Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 20 maart 2020 uitspraak gedaan over de vrijheidsontnemende maatregel die aan eiser, een Mexicaanse nationaliteit, was opgelegd op grond van artikel 6, derde lid, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser had beroep ingesteld tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat hem de maatregel had opgelegd. De rechtbank oordeelde dat de tijdelijke maatregelen ter bestrijding van het coronavirus geen aanleiding gaven om de vrijheidsontnemende maatregel op te heffen. Eiser had zijn nader gehoor gehad en een voornemen was uitgebracht, wat volgens de rechtbank voldoende was om de maatregel te handhaven. Eiser stelde dat hij niet in staat was om met zijn gemachtigde te overleggen, maar de rechtbank vond dat er alternatieven waren, zoals telefonisch of via Skype contact.
De rechtbank concludeerde dat de stellingen van eiser niet onderbouwd waren en dat de vrijheidsontnemende maatregel gerechtvaardigd bleef, gezien de lopende asielprocedure. De rechtbank wees het beroep van eiser af en ook het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen. De uitspraak benadrukt de noodzaak van de vrijheidsontnemende maatregel in het kader van de asielprocedure, ondanks de bijzondere omstandigheden van de coronamaatregelen.