ECLI:NL:RBDHA:2020:4346
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning van bijstandsuitkering en intrekking aanvraag onder druk
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 18 mei 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres en het college van burgemeester en wethouders van Zoetermeer over de toekenning van een bijstandsuitkering. Eiseres had op 11 december 2018 een aanvraag om bijstandsuitkering ingediend, maar trok deze aanvraag in na een gesprek op 24 januari 2019, waarin zij verklaarde dat haar ex-man nog bij haar verbleef. Op 4 februari 2019 diende zij opnieuw een aanvraag in. De rechtbank oordeelde dat de intrekking van de eerste aanvraag niet onder druk had plaatsgevonden en dat de ingangsdatum van de bijstandsuitkering terecht op 4 februari 2019 was vastgesteld. De rechtbank stelde vast dat eiseres niet voldoende had meegewerkt aan een huisbezoek, wat verweerder als reden aanvoerde om de bijstandsverlening te weigeren. Eiseres betoogde dat de ingangsdatum van de bijstandsuitkering op 11 december 2018 moest worden gesteld, maar de rechtbank oordeelde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die dit rechtvaardigden. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.