ECLI:NL:RBDHA:2020:2595

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
6 maart 2020
Publicatiedatum
24 maart 2020
Zaaknummer
09/767061-17
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor identiteitsfraude, oplichting, gewoontewitwassen en deelname aan een criminele organisatie

Op 6 maart 2020 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tegen een 25-jarige man uit Arnhem, die werd beschuldigd van het op grote schaal medeplegen van identiteitsfraude, oplichtingen, gewoontewitwassen en deelname aan een criminele organisatie. De feiten vonden plaats tussen 1 oktober 2016 en 25 april 2017. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het medeplegen van identiteitsfraude door gebruik te maken van identiteitsbewijzen van 15 personen, het medeplegen van oplichting van 183 personen, gewoontewitwassen van € 126.355,77 en deelname aan een criminele organisatie. De rechtbank heeft ook meer dan 150 vorderingen van benadeelde partijen (gedeeltelijk) toegewezen. De verdachte en zijn medeverdachten maakten gebruik van advertenties op Marktplaats.nl om slachtoffers te misleiden, waarbij ze gebruik maakten van selfies met identiteitsbewijzen van eerdere slachtoffers om vertrouwen te wekken. De rechtbank concludeerde dat de verdachte samen met anderen een gestructureerd en duurzaam samenwerkingsverband had gevormd met het oogmerk om misdrijven te plegen.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Meervoudige strafkamer
Parketnummer: 09/767061-17
Datum uitspraak: 6 maart 2020
Tegenspraak
(Promisvonnis)
De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 1995 te [geboorteplaats] ,
BRP-adres: [adres 1] .

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 9 augustus 2017, 20 oktober 2017 (beiden pro forma), 10, 11 en 13 februari 2020 (inhoudelijk) en 21 februari 2020 (sluiting).
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. F.A. Kuipers en van hetgeen door de verdachte en zijn raadsman mr. Y. Moszkowicz naar voren is gebracht.
De officier van justitie heeft ter terechtzitting van 13 februari 2020 medegedeeld dat zij voornemens is een ontnemingsvordering als bedoeld in artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht aanhangig te maken.

2.De tenlastelegging

Verdachte wordt – na nadere omschrijving van de tenlastelegging- , kort samengevat, verweten dat hij zich schuldig heeft maakt aan:
  • onder feit 1: het medeplegen van identiteitsfraude door gebruik te maken van identiteitsbewijzen van 15 personen in de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017;
  • onder feit 2: het medeplegen van oplichting van 183 personen in de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017;
  • onder feit 3: het medeplegen van gewoontewitwassen althans witwassen althans schuldwitwassen van € 126.355,77 in de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017;
  • onder feit 4: het deelnemen aan een criminele organisatie in de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017;
De volledige tenlastelegging is integraal aangehecht als bijlage A en maakt onderdeel uit van dit vonnis.

3.Bewijsoverwegingen

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van alle ten laste gelegde feiten.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht de verdachte vrij te spreken van alle feiten bij gebreke van wettig, overtuigend en redengevend bewijs. In het navolgende zal op specifieke verweren nader worden ingegaan.
3.3
De beoordeling van de tenlastelegging [1]
3.3.1
Inleiding
3.3.1.1
Aanvang van het onderzoek
Op 27 oktober 2016 heeft [aangever 1] aangifte gedaan van oplichting en identiteitsfraude. [2] Hij had op Marktplaats.nl gereageerd op een advertentie waarbij een iPhone werd aangeboden. Hij heeft het overeengekomen bedrag betaald maar de iPhone niet ontvangen. Teneinde zijn betrouwbaarheid aan te tonen heeft [aangever 1] een foto van zijn rijbewijs en zijn politielegitimatiebewijs via WhatsApp naar de verkoper gestuurd. Kort daarna werd hij zelf benaderd door mensen die dachten dat zij via Marktplaats.nl bij hem goederen hadden gekocht. Die goederen waren wel betaald maar niet geleverd. Uiteindelijk blijken achtenvijftig personen aangifte te hebben gedaan van oplichting, door iemand die de naam en de identiteitsbewijzen van [aangever 1] gebruikte. [3]
3.3.1.2
Advertenties op Marktplaats.nl
De advertenties op Marktplaats.nl in deze zaak komen overeen voor wat betreft het (beperkte) aanbod van goederen (Playstation 4, iPhone 6, Samsung Galaxy, Apple Watch, Sonos Play 5, Go Pro), de gebruikte adressen van de verkoper (onder meer Breskens, Eede, Cadzand; steeds in een uithoek van het land, nagenoeg altijd Zeeuws-Vlaanderen) en het gegeven dat in de advertenties staat aangegeven dat geïnteresseerden (de latere slachtoffers) via sms of “
liefst even appen” contact kunnen opnemen met het opgegeven 06-nummer van de verkoper. [4] Een aantal maal wordt in de advertentie met betrekking tot het te koop aangeboden apparaat aangegeven: “
gekregen” “
gekregen als cadeau”, “
ontvangen na het verlengen van zakelijk abonnement” of “
het geluk gehad om te mogen winnen”. [5]
In de WhatsApp gesprekken tussen de verkoper en de koper werden door de verkoper daarnaast vaak de navolgende teksten gebruikt:
“waar woon je? (…) oei dat is aan de andere kant/best ver (…)wil hem vanmiddag ophalen hals u het goed vind (…) indien akkoord, kan ik vertrekken (…) ik ga zo de deur uit en u bent hier pas om 5 uur, kunt u morgenochtend? (…) ik zal hem zo aangetekend opsturen (…) ik kan je garanderen dat zodra het geld is overgeboekt ik het produkt op stuur met track en trace zodat u het kunt volgen op internet (….)”vaak gevolgd door
“Verder ben ik bereid een foto van mijn rijbewijs te sturen. Zodat je zeker weet dat ik het ben”danwel “
verder ben ik bereid een foto van mijn paspoort te sturen. Dat niet alleen. Ben ook bereid een foto te maken van mezelf (selfie) met mijn paspoort in de hand, zodat je zeker weet dat ik het ben” en
Ook komen mijn bankgegevens/id-gegevens overeen en weet je zeker dat het goed zit” [6]
en

we hebben ze gekregen als kado maar hoeven ze niet [7]
en

hey, ben er weer. Het duurde even maar het is me gelukt. (…) Ik moest plotseling een dubbele dienst draaien (…) Heb mijn manlief even aangesproken (…) dit is de track en trace code. Post is al opgehaald bij het postkantoor helaas. Hij is pas na 5 uur verstuurd dus hou er rekening mee dat het even duurt voor postNL de code herkent en registreert [8]
en

hallo ik heb helaas slecht nieuws. Ik was na het werken bij het postkantoor aangekomen, bleken ze al om 17:00u dicht te zijn. Het wordt morgen ruim voor 17:00u verzonden. Het spijt mij heel erg [9]
en

ik heb het mijn zoon/dochter laten versturen omdat ik het niet zou redden ivm werk [10]
en

