Uitspraak
Rechtbank Den HAAG
Internationale kinderontvoering – voorlopige voogdij
Beschikking op het op 27 januari 2020 ingekomen verzoek van:
[X] ,
[Y] ,
Procedure
- het verzoekschrift;
- de brief van 11 februari 2020, met bijlagen, van de zijde van de moeder;
- het op 12 februari 2020 ingekomen aanvullend verzoek, met bijlagen, van de zijde van de moeder.
Feiten
- De vader en de moeder zijn gehuwd geweest.
- Zij zijn de ouders van de volgende nog minderjarige kinderen:
- [naam minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2010 te [geboorteplaats 1] (hierna: [voornaam minderjarige 2] );
- [naam minderjarige 3] , geboren op [geboortedatum 3] 2014 te [geboorteplaats 2] , Zwitserland (hierna: [voornaam minderjarige 3] ).
- De ouders oefenen het gezamenlijk gezag over de minderjarigen uit.
- De vader, de moeder en de minderjarigen hebben de Nederlandse nationaliteit.
- Bij beslissing van [datum beslissing 1] 2019 heeft The District Court of [plaats 2] , [staat] – voor zover hier aan de orde – de echtscheiding tussen de ouders uitgesproken en is bepaald dat de minderjarigen iedere week van zondag 12.00 uur tot woensdag 17.00 uur bij de vader en van woensdag 17.00 uur tot zondag 12.00 uur bij de moeder zullen zijn.
- Bij beslissing van [datum beslissing 2] 2019 heeft The District Court of [plaats 2] , [staat] een (aanhoudings)bevel afgegeven om de kinderen aan de moeder af te leveren.
- De moeder heeft zich op [datum] 2020 gewend tot de Nederlandse Centrale Autoriteit (CA). De zaak is bij de CA geregistreerd onder IKO nr. [IKO nr.] .
Verzoek en verweer
- met toepassing van artikel 13 van de Uitvoeringswet internationale kinderontvoering (hierna: de Uitvoeringswet), de onmiddellijke terugkeer van de minderjarigen [voornaam minderjarige 1] , [voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] te bevelen, voor 1 maart 2020, of zoveel eerder als mogelijk is, althans de terugkeer van de minderjarigen voor een door de rechtbank in goede justitie te bepalen datum te bevelen, waarbij de vader de minderjarigen dient terug te brengen, dan wel, indien de vader nalaat de minderjarigen terug te brengen, te bepalen op welke datum de vader de minderjarigen met de benodigde reisdocumenten aan de moeder zal afgeven zodat zij de minderjarigen zelf mee terug kan nemen naar hun gewone verblijfplaats in [plaats 3] , de Verenigde Staten van Amerika;
- met veroordeling van de vader in de kosten die de moeder heeft moeten maken in verband met de ontvoering en teruggeleiding, waaronder haar reiskosten vanuit de Verenigde Staten van Amerika naar Nederland, haar verblijfskosten in Nederland, de griffierechten van de rechtbank, alsmede de kosten van haar procesvertegenwoordiging, nader op te maken bij staat;
Beoordeling
Beslissing
- [naam minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum 1] 2008 te [geboorteplaats 1] ;
- [naam minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2010 te [geboorteplaats 1] ;
- [naam minderjarige 3] , geboren op [geboortedatum 3] 2014 te [geboorteplaats 2] , Zwitserland;