200401-1 5265962-2
Documentnummer: 200401-15391370-2
Documentnummer: 200401-15494001-2
Documentnummer: 200401-15591069-2
Documentnummer: 200401-16134166-2
Documentnummer: 200401-1621 1071-2”
5. Op 29 april 2020 heeft verzoeker aanvullend letterlijk het volgende geschreven: “Op 9 april 2020 heb ik u vriendelijk verzocht om zaaknummers toe te kennen aan de onderstaande, in de afgelopen periode door mij ingediende beroepsprocedures wegens het niet nemen van een beslissing op aanvraag/bezwaar door een overheidsinstantie, evenals aan de (hieraan gekoppelde) verzoeken om een voorlopige voorziening vanwege de nog steeds dreigende openbare verkoop (veiling) van mijn woning. Tevens heb ik verzocht om deze zaken in behandeling te nemen.
Ik stel vast dat hierop wederom geen enkele reactie is gekomen, ondanks dat voor een aantal van deze procedures en verzoeken geldt dat deze inmiddels al meer dan ACHT WEKEN GELEDEN zijn ingediend. Ik begrijp dat de omstandigheden door de corona-crisis bijzonder zijn, maar stel mij op het standpunt dat het uitblijven van zelfs maar de zaaknummers, nog los van het feit dat een deel van deze procedures verzoeken om voorlopige voorzieningen betreffen, VOLSTREKT ONACCEPTABEL is. Hierbij doe ik dan ook een herhaald verzoek om zaaknummers toe te kennen aan de onderstaande beroepsprocedures en de (hieraan gekoppelde) verzoeken om een voorlopige voorziening én, belangrijker nog, om de verzoeken om een voorlopige voorziening op
zeer korte termijn te behandelen.
Documentnummer: 200226-09531311-1
Documentnummer: 200226-1 0030929-1
Documentnummer: 200226-1 0143660-1
Documentnummer: 200226-1 0240058-1
Documentnummer: 200226-1 0302973-1
Documentnummer: 200226-1 0365240-1
Documentnummer: 200227-11523448-1
Documentnummer: 200409-06045994-3
Documentnummer: 200227-11573388-1
Documentnummer: 200227-12035806-1
Documentnummer: 200227-12093473-1
Documentnummer: 200227-12145816-1
Documentnummer: 200227-1 2302892-1
Documentnummer: 200227-1 2400797-1
Documentnummer: 200228-06365438-1
Documentnummer: 200228-06422391-1
Documentnummer: 200228-06485353-1
Documentnummer: 200228-06560847-1
Documentnummer: 200228-0706 1 694-1
Documentnummer: 200307-08415152-2
Documentnummer: 200307-08504846-2
Documentnummer: 200307-08581134-2
Documentnummer: 200307-09051284-2
Documentnummer: 200307-091 53587-2
Documentnummer: 200307-09281222-2
Documentnummer: 200308-08163081-2
Documentnummer: 200308-08224261-2
Documentnummer: 200308-08292078-2
Documentnummer: 200308-08360088-2
Documentnummer: 200308-084241 42-2
Documentnummer: 200308-08504748-2
Documentnummer: 200308-08580051-2
Documentnummer: 200308-09205927-2
Documentnummer: 200308-0926581 6-2
Documentnummer: 200308-09325949-2
Documentnummer: 200308-09391282-2
Documentnummer: 200308-09465673-2
Documentnummer: 200330-09360845-1
Documentnummer: 200330-09424800-1
Documentnummer: 200330-09530597-1
Documentnummer: 200330-10010037-1
Documentnummer: 200330-10155183-1
Documentnummer: 200330-10231054-1
Documentnummer: 200330-10325512-1
Documentnummer: 200330-1 0385650-1
Documentnummer: 200330-1 0444665-1
Documentnummer: 200330-10510022-1
Documentnummer: 200401-14474279-2
Documentnummer: 200401-14563763-2
Documentnummer: 200401-15075443-2
Documentnummer: 200401-15153744-2
Documentnummer: 20040 1-1 5265962-2
Documentnummer: 200401-15391370-2
Documentnummer: 200401-15494001-2
Documentnummer: 200401-15591069-2
Documentnummer: 200401-16134166-2
Documentnummer: 200401-1621 1071-2”
6. De voorzieningenrechter overweegt allereerst dat een verzoek om aan een ingediend verzoek- dan wel beroepschrift een zaaknummer toe te kennen geen rechtens te respecteren belang is gemoeid. Het gaat daarbij immers om een feitelijke administratieve handeling. Dat er aan zaken nog geen zaaknummers zijn toegekend, maakt niet dat verzoeker wordt belemmerd in zijn processuele mogelijkheden, anders dan dat het toekennen van zaaknummers mogelijk handig is voor verzoekers persoonlijke administratie, gelet op de talloze verzoeken en beroepen die verzoeker inmiddels bij de rechtbank heeft ingediend. Voor de goede orde zijn hierboven de nummers die verzoeker kennelijk in zijn persoonlijke administratie gebruikt, weergegeven. Daarbij komt dat de zaaknummers inmiddels zijn toegekend, zoals moge blijken uit deze uitspraak, zodat - als er al sprake zou zijn van enig procesbelang - dat inmiddels is komen te vervallen. De verzoeken zijn op dit punt niet ontvankelijk.
7. De voorzieningenrechter stelt voorop dat een financieel belang op zichzelf geen reden vormt voor het treffen van een voorlopige voorziening. Voor het treffen van een voorlopige voorziening zal echter niettemin aanleiding kunnen bestaan indien aannemelijk is dat verzoeker als gevolg van het te laat beslissen door verweerder in een (financiële) noodsituatie geraakt voordat de rechtbank in de bodemgedingen uitspraak heeft kunnen doen.
8. De datum 20 april 2020 is inmiddels verstreken. Verzoeker noemt in zijn aanvullende gronden van 29 april 2020 deze datum ook niet meer. Uit openbare bronnen [1] is de voorzieningenrechter gebleken dat de Minister voor Milieu en Wonen, hypotheekverstrekkers en woonpartijen (Nederlandse Vereniging van Banken, het Verbond van Verzekeraars, Nationale Hypotheekgarantie en Vereniging Eigen Huis) afspraken hebben gemaakt om ervoor te zorgen dat huiseigenaren niet op straat komen te staan ten tijde van de coronacrisis. Hypotheekverstrekkers zoeken met huiseigenaren naar oplossingen en gaan in deze periode niet over tot gedwongen verkopen van woningen. Zij hebben afgesproken dat ten minste tot 1 juli 2020 niet zal worden overgegaan tot gedwongen verkopen van woningen, tenzij er sprake is van bijvoorbeeld criminele activiteiten zoals fraude, wietteelt en/of het onderhouden van een drugslab. Dit blijkt uit het ‘Gezamenlijk statement hypotheekverstrekkers over gedwongen verkopen tijdens de Coronacrisis’ van 7 april 2020.
9. De voorzieningenrechter is van oordeel dat spoedeisend belang bij de gevraagde voorlopige voorzieningen is komen te ontbreken. Niet is zeker of de openbare verkoop nog zal plaatsvinden, nu de onherroepelijke veilingdatum van 20 april 2020 is verstreken zonder dat de veiling heeft plaatsgevonden. Bovendien blijkt niet langer van een concrete datum voor een voorgenomen veiling in de afzienbare toekomst. Verzoeker heeft in zijn aanvullende gronden ook geen veilingdatum meer genoemd. Spoedeisendheid kan in deze voorlopige voorzieningenprocedures niet enkel worden aangenomen omdat op een onzekere datum in de toekomst mogelijk een openbare verkoop zal plaatsvinden.
10. Daarbij komt, zoals overwogen in punt 7, dat aannemelijk moet zijn dat verzoeker als gevolg van het te laat beslissen door verweerder in een financiële noodsituatie geraakt voordat de rechtbank in de bodemgedingen uitspraak heeft kunnen doen. Daarvan is niet gebleken. In de bodemzaken kan nog geen uitspraak gedaan worden. De voorzieningenrechter zal met het oog op het belang van verzoeker in dat verband bevorderen dat de behandeling van in de Bijlage (in de kolom ‘Beroepsprocedure’) genoemde aanhangige beroepen van verzoeker in het najaar van 2020 plaatsvindt.
11. De verzoeken zullen worden afgewezen.
12. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter:
  • verklaart de verzoeken om zaaknummers toe te kennen niet-ontvankelijk;
  • wijst de verzoeken om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is op 8 juni 2020 gedaan door mr. D.R. van der Meer, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. J.P. Brand, griffier. Als gevolg van de maatregelen rondom het coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Dat zal op een later moment alsnog gebeuren. Deze uitspraak wordt zo snel mogelijk gepubliceerd op www.rechtspraak.nl.
De griffier is niet in de gelegenheid
om deze uitspraak te tekenen
griffier voorzieningenrechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.