we hebben hem kado gekregen”. [11]
Kopers hebben tevens verklaard dat de profielfoto van Whatsapp , die de verkoper gebruikte, overeenkwam met de foto op het rijbewijs dan wel met de profielfoto van het account op Facebook op naam van de betreffende verkoper. [12]
Als kopers vroegen waarom niet gebeld kon worden werd vaak geantwoord met de tekst:
“Ik kan helaas nog niet bellen, heb een nieuwe abonnement. Had daarbij een nieuwe simkaart bij gekregen, maar die is nog niet geactiveerd, vandaar dat ik nog geen gebruik kan maken van mijn mobiel netwerk.” [13]
Uit het voorgaande leidt de rechtbank het volgende af:
De verkoper/oplichter reageerde altijd via WhatsApp als de koper contact zocht met het in de advertentie opgegeven mobiele nummer. In eerste instantie was ophalen en opsturen van het apparaat mogelijk. Echter als de koper koos voor ophalen werd het door de verkoper zo gedraaid dat het wel heel ver weg was en/of dat een afspraak niet mogelijk was. Vervolgens werd het vertrouwen van de koper gewonnen door het sturen van een (selfie met een) identiteitsbewijs en door het gebruik van een gelijkende profielfoto op WhatsApp . Na ontvangst van de betaling bleef de verkoper enige tijd bereikbaar voor de koper en kreeg de koper een valse track en trace code. Vervolgens was de verkoper niet meer bereikbaar. Geen van de kopers ontving het gekochte product.
3.3.1.3
Identiteitsfraude
Bij alle oplichtingen werd door de verkoper gebruik gemaakt van de identiteit van kopers die in nagenoeg alle gevallen, net als [aangever 1] , vlak daarvoor bij een aankoop via Marktplaats.nl zelf waren opgelicht en die toen – om hun betrouwbaarheid aan te tonen – aan de verkoper via WhatsApp een (selfie met) hun identiteitsbewijs hadden gestuurd. Van deze (selfies met) identiteitsbewijzen maakte de verkoper vervolgens gebruik om het vertrouwen van de volgende koper te winnen, zodat die koper wist met wie hij te doen had. In het onderzoek van de politie is de identiteit van meer dan twintig personen op deze manier misbruikt.
3.3.1.4
Bankrekeningen
Alle kopers hebben geld overgemaakt naar een bankrekening die door de verkoper werd opgegeven. Uit onderzoek blijkt dat bij de oplichtingen gebruik is gemaakt van vierenveertig verschillende bankrekeningnummers. Eenenveertig van deze rekeningen werden aangehouden bij de ING , twee bij de ABN Amro en één bij de SNS Bank . [14] Deze rekeningnummers werden korte tijd gebruikt en de daarop gestorte gelden werden gedurende de dagen dat de rekeningen actief waren, op een enkele uitzondering na, contant opgenomen bij geldautomaten en casino’s in Amsterdam. [15] De bankrekeningen stonden, voor zover deze door de politie zijn onderzocht, op naam van personen geboren in verschillende Oostbloklanden. Uit de verhoren van een aantal van hen als getuige, blijkt dat zij korte tijd in Nederland zijn geweest en toen bankrekeningen hebben geopend en de daarbij behorende pasjes en pincode hebben afgestaan aan een in dit onderzoek verder onbekend gebleven man. [16]
3.3.1.5
IMEI-nummers
[aangever 1] heeft met de verkoper contact gehad via het telefoonnummer [telefoonnummer 1] . [17] Uit de historische gegevens blijkt dat de simkaart met dit nummer heeft gezeten in een telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] . [18] Uit onderzoek blijkt verder dat door de verkoper in het contact met aangevers die dachten zaken te doen met [aangever 1] , gebruik werd gemaakt van negen verschillende telefoonnummers. Gebleken is verder dat in de telefoon met genoemd IMEI-nummer in totaal 18 nummers voor een korte periode hebben gezeten. [19]
Voorts heeft [aangever 1] het aankoopbedrag gestort op een ING -bankrekening. Hetzelfde geldt voor de aangevers die dachten met hem zaken te doen. In totaal gaat het hierbij om dertien verschillende ING -bankrekeningen. [20]
Een van deze rekeningnummers betreft rekeningnummer [rekeningnummer 1] . In het politieregistratiesysteem BlueView zijn nog een aantal aangiften naar voren gekomen van benadeelden die naar hetzelfde rekeningnummer geld hebben overgemaakt. Deze benadeelden hadden echter contact met het telefoonnummer [telefoonnummer 2] . [21] Ook van dit telefoonnummer heeft de politie de historische gegevens opgevraagd. De simkaart van dit nummer bleek te hebben gezeten in een telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 2] . [22]
Volgens de historische gegevens hebben in de periode 12 juni 2016 tot en met 19 november 2016 in de telefoon met dit IMEI-nummer vierentwintig verschillende simkaarten/telefoonnummers gezeten. Ook hier blijkt dat de mobiele telefoon om de paar dagen werd voorzien van een nieuwe simkaart. Negentien van deze telefoonnummers worden door honderdzevenentwintig aangevers genoemd als het nummer waarmee zij WhatsApp contact hadden met de verkoper. [23]
Vanaf 28 november 2016 zijn de gesprekken via de telefoon met dit IMEI nummer opgenomen. Vanaf die datum tot en met 17 januari 2017 hebben zeven verschillende simkaarten in dit toestel gezeten. Een van deze telefoonnummers is het nummer [telefoonnummer 3] . [24] Uit onderzoek blijkt dat dat acht personen die aangifte hebben gedaan van oplichting via dit nummer contact hebben gehad met de verkoper. Naar aanleiding van dat contact hebben zij geld overgemaakt naar het rekeningnummer [rekeningnummer 2] . Uit onderzoek blijkt verder dat zes andere personen die ook aangifte van oplichting hebben gedaan, voor de betaling van de niet geleverde goederen naar dit rekeningnummer geld hebben overgemaakt. Twee van hen hebben daaraan voorafgaand echter via het telefoonnummer [telefoonnummer 4] contact gehad met de verkoper. [25] Ook van dit telefoonnummer zijn de historische gegevens opgevraagd. Het blijkt dat de simkaart van dit telefoonnummer heeft gezeten in een telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 3] . [26]
De vier overige aangevers hebben voorafgaand aan het overmaken contact gehad met nummer [telefoonnummer 5] . Dit nummer heeft gezeten in de telefoon met het IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] . [27]
Uit de historische gegevens blijkt dat in de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 3] in de periode van 28 augustus 2016 tot en met 17 januari 2016 zestien verschillende telefoonnummers gezeten hebben, steeds voor korte perioden. Vijftien daarvan worden genoemd in de aangiftes van Marktplaatsfraude. [28]
Op 17 januari 2017 worden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] aangehouden.
Door Marktplaats.nl worden in eerste instantie na 17 januari 2107 geen advertenties meer aangetroffen die qua tekst en verder opbouw overeenkomsten vertonen met op de advertenties die in deze strafzaak in de aangiften worden genoemd. [29] Op 20 april 2017 meldt de Afdeling Trust & Safety van Marktplaats.nl echter een nieuwe fraudemelding te hebben gevonden waarvan wordt vermoed dat die bij dezelfde dadergroep thuishoort, omdat de advertenties qua tekst en werkwijze overeenkomen met de eerdere oplichtingen in het onderzoek. De rekening waar het aankoopbedrag naar wordt overgemaakt is [rekeningnummer 3] . Op 24 april blijkt dat negen aangiftes zijn binnengekomen van mensen die zijn opgelicht en geld naar dat rekeningnummer hebben overgemaakt. [30]
Vijf van deze aangevers hebben met de verkoper contact gehad via telefoonnummer [telefoonnummer 6] . Uit de historische gegevens van dit nummer blijkt dat de simkaart in een telefoon met IMEI nummer [IMEI-nummer 4] heeft gezeten. [31]
Twee aangevers hebben met de verkoper contact gehad via het telefoonnummer [telefoonnummer 7] . De simkaart van dit telefoonnummer heeft gezeten in een telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 5] . [32]
Nader onderzoek wijst uit dat drie aangevers contact hebben gehad met telefoonnummer [telefoonnummer 8] . Uit de historische gegeven blijkt dat de simkaart met dit nummer in een telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 6] heeft gezeten. [33]
Op 25 april 2017 worden de verdachte en [medeverdachte 3] aangehouden.
3.3.2
Betrokkenheid van de verdachte
De vraag die de rechtbank moet beantwoorden is of de verdachte bij deze internetfraude in al zijn facetten betrokken is geweest en zo ja, in welke mate en waar dat strafrechtelijk gezien toe leidt.
In het navolgende zal de rechtbank de verdachte [medeverdachte 1] aanduiden als [medeverdachte 1] , de verdachte [medeverdachte 2] als [medeverdachte 2] en de verdachte [medeverdachte 3] als [medeverdachte 3] .
Met betrekking tot feit 1 en 2 (identiteitsfraude en oplichting)
3.3.2.1 de periode van 10 april tot en met 25 april 2017
Op 25 april 2017 treedt de politie de woning van [medeverdachte 3] aan de [adres 2] binnen ter aanhouding van [medeverdachte 3] . De verdachte wordt aangetroffen achter de deur van een slaapkamer. [medeverdachte 3] is met een ander in een afgesloten badkamer bezig laptops en telefoons te vernietigen. Eén van die telefoons betreft een Alcateltoestel dat is voorzien van IMEI-nummer [IMEI-nummer 4] . [34] Zoals hiervoor al besproken heeft in deze telefoon de simkaart met het telefoonnummer [telefoonnummer 6] gezeten en ook de simkaart met telefoonnummer [telefoonnummer 9] . [35]
Dertien personen die aangifte hebben gedaan van oplichting, hebben contact gehad met [telefoonnummer 6] en dachten te maken te hebben gehad met [aangever 2] . [36] [aangever 2] heeft aangifte gedaan van identiteitsfraude waarbij zijn identiteitskaart werd misbruikt. [37]
Uit dat onderzoek naar de historische verkeersgegevens blijkt dat er in de periode dat dit telefoonnummer in gebruik is geweest (15 tot en met 24 april 2017) 78 sms berichten zijn binnengekomen. In 39 gevallen wordt de zendmast aan de [adres 3] aangestraald. De [adres 1] , waar de verdachte woont, valt binnen het bereik van deze zendmast. [38]
Twee aangevers die dachten te maken te hebben met [naam 1] hebben bij hun aankoop contact gehad met telefoonnummer [telefoonnummer 9] . [39] Dit nummer is alleen actief geweest op 24 april 2017. Daarop zijn 109 sms-berichten binnengekomen en bij vrijwel alle contacten straalt de mast aan het [adres 4] aan. De [adres 2] waar [medeverdachte 3] woont, valt binnen het bereik van deze mast. [40] Bij deze identiteitsfraude is gebruik gemaakt van de identiteitskaart van [naam 1] . [41]
Een tweede Alcateltoestel dat in de badkamer is aangetroffen, was voorzien van IMEI-nummer [IMEI-nummer 5] . In deze telefoon heeft van 16 tot en met 24 april 2017 een simkaart met het telefoonnummer [telefoonnummer 7] gezeten. [42] Met dit toestel hebben vier aangevers, waaronder [aangever 3] , contact gehad. [aangever 3] zelf had op 10 april 2017 contact met een zekere [naam 2] uit [plaats 1] en de andere drie aangevers dachten dat zij contact hadden met [aangever 3] . [43] [aangever 3] heeft ook aangifte gedaan van identiteitsfraude, waarbij zijn identiteitskaart werd misbruikt. [44]
De telefoon heeft in de periode dat hij actief is geweest, alleen maar masten in [plaats 2] aangestraald, te weten de [adres 5] , [adres 6] en de [adres 7] . Zoals al vastgesteld valt het woonadres van de verdachte, [adres 1] , binnen het bereik van de mast aan de [adres 7] . Bij een iets verder bereik valt dit woonadres ook onder de masten aan de [adres 6] en de [adres 5] . [45]
In een emmer water in de badkamer werd ook een blauwe iPhone aangetroffen. In deze iPhone zat een simkaart met IMSI-nummer [IMSI-nummer] . Dit IMSI-nummer is gelijk aan het IMSI-nummer weergegeven in de historische verkeersgegevens van het hiervoor al genoemde telefoonnummer [telefoonnummer 8] . Zoals hiervoor ook al vastgesteld blijkt de simkaart met dit nummer in een telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 6] te hebben gezeten. Dit IMEI-nummer hoort bij een blauwe iPhone 5C. [46]
Met het telefoonnummer in deze iPhone hebben drie aangevers contact gehad en zij dachten contact te hebben met [aangever 4] . [47] [aangever 4] zelf heeft aangifte gedaan van misbruik van haar identiteit waarbij haar rijbewijs werd misbruikt. [48]
Verder is in de slaapkamer op de [adres 2] , waar de verdachte zich bevond, een iPhone 4 aangetroffen met daarin foto’s van onder meer de identiteitsbewijzen van zestien personen, waaronder [aangever 2] , [aangever 4] en [naam 1] . [49]
In die iPhone zijn foto’s van telefoons, Playstations en verpakkingen daarvan aangetroffen en ook de navolgende “notes”:

