Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 6 juni 2019 met producties;
- de conclusie van antwoord met producties;
- het tussenvonnis van 11 september 2019 waarbij een comparitie van partijen is bevolen;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen van 30 januari 2020 en de daarin vermelde stukken.
2.De feiten
3.Het geschil
- voor recht verklaart dat de arbeidsrelatie tussen [eiseres] en [A] moet worden gekwalificeerd als een arbeidsovereenkomst (mede) zoals omschreven in de polisvoorwaarden van de ziekteverzuimverzekeringsovereenkomst;
- voor recht verklaart dat Nationale Nederlanden op grond van de ziekteverzuimverzekeringsovereenkomst met [eiseres] ertoe is gehouden om tot uitkering aan [eiseres] over te gaan vanwege de ziekmelding van [A] ;
- Nationale Nederlanden veroordeelt tot betaling aan [eiseres] van het maximale verzekerde bedrag van € 125.000,- te vermeerderen met de werkgeverslasten, over het jaar 2018, alsook het bijbehorende bedrag vanaf 1 januari 2019 naar rato te bepalen, tot de dag dat de dienstbetrekking zal zijn geëindigd althans de dekking zal komen te vervallen, te vermeerderen met de wettelijke (handels)rente;
- Nationale Nederlanden veroordeelt in de proceskosten en de wettelijke rente daarover vanaf veertien dagen na dagtekening van het vonnis.
4.De beoordeling
sales, de
finance, het externe relatiebeheer en personeelsmanagement. [C] was operationeel verantwoordelijk. Dat deze taakverdeling neerkwam op een feitelijke gezagsverhouding, kan hieruit niet worden afgeleid. Dat [A] zelf werd aangestuurd door of instructies kreeg van een van de andere twee heren blijkt uit niets.
4.804,00(2,0 punten × tarief € 2.402,00)