BIJLAGE

Beroepsprocedure
Voorlopige voorziening
Onderwerp
SGR 20/3343
SGR 20/3346
BB voor griffierecht
SGR 20/3146
SGR 20/3149
BB voor griffierecht
SGR 20/3150
SGR 20/3151
BB voor griffierecht
SGR 20/3153
SGR 20/3155
BB voor griffierecht
SGR 20/3159
SGR 20/3160
BB voor griffierecht
SGR 20/3162
SGR 20/3163
Terugvordering woonkostentoeslag
SGR 20/3167
SGR 20/3168
BB voor griffierecht
SGR 20/3169
SGR 20/3170
Herziening besluit omtrent BB voor griffierecht
SGR 20/3172
SGR 20/3173
Herziening besluit
SGR 20/3186
SGR 20/3187
BB voor griffierecht
SGR 20/3188
SGR 20/3189
BB voor griffierecht
SGR 20/3340
SGR 20/3341
BB voor griffierecht
SGR 20/3218
SGR 20/3219
BB voor griffierecht
SGR 20/3216
SGR 20/3217
BB voor griffierecht
SGR 20/3211
SGR 20/3212
BB voor griffierecht
SGR 20/3207
SGR 20/3210
BB voor griffierecht
SGR 20/3205
SGR 20/3206
BB voor griffierecht
SGR 20/3203
SGR 20/3204
BB voor griffierecht
SGR 20/3200
SGR 20/3201
BB voor griffierecht
SGR 20/3196
SGR 20/3198
BB voor griffierecht
SGR 20/3193
SGR 20/3194
BB voor griffierecht
SGR 20/3348
SGR 20/3349
BB voor griffierecht
SGR 20/3351
SGR 20/3352
Weigering correctie van een verrekening
SGR 20/3353
SGR 20/3354
BB voor griffierecht
SGR 20/3356
SGR 20/3357
BB voor griffierecht
SGR 20/3358
SGR 20/3361
BB voor griffierecht
SGR 20/3362
SGR 20/3363
BB voor griffierecht
SGR 20/3364
SGR 20/3365
EB voor een advocaat
Afkortingen
BB = bijzondere bijstand
EB = Eigen Bijdrage
SGR = Rechtbank Den Haag

Voetnoten

1.