ik ben bereid een foto van m’n id te maken en of een selfie zodat je ook weet met wie je zaken doet. Dan weet je dat het goed zit
en

verzenden is mogelijk. Er komt wel 8,60 aan verzendkosten bij. Dan zorg ik ervoor dat het verzekerd wordt via PostNL
en

Hallo u heeft zojuist gebeld. Helaas had ik niet kunnen opnemen omdat ik nu op me werk zit
en

Hallo niet zo goed nieuws het blijkt dat het postkantoor om 17:00u al sluit helaas was ik daar niet van op de hoogte. Mijn excuses hiervoor! Morgen wordt alles netjes op tijd verstuurd
en

De reden dat ik verwijderd ben is dat ik vaak mijn advertenties opnieuw adverteer zodat ze hoog op de pagina komen staan, wat normaal gesproken geld kost
en

Hai ik heb het mijn zoon laten versturen omdat ik het niet zou redden met mijn werk….Gr [naam 3]
en
“Kan je vanavond langskomen? Woon je in de buurt? Jeetje niet echt in de buurt. Ik kan het onder veilige voorwaarden versturen, mits je de verzendkosten overneemt”. [50]
De rechtbank constateert dat deze “notes” grote overeenkomsten vertonen met de hiervoor onder 3.3.1.2 weergegeven teksten die de verkoper/oplichter in de WhatsApp gesprekken met de aangevers gebruikte. Voorts constateert de rechtbank dat de note “
je kunt het overmaken naar: [rekeningnummer 4] ter name van [naam 1] . Kan je svp een een screenshot van de betaling sturen. Dan weet ik zeker dat het is overgeboekt”dateert van 9 april 2017 [51] en dat deze letterlijke tekst is gebruikt bij de oplichting van de heer [aangever 5] op 23 april 2017. [52]
Ten slotte stonden in de contactenlijst van deze telefoon vijf telefoonnummers opgeslagen waarvan verschillende aangevers hebben verklaard dat zij daar contact mee hebben gehad. [53]
De rechtbank concludeert dat deze zwarte iPhone een centrale opslagfunctie heeft gehad ter voorbereiding van oplichtingen. De daarop opgeslagen afbeeldingen, teksten en contacten zijn gebruikt bij de identiteitsfraude en oplichtingen die zijn gepleegd met de twee Alcatel telefoons en de blauwe iPhone 5c. Deze laatstgenoemde drie telefoons stralen voornamelijk masten aan in de buurt van de woning van de verdachte en bij gelegenheid in de buurt van de woning van [medeverdachte 3] . Deze telefoons worden aangetroffen in de woning van [medeverdachte 3] terwijl hij op dat moment bezig is om deze telefoons te vernietigen en terwijl de verdachte zich met de zwarte iPhone in een andere ruimte bevond.
Conclusie
Dit alles schreeuwt om een verklaring maar de verdachte heeft ervoor gekozen te zwijgen, evenals [medeverdachte 3] . Dat is zijn goed recht maar bij gebreke van enige andere logische verklaring, is naar het oordeel van de rechtbank de enige reden waarom verdachte bij de inval door de politie bezig was met het vernietigen van de apparaten, het voorkomen dat deze apparaten gelinkt konden worden aan de daarmee gepleegde oplichtingen en identiteitsfraude.
Onder deze omstandigheden staat voor de rechtbank buiten redelijke twijfel vast dat de verdachte samen met [medeverdachte 3] de beschikking heeft gehad over deze telefoons en dat hij zich daarmee samen met hem schuldig heeft gemaakt aan oplichting waarbij zij zich tegenover de benadeelden hebben voorgedaan als [aangever 2] , [naam 1] , [aangever 3] en [aangever 4] .
3.3.2.2
De periode vóór 10 april 2017
Presikhaaf
Na de aanhouding van [medeverdachte 1] op 17 januari 2017 heeft de politie een onder [medeverdachte 1] in beslag genomen telefoon uitgelezen. Deze telefoon bleek regelmatig contact te hebben gehad met telefoonnummer [telefoonnummer 10] . Als de politie dit nummer in politieregistratiesysteem BlueView invoert komt er één registratie naar voren. Die registratie betreft een melding van het aantreffen door een voorbijganger van drie Blackberry telefoons en twee laptops (een Asus en een HP) in en rond een beekje in het park [adres 8] op 18 januari 2017. Op de Asus laptop zat een sticker met daarop voornoemd telefoonnummer [telefoonnummer 10] . [54]
Uit de historische verkeersgegevens van genoemd nummer [telefoonnummer 10] blijkt dat dit telefoonnummer van 16 oktober 2016 tot en met 4 februari 2017 is gebruikt en dat de meest gebruikte zendmast de mast aan het [adres 9] is. De woning van de verdachte ligt binnen het bereik van deze zendmast. Ook blijkt dat dit nummer contact heeft gehad met een aantal telefoonnummers die volgens de tenaamstelling toebehoren aan [naam 4] , [naam 5] , [naam 6] en [naam 7] . [naam 4] en [naam 5] en zij hebben als adresvermelding het adres waar ook de verdachte staat ingeschreven en zijn waarschijnlijk de zus, respectievelijk moeder van de verdachte. [naam 6] is waarschijnlijk de broer van zijn vader en [naam 7] is waarschijnlijk de moeder van [medeverdachte 3] . Uit deze omstandigheden trekt de rechtbank met de politie de conclusie dat telefoonnummer [telefoonnummer 10] zeer waarschijnlijk in gebruik is geweest bij de verdachte. [55]
Van één van de in het water aangetroffen Blackberry telefoons zijn de historische gegevens ontvangen. Hieruit blijkt dat het eerste contact dat wordt weergegeven is op 21-08-2016 om 00:07:27 uur. Het laatste contact is op 17-01-2017 om 15:25:42 uur. In deze hele periode zit het nummer [telefoonnummer 11] in dit toestel. De meest gebruikte mast is weer gelegen aan het [adres 9] . [56] Tussen 27-11-2016 04:01:20 uur en 28-11-2016 19:24:09 uur straalt het toestel palen aan de [adres 10] aan binnen welk zendgebied de woning van [medeverdachte 1] gelegen is. [57]
Er vinden geen uitgaande gesprekken plaats. In de hele periode wordt er slechts 15 keer geprobeerd in te bellen en komen er 2 sms’jes binnen, in totaal vanaf 12 verschillende 06-nummers. Deze nummers worden bevraagd in het politiesysteem. Eén van de inbellende nummers is het nummer van aangever [aangever 6] . Zij heeft verklaard dat zij via WhatsApp contact heeft gehad met de verkoper/oplichter met een telefoonnummer dat heeft gezeten in de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] . Dit is één van de telefoons die bij [medeverdachte 1] is aangetroffen. [58]
Van de in het park in Arnhem aangetroffen laptop HP 15-R085ND is data veiliggesteld. Deze laptop blijkt verbinding te hebben gemaakt met verschillende netwerken. Voor het laatst is dat gebeurd op 17 januari 2017, de dag van de aanhouding van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] . Twee van die netwerken waarmee verbinding is gemaakt, zijn WIFI netwerken die een uniek MAC-adres hadden. Onderzoek in openbare bronnen wees vervolgens uit dat deze MAC-adressen behoorden bij twee Blackberry telefoons. De historische locatiegegevens van deze MAC-adressen gaven GPS locatiecoördinaten [GPS locatie 1] , [GPS locatie 2] die, met een nauwkeurigheid van 150 meter, de [adres 1] – de straat waar de verdachte woont – aanwijzen als de plek waar deze netwerken zijn gebruikt. [59]
Ook is uit de veiliggestelde data van de harde schijf van deze laptop gebleken dat deze laptop is gebruikt voor internetoplichting. De politie treft twee bestanden aan met daarin verzamelingen van teksten die lijken op advertentieteksten. Onder meer staat vermeld:

