Op 6 april 2020 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen de stichting Bewonersorganisatie Leidschenveen als eiseres en het college van burgemeester en wethouders van Den Haag als verweerder. De zaak betreft een omgevingsvergunning die op 6 november 2018 is verleend aan de vereniging The British School in the Netherlands voor het bouwen en wijzigen van een schoolgebouw aan de Vrouw Avenweg 640 in Den Haag. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, omdat zij van mening is dat de omgevingsvergunning geweigerd had moeten worden vanwege de slechte luchtkwaliteit in de omgeving van het schoolgebouw, dat zich binnen 300 meter van de rijksweg A12 bevindt. Eiseres stelt dat de luchtkwaliteitseisen niet zijn nageleefd en dat de GGD-adviezen onvoldoende zijn gemotiveerd.
Tijdens de zitting op 11 maart 2020 zijn verschillende partijen verschenen, waaronder de gemachtigde van eiseres en deskundigen. De rechtbank heeft overwogen of eiseres als belanghebbende kan worden aangemerkt en of het relativiteitsvereiste in de weg staat aan vernietiging van het bestreden besluit. De rechtbank concludeert dat eiseres belanghebbende is, maar dat de door haar ingeroepen luchtkwaliteitseisen niet strekken tot bescherming van haar belangen. De rechtbank oordeelt dat het beroep ongegrond is en dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan, maar niet op een openbare zitting vanwege coronamaatregelen.