In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 10 april 2020 uitspraak gedaan in een geschil over de verlening van omgevingsvergunningen voor de bouw van een showroom en een parkeergarage door het college van burgemeester en wethouders van Den Haag. De vergunninghoudster had op 31 maart 2017 een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van de bouw van een showroom annex bedrijfsruimte, de Audi Flagstore, en op 24 mei 2018 voor de bouw van een open parkeergarage. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verleende vergunningen niet in strijd zijn met het bestemmingsplan en dat de gemeente in redelijkheid van haar bevoegdheid om af te wijken van het bestemmingsplan gebruik heeft kunnen maken. De rechtbank heeft de beroepen van de eisers ongegrond verklaard, waarbij zij heeft overwogen dat de vergunninghoudster voldoende heeft aangetoond dat er behoefte is aan de ontwikkeling van de Audi Flagstore en dat de parkeergarage niet in strijd is met de geldende bestemmingsplanregels. De rechtbank heeft ook de argumenten van eisers over de impact op de parkeersituatie en de bescherming van Natura 2000-gebieden verworpen. De uitspraak is gedaan in het kader van bestuursrecht en omgevingsrecht, waarbij de rechtbank de beleidsruimte van de gemeente heeft gerespecteerd en de motivering van de besluiten als voldoende heeft beoordeeld.