Ik verkoop hierbij een nieuwe Sonos Play 5. Ik heb hem deze week gewonnen op mijn werk (…) ik heb er zelf niks voor betaald dus ik ga er ook geen hoofdprijs voor vragen”
en

mijn man heeft een Playstation 4 gewonnen (…) aangezien mijn man de console gewonnen heeft willen wij er niet de hoofdprijs voor vragen”
en
“ik wil hierbij mijn spiksplinternieuwe iPhone 6s verkopen. De reden voor de verkoop is dat ik het toestel heb gewonnen bij een Apple meeting (…) ik ga er natuurlijk niet de hoofdprijs voor vragen aangezien ik het toestel heb gewonnen”
en

Samsung Galaxy S6 Edge 64 gb te koop! Aangeboden doordat ik mijn abonnement heb verlengd (…) ik ga er niet de hoofdprijs voor vragen aangezien ik er niks voor heb moeten betalen”. [60]
Ook hier constateert de rechtbank tekstuele overeenkomsten met de hiervoor onder 3.3.1.2 besproken advertentieteksten.
Onderaan deze teksten staan twee telefoonnummers vermeld om contact mee op te nemen: [telefoonnummer 4] en [telefoonnummer 12] . Deze twee telefoonnummers komen in meerdere aangiften van oplichting voor als nummer waarmee de aangever contact heeft gehad met de verkoper. Ook blijkt dat met de laptop in kwestie 68 marktplaatsadvertenties zijn aangemaakt. Eén van de aangevers die contact heeft gehad via een van die advertenties, heeft verklaard geld te hebben overgemaakt op rekening [rekeningnummer 2] . [61] Nader onderzoek wijst vervolgens uit dat in totaal 16 aangevers hebben verklaard geld op deze bankrekening te hebben overgemaakt. [62] Zoals hiervoor onder 3.3.1.5 al is vastgesteld hebben deze aangevers voorafgaand aan het overmaken contact met nummers die hebben gezeten in telefoons met IMEI-nummers [IMEI-nummer 7] , [IMEI-nummer 8] en [IMEI-nummer 1] .
Voorts staan op de harde schijf van voornoemde HP laptop mailcontacten over advertenties van Marktplaats . Aan deze advertenties is het emailadres
[e-mailadres]gekoppeld. Een aantal e-mails hebben de tekst “
ik heb interesse in ‘PS4 Playstation’ (….) Ik heb interesse in ‘ongeopende Sonos Play 5’ (….) Ik heb interesse in ‘Apple Iphone 6’ (….)” [63]
[aangever 7] heeft op 23 december 2016 zelf aangifte gedaan van oplichting via Marktplaats . Voorts blijken zeven mensen aangifte van oplichting te hebben gedaan die dachten dat zij van [aangever 7] goederen hadden gekocht. Zij hebben voor deze goederen betaald maar deze goederen nooit ontvangen. Aan een van hen werd door de verkoper een selfie met het rijbewijs van [aangever 7] gestuurd. [64] Deze aangevers hebben allemaal contact gehad met het nummer [telefoonnummer 3] . De simkaart van dit nummer zat in die periode dat de aangevers met dit nummer contact hadden in de telefoon met het onderhavige IMEI-nummer [IMEI-nummer 9] . [65]
De iPhone die in het park [adres 8] in het water lag, is te linken aan een zekere [naam 8] . Verder blijkt dat met deze telefoon steeds gebruik werd gemaakt van Wifi op of nabij de [adres 2] . [66] Op het adres [adres 2] staat [naam 8] ingeschreven. Dit is het adres van de moeder van [medeverdachte 3] en vanaf 2 februari 2017 staat [medeverdachte 3] daar ook ingeschreven. [67] Op dit adres zijn de verdachte en [medeverdachte 3] op 25 april 2017 aangehouden.
1e tussenconclusie
De rechtbank concludeert uit dit alles dat de apparatuur die op 18 januari 2017 is aangetroffen in [adres 8] onder meer gebruikt is bij de oplichtingen via Marktplaats met behulp van de telefoons met IMEI-nummers [IMEI-nummer 9] , [IMEI-nummer 7] en [IMEI-nummer 1] .
Verder is een deel van deze apparatuur nadrukkelijk in verband te brengen met gebruik op de [adres 1] en een ander deel juist met gebruik op de [adres 2] . Nu de daar aangetroffen Blackberry en HP Laptop voor het laatst zijn gebruikt op 17 januari 2017 en op 18 januari 2017 zijn gevonden, lijdt het voor de rechtbank geen twijfel dat deze apparatuur vernietigd moest worden omdat het te linken was aan de oplichtingen via Marktplaats waar [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] op 17 januari 2017 voor zijn aangehouden.
IMEI-nummer [IMEI-nummer 1]
Zoals hiervoor onder 3.3.1.5 al vermeld had [aangever 1] met de verkoper/oplichter contact via het telefoonnummer [telefoonnummer 13] en zat dit nummer in een telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] . Dit IMEI-nummer is hiervoor al een aantal keer vermeld. Via een op deze telefoon aangesloten tap komt de politie uit op een portiek in de [adres 11] . Uit contact met Marktplaats blijkt dat vanuit één van de IP-adressen in deze portiek, advertenties op Marktplaats zijn geplaatst. Dit IP-adres blijkt te linken aan de [adres 11] . Op dit adres staat [medeverdachte 1] ingeschreven. [68]
Op 17 januari 2017 wordt [medeverdachte 1] op dit adres aangehouden. Hij had een laptop op schoot met zijn handen boven het toetsenbord en op zijn bed lagen meerdere telefoons. [69]
De aangetroffen laptop
Op deze laptop zijn mappen aangetroffen met foto’s van smartphones, tablets en gameconsoles en tekstbestanden die lijken op advertentieteksten voor een Playstation, iPad, iPhone en Samsung Galaxy.
Het betreffen teksten als:

Hallo, ik zet hierbij mijn splinternieuwe Playstation 4 pakket met spellen, controllers en gloednieuwe headset te kook (…) ben momenteel aan het sparen voor een motor en de playstation is niet gebruikt (…) sms/bel of whatsapp naar…”

Splinternieuwe Samsung Galaxy S7 (…) Splinternieuwe Apple iPhone 6 Gold(….)”

Voor interesse(…) voor meer foto’s/vragen graag een apje sturen naar mijn whatsapp [telefoonnummer 14] ”. [70]
Het in deze advertenties genoemde telefoonnummer is door verschillende aangevers van oplichting opgegeven als het telefoonnummer waarmee ze via Marktplaats contact hebben gehad met de verkoper die zich [aangever 1] noemde. Dit nummer heeft van 31 oktober 2016 tot 16 november 2016 in het toestel met IMEI nummer [IMEI-nummer 1] gezeten.
Verder is uit het onderzoek aan de laptop gebleken dat er een TOR-browser was geïnstalleerd en dat er een incognito-modus was geactiveerd. Uit de browsergeschiedenis is op te maken dat er met deze laptop handelingen zijn verricht op Marktplaats . Er zijn advertenties gewijzigd en accounts aangemaakt. Op 17 januari 2017, vlak voor de aanhouding van [medeverdachte 1] , is het laatste account aangemaakt. [71]
De aangetroffen Blackberry Bold
Eén van de bij [medeverdachte 1] aangetroffen telefoons is een Blackberry Bold en deze is voorzien van het IMEI nummer met het betreffende IMEI nummer [IMEI-nummer 1] . [72]
In totaal hebben drieëntachtig aangevers van Marktplaatsoplichting met deze telefoon contact gehad. Deze aangevers dachten contact te hebben met respectievelijk [naam 9] [73] , [naam 10] [74] , [naam 11] [75] , [naam 12] [76] , [naam 13] [77] , [naam 168] [78] , en F. [aangever 1] . [79] Zij hebben verklaard dat zij van de betreffende personen/verkopers een legitimatiebewijs aangeboden hebben gekregen.
[naam 10] , [naam 12] , [naam 13] , [naam 168] en [aangever 1] hebben aangifte gedaan van identiteitsfraude. [80] [naam 10] en [naam 168] hebben verklaard dat zij een foto van hun identiteitskaart hebben gestuurd aan de verkoper/oplichter. [naam 12] heeft een foto van zijn paspoort gestuurd en [naam 13] en [aangever 1] hebben een foto van hun rijbewijs gestuurd. Voor [aangever 1] geldt daarnaast dat hij ook een foto van zijn politielegitimatiebewijs heeft meegestuurd.
Aangetroffen notitie met nummers
In de slaapkamer van [medeverdachte 1] is onder zijn bed een briefje aangetroffen en in beslag genomen. Op dit briefje staan delen van rekeningnummers met daarbij steeds een code van vier cijfers. Het gaat om [deel rekeningnummer 1] , [deel rekeningnummer 2] , [deel rekeningnummer 3] en [deel rekeningnummer 4] . [81]
Bij gebreke van enige andere logische verklaring, gaat de rechtbank ervan uit dat het aangetroffen briefje ziet op bankrekeningnummers en dat de viercijferige codes zeer waarschijnlijk de bijbehorende pincodes zijn. Deze gedeeltelijke (bankrekening)nummers komen immers overeen met bankrekeningnummers die door verschillende aangevers zijn genoemd in de periode van 19 augustus 2016 tot en met 12 september 2016.
Zo hebben drie aangevers geld overgemaakt naar het nummer
[rekeningnummer 5]. Zes aangevers hebben geld overgemaakt naar het nummer
[rekeningnummer 6]. Tien aangevers hebben geld overgemaakt naar het nummer
[rekeningnummer 7]. Drie aangevers hebben geld overgemaakt naar het nummer
[rekeningnummer 8]. Al deze aangevers hebben daaraan voorafgaand contact gehad met telefoonnummers die in een telefoon hebben gezeten met IMEI- [IMEI-nummer 1] , welke in beslag is genomen bij [medeverdachte 1] , of in een telefoon met IMEI- [IMEI-nummer 9] .
Overige bankrekeningnummers
De 83 aangevers die contact hebben gehad met telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] hebben geld overgemaakt naar 22 verschillende ING -bankrekeningen. Uit het dossier blijkt dat 19 van deze rekeningen tevens voorkomen in aangiften waarbij aangevers contact hebben gehad met telefoonnummers die zitten in telefoons met respectievelijk IMEI-nummer [IMEI-nummer 9] en IMEI-nummer [IMEI-nummer 7] [82] .
2e tussenconclusie
De rechtbank stelt vast dat er in de periode vóór 10 april 2017 grote overeenkomsten zijn in de aangiftes die zien op de verschillende IMEI-nummers.
Voorts met betrekking tot de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 9]
Zoals hiervoor al weergegeven hebben in deze telefoon vierentwintig verschillende simkaarten/telefoonnummers gezeten in de periode 12 juni 2016 tot en met 19 november 2016. Negentien van deze telefoonnummers worden door honderdzevenentwintig aangevers genoemd als het nummer waarmee zij via WhatsApp contact hadden met de verkoper/oplichter. Ook daarna is de telefoon gebruikt voor oplichtingspraktijken en wel tot en met 17 januari 2017, de datum waarop [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] zijn opgepakt. [83]
Achttien aangevers die contact hadden met zes verschillende telefoonnummers in deze telefoon, dachten contact te hebben met [aangever 8] . [84] [aangever 8] heeft zelf aangifte gedaan van identiteitsfraude waarbij zijn paspoort werd misbruikt. [85]
Vier aangevers die contact hadden met [telefoonnummer 15] , dachten contact te hebben met [aangever 9] . [86] [aangever 9] heeft zelf aangifte gedaan van identiteitsfraude waarbij zijn rijbewijs is misbruikt. [87]
Negen aangevers die contact hadden met [telefoonnummer 16] en dachten contact te hebben met [naam 15] en kregen van hem een rijbewijs toegestuurd. [88]
Zestien aangevers die contact hadden met respectievelijk [telefoonnummer 17] en [telefoonnummer 18] , dachten contact te hebben met [aangever 10] , [89] [aangever 10] zelf heeft aangifte gedaan van identiteitsfraude waarbij haar identiteitskaart werd misbruikt. [90]
Negenentwintig aangevers die met zes verschillende telefoonnummers waaronder het hiervoor genoemde nummer [telefoonnummer 18] contact hadden, dachten contact te hebben met [aangever 11] . [91] Zelf heeft [aangever 11] aangifte gedaan van identiteitsfraude waarbij haar rijbewijs is misbruikt. [92]
Achttien aangevers die contact hebben gehad met nummer [telefoonnummer 19] , dachten contact te hebben met [naam 169] . [93] Zelf heeft zij aangifte gedaan van identiteitsfraude waarbij haar rijbewijs is misbruikt. [94]
Vier aangevers die contact hebben gehad van nummer [telefoonnummer 20] , dachten contact te hebben met [aangever 13] . [95] [aangever 13] zelf heeft aangifte gedaan van identiteitsfraude waarbij zijn rijbewijs is misbruikt. [96]
Daarnaast dachten zeven aangevers die contact hebben gehad met [telefoonnummer 3] , dat zij contact hadden met de hiervoor al genoemde [aangever 7] . Hen werd een foto van het rijbewijs van [aangever 7] toegestuurd. [97]
Uit de historische verkeersgegevens en de telefoontap die op dit toestel is aangesloten blijkt dat het toestel vooral gebruik maakt van zendmasten in [plaats 2] aan het [adres 4] en de [adres 12] . [98] De [adres 2] valt onder het bereik van deze zendmasten. Zoals al vastgesteld is dit is het adres van de moeder van [medeverdachte 3] en staat [medeverdachte 3] daar vanaf 3 februari 2017 zelf ingeschreven.
Voorts met betrekking tot de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 7]
Deze telefoon is op 28 augustus 2016 voor het eerst gebruikt en voor het laatst op 17 januari 2017. In deze periode hebben zestien verschillende 06-nummers in deze telefoon gezeten, die op één na allemaal voorkomen in aangiften van marktplaatsoplichting. Voor zover met het oog op de tenlastelegging relevant, hebben de navolgende telefoonnummers in de navolgende periodes in deze telefoon gezeten:
[telefoonnummer 21]van 15-10-2016 t/m 20-10-2016;
[telefoonnummer 22]van 29-10-2016 t/m 11-11-2016;
[telefoonnummer 23]van 12-11-2016 t/m 18-11-2016;
[telefoonnummer 24]van 3-12-2016 t/m 7-12-2016;
[telefoonnummer 25]van 10-12-2016 t/m 14-12-2016;
[telefoonnummer 12]van 17-12-2016 t/m 21-12-2016. [99]
Voor [telefoonnummer 21] geldt dat drie aangevers hebben verklaard met dit telefoonnummer contact te hebben gehad en dat zij in de veronderstelling waren dat zij te maken hadden met [naam 16] en/of [naam 16] . [100] Volgens één van de aangevers had “ [naam 16] ” een WhatsApp profielfoto met haar twee dochtertjes waardoor de aangever het wel vertrouwde. [101]
Voor [telefoonnummer 22] geldt dat negen aangevers hebben verklaard met dit telefoonnummer contact te hebben gehad en dat zij in de veronderstelling waren dat zij te maken hadden met [aangever 14] en/of [aangever 14] . [102] [aangever 14] heeft op 13 oktober 2016 aangifte gedaan van identiteitsfraude. [103]
Voor [telefoonnummer 23] geldt dat vier aangevers hebben verklaard met dit telefoonnummer contact te hebben gehad en dat zij in de veronderstelling waren dat zij te maken hadden met [aangever 15] en/of [aangever 15] . [104] Eén van hen heeft daarbij van de verkoper een foto van de identiteitskaart van [aangever 15] toegestuurd gekregen. [105] [aangever 15] heeft op 8 oktober 2016 aangifte gedaan van identiteitsfraude. [106]
Voor [telefoonnummer 24] geldt dat acht aangevers hebben verklaard met dit telefoonnummer contact te hebben gehad en dat zij in de veronderstelling waren dat zij te maken hadden met [aangever 16] . [107]
Voor [telefoonnummer 25] geldt dat vijf aangevers hebben verklaard met dit telefoonnummer contact te hebben gehad en dat ook zij in de veronderstelling waren dat zij te maken hadden met [aangever 16] . [108]
Voor [telefoonnummer 12] geldt dat zeven aangevers hebben verklaard met dit telefoonnummer contact te hebben gehad en dat zij in de veronderstelling waren dat zij te maken hadden met [aangever 16] . [109]
[aangever 16] heeft aangifte gedaan van identiteitsfraude waarbij zijn identiteitskaart werd misbruikt. [110]
De telefoon met IMEI [IMEI-nummer 7] maakte voornamelijk gebruik van zendmasten gelegen aan de [adres 7] en [adres 13] en [adres 6] . Zoals al vastgesteld ligt de woning van de verdachte aan de Lekstraat binnen het standaardbereik van de masten aan de [adres 7] . Dat geldt ook voor de mast aan de [adres 13] . Daarnaast valt de woning net buiten het standaardbereik van de zendmast aan de [adres 6] . Omdat de hoek van die zendmast wel richting de [adres 1] gericht is, is het volgens de politie niet uit te sluiten dat vanuit de [adres 1] gebruik kan worden gemaakt van die zendmast. [111]
3e tussenconclusie
De combinatie van omstandigheden wijst in de richting van [medeverdachte 3] als degene die gebruik maakte van de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 9] en in de richting van de verdachte als degene die bij de oplichting gebruik maakte van de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 7] .
De verdediging merkt op dat betrokkenheid baseren op louter mastgegevens niet voldoende is, nu de exacte locatie van een beller niet op die manier is vast te stellen. Daarvoor is het bereik van een zendmast te groot en het kan in bepaalde gevallen zo zijn dat, onder meer door atmosferische omstandigheden, de aangestraalde zendmast veel verder weg is gelegen dan de zendmast waar normaliter contact mee zou worden gemaakt.
Het is juist dat behoedzaam met zendmastgegevens moet worden omgegaan bij het bepalen van de exacte locatie van een telefoon. Uit het voorgaande volgt echter dat er veel meer is dat duidt op betrokkenheid van de verdachte en [medeverdachte 3] dan alleen de zendmastgegevens.
In het bijzonder doelt de rechtbank dan op de hierboven al vastgestelde betrokkenheid van de verdachte en [medeverdachte 3] als plegers van de oplichtingen en identificatiefraude in april 2017, waarbij exact dezelfde modus operandi en teksten werden gebruikt en waarbij dezelfde zendmasten aanstraalden. Tevens komen de gebruikte bankrekeningnummers voor in dezelfde periodes bij aangiftes die te linken zijn aan zowel deze IMEI-nummers als ook aan het IMEI-nummer van de telefoon die bij [medeverdachte 1] is aangetroffen. In ieder geval bestaan er dermate veel en sterke aanwijzingen in de richting van de verdachte dat het, bij gebreke van een verklaring die een ander beeld oplevert en die op basis van het dossier niet op voorhand onaannemelijk is, voor de rechtbank buiten redelijke twijfel vast staat dat [medeverdachte 3] de gebruiker is geweest van de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 9] en de verdachte de gebruiker van de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 7] .
Eindconclusie met betrekking tot feit 1 en feit 2
Uit al hetgeen hiervoor is overwogen en geconcludeerd volgt dat:
  • de advertentieteksten voor wat betreft tekst en aanbod in alle aangiften sterk op elkaar leken;
  • de telefoonnummers die in de aangiften genoemd werden gezeten hebben in de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] , de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 9] en de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 7] ;
  • in deze telefoontoestellen steeds na een korte periode van telefoonnummer werd gewisseld;
  • met de verkoper alleen via Whatsapp contact mogelijk was;
  • in de Whatsapp gesprekken met deze telefoons door de verkoper vaak dezelfde teksten werden gebruikt;
  • de verkoper steeds (selfies met) identiteitsbewijzen van anderen gebruikte om zo bij de koper het vertrouwen te wekken dat het wel goed zat;
  • de bankrekeningnummers die de verkoper aan de aangevers gaf om het aankoopbedrag op te storten, in werkelijkheid veelal op naam stonden van mensen uit Oost Europa en maar een beperkte periode actief waren;
  • de gelden op die rekeningnummers door de aangevers werden gestort, bijna direct in Amsterdam contant werden opgenomen;
  • bij [medeverdachte 1] rekeningnummers en pincodes zijn aangetroffen van bankrekeningen waarop aangevers hebben betaald die contact hebben gehad met de telefoonnummer dat zat in de telefoon met IMEI nummer [IMEI-nummer 1] of een telefoonnummer dat zat in de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 9] ;
  • 19 dezelfde bankrekeningen in aangiften staan vermeld terwijl de aangevers contact hebben gehad met een telefoonnummer dat of zat in een telefoon met IMEI- [IMEI-nummer 1] of een telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 9] of een telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 7] ;
  • [medeverdachte 3] de gebruiker was van de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 9] en de verdachte de gebruiker van de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 7] ;
  • [medeverdachte 1] de gebruiker was van de telefoon met IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] ;
  • de spullen die zijn aangetroffen in [adres 8] , in de nabijheid van de woning van de verdachte, zowel te koppelen zijn aan de oplichtingen die zijn verricht door [medeverdachte 1] als aan verdachte en [medeverdachte 3] .
Voor dit alles heeft de verdachte, zoals al overwogen, geen enkele verklaring gegeven.
Bij gebreke daarvan is de rechtbank, gelet op al deze feiten en omstandigheden, van oordeel dat de verdachte, [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] bij de oplichting en identiteitsfraude zodanig nauw en bewust met elkaar hebben samengewerkt dat sprake is van medeplegen van alle aan hem tenlastegelegde feiten in de periode tot aan 17 januari 2017.
Na de aanhouding van [medeverdachte 1] hebben de verdachte en [medeverdachte 3] de apparaten die gekoppeld konden worden aan deze samenwerking, in [adres 8] in het water gedumpt. Vervolgens hebben zij vanaf 10 april 2017 de draad weer opgepakt en zijn zij met nieuwe telefoons op dezelfde wijze verder gegaan. Zoals geconcludeerd in overweging 3.3.2.1 is de rechtbank van oordeel dat verdachte zich ook in deze periode in vereniging schuldig heeft gemaakt aan oplichting en identiteitsfraude.
De rechtbank acht daarom de aan de verdachte laste gelegde oplichtingen en identiteitsfraudes tezamen en in vereniging wettig en overtuigend bewezen, met uitzondering van die feiten die van vóór 1 oktober dateren. Dat geldt voor de identiteitsfraude met het identiteitsbewijs van [aangever 8] en de daarmee gepleegde oplichtingen ( [naam 17] , [naam 18] en [naam 19] ), alsmede voor één oplichting die is gepleegd met het identiteitsbewijs van [aangever 11] , namelijk de zaak [naam 20] .
Met betrekking tot feit 3 (gewoontewitwassen)
Zoals hiervoor overwogen werden de uit oplichting afkomstige bedragen – de gelden die door de kopers aan de ‘verkopers’ werden betaald - op verzoek van de verdachte en zijn medeplegers zonder uitzondering overgemaakt op bankrekeningnummers die op naam van derden uit Oost-Europa stonden. Deze derden hadden zelf niet de beschikking over het geld op die bankrekeningen. Zij hadden de daarbij behorende bankpas immers afgegeven aan iemand anders. De bankrekeningen werden korte tijd gebruikt. Binnen die korte tijd kwamen de bedragen uit oplichting op de rekening binnen en vervolgens werd de rekening zo snel mogelijk leeggehaald door middel van contante opnames of pinbetalingen. Ten slotte blijkt, zoals hierboven reeds overwogen, dat in veel gevallen de verdachte het geld uit oplichting liet overmaken op dezelfde bankrekening als waar zijn medeverdachten ‘hun’ geld op lieten overmaken.
De rechtbank is van oordeel dat de verdachte zich op deze manier heeft schuldig gemaakt aan witwassen. Vanaf het moment dat kopers hun aankoopbedrag hadden overgemaakt op een rekening die op naam stond van een derde die zelf niet bij dat geld kon komen, is verhuld wie de uit oplichting afkomstige bedragen vanaf dat moment voorhanden had. Op deze manier bleef het immers voor zowel de benadeelden als voor de politie onduidelijk bij wie het ‘aankoopbedrag’ terecht was gekomen. Vervolgens werd vanaf het moment dat het geld contant werd opgenomen of via een betaalautomaat werd besteed ook nog eens verhuld wie er van die bedragen gebruik had gemaakt.
Zoals hiervoor al overwogen is naar het oordeel van de rechtbank met betrekking tot de oplichtingen tussen de verdachte, [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] sprake van medeplegen. Voorts zijn, zoals hiervoor al overwogen, de bedragen van de verschillende bankrekeningen steeds opgenomen in Amsterdam . Bij een aantal van deze transacties is [medeverdachte 2] herkend als de pinner. Hij kreeg daartoe van [medeverdachte 1] de benodigde pasjes en pincodes. [112]
De rechtbank constateert dat deze gang van zaken veel overleg tussen de verdachten met zich moest brengen. Niet alleen moesten zij van elkaar weten welke bankrekening zou worden gebruikt maar ook wanneer en hoeveel geld daarop gestort werd, zodat het vervolgens snel gepind kon worden. Ook ten aanzien van het witwassen is daarom naar het oordeel van de rechtbank tussen de verdachten en [medeverdachte 2] en andere – onbekend – gebleven pinners, sprake van een nauwe en bewuste samenwerking en daarmee van medeplegen. Dat brengt met zich dat de verdachte niet alleen schuldig is aan het witwassen van de bedragen afkomstig uit de met zijn telefoons gepleegde oplichtingen, maar ook aan witwassen van alle bedragen die zijn verkregen door de oplichtingen van de twee anderen.
Ten slotte maken de veelvoud aan witwashandelingen en de duur van de periode waarin de verdachte zich aan witwassen heeft schuldig gemaakt zonder meer dat de verdachte van witwassen een gewoonte heeft gemaakt.
Witwasbedrag
Om het door de verdachte witgewassen bedrag vast te stellen heeft de rechtbank hieronder voor iedere door de verdachte of door één van zijn medeverdachten in de aan de verdachte ten laste gelegde periode gebruikte bankrekening het bedrag vastgesteld dat uit oplichting afkomstig was. Indien in het overzicht hieronder geen voetnoot bij een bankrekening is opgenomen, heeft de rechtbank voor die rekening gebruik gemaakt van een uitgeprint excel-bestand van de politie. [113] Daarin staat per gebruikte bankrekening opgenomen welke slachtoffers geld op die rekeningen hebben overgemaakt en om welke bedragen dat gaat.
Indien bij een bankrekening wel een voetnoot is opgenomen, heeft de rechtbank gebruik gemaakt van door de politie opgestelde ambtshandelingen. In die gevallen is door de politie onderzoek naar die bankrekening gedaan en is onder meer beschreven welke bedragen op deze rekeningen zijn overgemaakt en bij welke bedragen uit de betalingsomschrijving kan worden afgeleid dat dat om ‘aankopen’ ging. Niet al die aankopen zijn echter te relateren aan specifieke aangiftes. Nu aan de ene kant niet van elke oplichting aangifte is gedaan en aan de andere kant geen aanleiding bestaat om te veronderstellen dat de verdachte en zijn medeverdachte ook producten op een eerlijke manier hebben verkocht, staat voor de rechtbank ook voor die bedragen met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid vast dat die afkomstig zijn uit oplichting.
Bankrekening: Witwasbedrag:
[rekeningnummer 9] € 2.499,20
[rekeningnummer 10] € 1.659,95
[rekeningnummer 11] € 1.910,00
[rekeningnummer 12] € 2.031,00
[rekeningnummer 13] € 200,00
[rekeningnummer 14] [114] € 6.020,15
[rekeningnummer 15] [115] € 12.124,96
[rekeningnummer 16] € 200,00
[rekeningnummer 17] [116] € 14.885,26
[rekeningnummer 18] [117] € 13.660,50
[rekeningnummer 19] [118] € 5.589,90
[rekeningnummer 1] € 1.046,46
[rekeningnummer 20] € 3.382,45
[rekeningnummer 21] [119] € 3.428,60
[rekeningnummer 22] € 206,50
[rekeningnummer 23] [120] € 5.498,10
[rekeningnummer 24] [121] € 5.334,17
[rekeningnummer 2] [122] € 10.465,02
[rekeningnummer 25] [123] € 1.323,55
[rekeningnummer 3] [124] € 10.078,38
[rekeningnummer 4] [125] € 3.717,26 +
Totaal € 105.261,41
Het totaal door de verdachte, tezamen en in vereniging witgewassen bedrag wordt door de rechtbank gesteld op een bedrag van € 105.261,41.
Met betrekking tot feit 4 (criminele organisatie)
Voor het aannemen van een criminele organisatie is vereist dat sprake is van een gestructureerd en duurzaam samenwerkingsverband tussen twee of meer personen met een bepaalde organisatiegraad. Om te kunnen spreken van deelneming in een criminele organisatie is nodig dat verdachte tot het samenwerkingsverband behoort én een aandeel heeft in gedragingen, dan wel die gedragingen ondersteunt, die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk van de organisatie (het naaste doel van de organisatie). Het is voldoende dat verdachte in zijn algemeenheid weet dat de organisatie het plegen van misdrijven tot oogmerk heeft. Verdachte hoeft geen wetenschap te hebben van één of meer concrete misdrijven.
Hiervoor is al geoordeeld dat de verdachte in de periode 1 oktober 2016 tot en met 24 april 2017 met [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] en anderen en na de aanhouding van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] op 17 januari 2017 met [medeverdachte 3] en anderen heeft samengewerkt bij het op grote schaal plegen van identiteitsfraude en oplichtingen via Marktplaats.nl en dat zij met hen vieren en anderen hebben samengewerkt bij het gewoontewitwassen.
Door de verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] werden vele advertenties op Marktplaats.nl geplaatst met snel wisselende telefoonnummers. Het waren altijd prepaid nummers, waar geen identiteit aan te koppelen is. Met deze telefoonnummers hebben zij in de korte tijd dat deze nummers in gebruik waren, veel sms en WhatsApp contact gehad met potentiële kopers/slachtoffers.
Daarbij maakten zij misbruik van selfies met een identiteitsbewijs van eerdere slachtoffers. Ook dit misbruik was relatief kort. Met name het misbruik van de identiteit van [aangever 1] heeft hen veel geld opgeleverd. Ongetwijfeld omdat diens politielegitimatie veel vertrouwen wekte bij potentiële kopers/slachtoffers.
De bankrekeningnummers waarop de aankoopbedragen door de kopers werden gestort waren eveneens maar een beperkte periode actief. Het gaat hierbij om bankrekeningen die veelal op naam stonden van personen uit Oost-Europa. Deze personen hadden in Nederland een rekening op hun naam geopend en vervolgens hun pasje en pincode afgegeven aan personen die in dit onderzoek verder onbekend zijn gebleven.
Het geld dat door de kopers op deze rekeningen gestort was, werd vervolgens vrijwel direct contant opgenomen in Amsterdam , door andere personen waaronder [medeverdachte 2] die daartoe van [medeverdachte 1] de benodigde pasjes en pincodes kreeg.
Uit deze wijze van handelen blijkt dat de verdachten er alles aan deden om er voor te zorgen dat de fraude en oplichting ongestoord kon voort gaan en dat potentiële slachtoffers niet werden afgeschrikt door waarschuwingen op Marktplaats.nl of sociale media. Steeds werd aan kopers gevraagd een selfie met een identiteitsbewijs te appen om het vertrouwen bij de verkoper te wekken. Op die manier konden de verdachten snel schakelen en bijvoorbeeld, voordat algemeen bekend werd dat de verkoper met de naam [naam 10] de boel oplichtte, de identiteit van [naam 168] gebruiken, die zelf dacht dat hij van [naam 10] een Playstation had gekocht. [126]
Ook hier geldt dat het volstrekt duidelijk is dat deze gang van zaken een goede organisatie en veel overleg vereist. Zo moest tussen de verdachten afgestemd worden van wie zij de selfies hadden ontvangen, welke identiteit vervolgens in de advertentie opgevoerd zou worden, welk telefoonnummer daarbij gezet zou worden en, zoals al overwogen, op welke bankrekening betaald kon worden, hoeveel er daadwerkelijk betaald was, hoeveel gepind kon worden en wie dat ging doen.
Voorts moesten bankrekeningen van katvangers geregeld worden, hetgeen al een organisatie op zichzelf is. In dit verband is veelzeggend dat uit het dossier blijkt dat bankrekeningen werden geopend, dat kort daarna beperkte stortingen plaatsvinden en dat deze rekeningen vervolgens pas een paar maanden later daadwerkelijk bij de oplichting werden ingezet. [127]
Gelet op dit alles maakte de verdachte samen met [medeverdachte 3] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en anderen deel uit van een organisatie die tot oogmerk had identiteitsfraude en oplichting en vervolgens het witwassen van het daarmee verkregen geld.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank verklaart bewezen dat:
1.
hij in de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017 te Amsterdam en Arnhem tezamen en in vereniging met anderen, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk gebruik heeft gemaakt van een niet op zijn naam gesteld reisdocument en/of identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht en/of een ander identiteitsbewijs dat is afgegeven door een dienst of organisatie van vitaal of nationaal belang, te weten
- een afbeelding van een Nederlands rijbewijs op naam van [aangever 11] (geb. [geboortedatum 1] ) en
- een afbeelding van een Nederlandse identiteitskaart op naam van [naam 170] (geb. [geboortedatum 2] ) en
- een afbeelding van een Nederlands rijbewijs op naam van [aangever 1] (geb. [geboortedatum 3] ) en een (afbeelding van een) politielegitimatiebewijs op naam van [aangever 1] (Inspecteur van Politie Landelijke Eenheid) en
- een afbeelding van een Nederlands paspoort op naam van [aangever 14] (geb. [geboortedatum 4] ) en
- een afbeelding van een Nederlandse identiteitskaart op naam van [aangever 15] (geb. [geboortedatum 5] ) en
- een afbeelding van een Nederlandse identiteitskaart op naam van [naam 170] (geb. [geboortedatum 6] ) en
- een afbeelding van een Nederlandse identiteitskaart op naam van [aangever 16] en
- een afbeelding van een Nederlands rijbewijs op naam van [aangever 17] (geb. [geboortedatum 7] ) en
- een afbeelding van een Nederlands rijbewijs op naam van [aangever 13] (geb. [geboortedatum 8] ) en
- een afbeelding van een Nederlands
rijbewijsop naam van [aangever 7] (geb. [geboortedatum 9] ) en
- een afbeelding van een Nederlands
e identiteitskaartop naam van [aangever 2] (geb. [geboortedatum 10] ) en
- een afbeelding van een Nederlandse identiteitskaart op naam van [aangever 3] (geb. [geboortedatum 11] ) en
- een afbeelding van een Nederlands rijbewijs op naam van [aangever 4] (geb. [geboortedatum 12] ) en
- een afbeelding van een Nederlandse identiteitskaart op naam van [naam 1] (geb. [geboortedatum 13] ),
welk gebruik hierin bestond dat hij verdachte en zijn mededaders een kopie en/of foto/afbeelding van dat reisdocument en/of identiteitsbewijs hebben toegestuurd, teneinde vertrouwen te wekken bij die geïnteresseerden;
2.
hij in de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017 te Amsterdam en Arnhem tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels,
- ( misbruikte identiteit [aangever 11] ) 27 (zevenentwintig) personen te weten [naam 170] (G/159) en [naam 21] (LMIO p. 748) en [naam 22] (LMIO p. 1697) en [naam 23] (LMIO p. 1635) en andere personen (LMIO dossier p. 774 en p. 800 en p. 844 en p. 982 en p. 1037 en p. 1105 en p. 1301 en p. 1434 en p. 1515 en p. 1525 en p. 1567 en p. 1613 en p. 1833 en G/20 en G/109 en G/111 en G/115 en G/ 116 en G/124 en G/134 en G/139 en G/141 en G/144) en
- ( misbruikte identiteit [naam 168] ) 6 (zes) personen te weten [aangever 1] (G/01) en [naam 24] (LMIO p. 1653) en andere personen (LMIO dossier p. 719 en p. 947 p. 1154 en p. 1808) en
- ( misbruikte identiteit [naam 16] en/of [naam 16] ) 3 (drie) personen te weten [naam 25] (LMIO p. 943) en [naam 26] (LMIO p. 1283) en [naam 27] (LMIO p. 1583) en
- ( misbruikte identiteit [aangever 1] ) 58 (achtenvijftig) personen te weten [naam 28] (G/02) en [naam 29] (G/10) en [aangever 17] (G/25) en andere personen (G/03 en G/04 en G/05 en G/06 en G/07 en G/08 en G/09 en G/11 en G/12 en G/13 en G/14 en G/15 en G/16 en G18 en G/19 en G/23 en G/24 en G/26 en G/27 en G/28 en G/29 en G/30 en G/31 en G/32 en G/33 en G/34 en G/35 en G/36 en G/37 en G/38 en G/39 en G/40 en G/41 en G/42 en G/43 en G/45 en G/46 en G/47 en G/48 en G/49 en G/50 en G/51 en G/52 en G/53 en G/54 en G/57 en G/58 en G/59 en G/64 en G/66 en G68 en G/80 en G/89 en G/94 en G157) en
- ( misbruikte identiteit [aangever 14] en/of [aangever 14] ) 9 (negen) personen te weten [naam 30] (G/107) en [naam 31] (G/112) en andere personen (G/110 en G/113 en G/118 en G/120 en G/126 en G/129 en G/130) en
- ( misbruikte identiteit [aangever 15] en/of [aangever 15] ) 4 (vier) personen te weten [naam 32] (LMIO p. 303) en [naam 33] (G/119) en [naam 34] (G/132) en [naam 35] (G/142) en
- ( misbruikte identiteit [naam 169] en/of Johanna [naam 169] ) 17 (zeventien) personen te weten [naam 36] (G/127) en [naam 37] (G/138) en andere personen (G/103 en G/104 en G/105 en G/106 en G/108 en G/117 en G/121 en G/122 en G/123 en G/125 en G/128 en G/133 en G/137 en G/143 en G/158) en
- ( misbruikte identiteit [aangever 16] ) 20 (twintig) personen te weten [naam 38] (aanvullend dossier p. 261) en [naam 39] (aanvullend dossier p. 264) en andere personen (aanvullend dossier p. 267 en p. 270 en p. 273 en p. 276 en p. 279 en p. 282 en p. 285 en p. 288 en p. 291 en p. 294 en p. 297 en p. 300 en p. 303 en p. 306 en p. 309 en p. 312 en p. 315 en/of p. 319) en
- ( misbruikte identiteit [aangever 17] ) 1 (één) persoon genaamd [naam 40] (G/136) en
- ( misbruikte identiteit [aangever 13] ) 5 (vijf) personen te weten [naam 41] (LMIO p. 743) en [naam 42] (LMIO p. 816) en andere personen (LMIO dossier p. 1376 en p. 1463 en p. 1773) en
- ( misbruikte identiteit [aangever 7] en/of [aangever 7] ) 7 (zeven) personen te weten
[naam 43] (G/65) en [naam 44] (G/67)
enandere personen (G/71 en G/72 en G/73 en G/78 en G/88) en
- ( misbruikte identiteit [aangever 2] ) 13 (dertien) personen te weten [naam 45] (G/82) en [naam 46] (G/83) en [naam 47] (G/92) en andere personen (G/91 en G/93 en G/95 en G/99 en G/101 en G/147 en G/152 en G/155 en aanvullend dossier p. 374 en p. 380) en
- ( misbruikte identiteit [aangever 3] ) 3 (drie) personen te weten [naam 48] (G/96) en [naam 49] (G/102) en [naam 50] (G/153) en
- ( misbruikte identiteit [aangever 4] ) 4 (vier) personen te weten [naam 51] (G/63) en [naam 52] (G/151) en andere personen (G/149 en G/156) en
- ( misbruikte identiteit [naam 1] ) 2 (twee) personen te weten [aangever 5] (G/148) en [naam 53] (aanvullend dossier p. 365),
hebben bewogen tot de afgifte van een of meer geldbedragen, in elk geval van enig goed, immers hebben verdachte en zijn mededaders toen aldaar (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid
- zich voorgedaan als bonafide verkoper en
- zich voorgedaan als [aangever 11] en [naam 168] en [naam 16] en/of [naam 16] en [aangever 1] (inspecteur van Politie Landelijke Eenheid) en [aangever 14] en/of [aangever 14] en [aangever 15] en/of [aangever 15] en [naam 169] en/of Johanna [naam 169] en [aangever 16] en [aangever 17] en [aangever 13] en [aangever 7] en/of [aangever 7] en [aangever 2] en [aangever 3] en [aangever 4] en [naam 1] en/of
- zich voorgedaan als wonende in de provincie Zeeland en
- advertenties op www. marktplaats.nl geplaatst voor een spelcomputer/PS4 en een iPhone en een Sonos en een Samsung telefoon en andere voorwerpen en
- met geïnteresseerden contact gehad via whatsapp en
- whatsapp profielfoto’s met afbeeldingen van kinderen gebruikt en whatsapp profielfoto’s gebruikt van de personen wiens identiteit is misbruikt en whatsapp profielfoto’s gebruikt passend bij de personen wiens identiteit is misbruikt en
- ( vervolgens) aangevers een foto van het identiteitsbewijs of paspoort of het rijbewijs en/of politielegitimatiebewijs en/of een (zogenaamde) selfie toegestuurd en
- geïnteresseerden aangeboden om een foto van een identiteitsbewijs of paspoort of rijbewijs of een (zogenaamde) selfie van de (vermeende) aanbieder toe te sturen en
- geïnteresseerden aangeboden om de/het voorwerp(en) per post te verzenden en
- ( vervolgens) met voornoemde aangevers overeengekomen om een geldbedrag te storten op een door verdachte en zijn mededaders beheerde bankrekening ten behoeve van de aankoop van het/de aangeboden voorwerp(en) en
- afnemers een niet bestaande Track & Trace code toegestuurd en
waardoor voornoemde aangevers (telkens) werden bewogen tot bovenomschreven afgifte;
3.
hij in de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017 te Amsterdam en Arnhem tezamen en in vereniging met anderen, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, immers hebben hij, verdachte, en zijn mededaders van geldbedragen (van in totaal € 105.261,41)
- heeft verhuld wie de rechthebbende op die
geldbedragenis en die
geldbedragenvoorhanden had en
- heeft verworven en voorhanden gehad
terwijl hij en zijn mededaders wisten, dat bovenomschreven
geldbedragen– onmiddellijk of middellijk – afkomstig waren uit enig misdrijf;
4.
hij in de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017 in Nederland heeft deelgenomen aan een organisatie, te weten een samenwerkingsverband tussen verdachte en [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] en anderen, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten het plegen van ( marktplaats )oplichting en identiteitsfraude en witwassen;
Voor zover in de tenlastelegging type- en taalfouten voorkomen en sprake is van kennelijke verschrijvingen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is volgens de wet strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is eveneens strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De strafoplegging

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden, met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich niet over de strafmaat uitgelaten.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Na te melden straf is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
De verdachte heeft zich samen met anderen in een strak georganiseerd verband gedurende een lange periode schuldig gemaakt aan identiteitsfraude en oplichtingen via Marktplaats . Daarbij werd zeer professioneel te werk gegaan. Vele advertenties werden op Marktplaats geplaatst met elektronische goederen tegen scherpe prijzen. Daarbij werd de identiteit gebruikt van iemand die tevoren zelf het slachtoffer was geworden van hun oplichting. Niet alleen ontvingen deze personen niet het product waarvoor ze hadden betaald maar ook werden zij vervolgens zelf persoonlijk en via sociale media te kijk gezet als oplichter en zelfs bedreigd.
Op deze wijze zijn honderden mensen opgelicht. Onder hen bevonden zich ook jonge kinderen die met hun zuur verdiende en gespaarde geld dachten de felbegeerde Sony Playstation te hebben gekocht. In de toelichting op de vorderingen van de benadeelde partijen wordt met enige regelmaat aangegeven dat het vertrouwen in de mensen is geschaad. Ook is sprake van stress en spanning in de privé situatie als gevolg van dit alles.
Het moge verder zo zijn dat het per persoon gaat om bedragen tussen de € 300,- tot € 600,- (met een paar uitschieters), maar dat laat onverlet dat hier in totaal een bedrag van € 105.261,41 mee gemoeid is.
Verdachte heeft voor dit alles geen oog gehad, hem ging het er blijkbaar alleen om er financieel beter van te worden.
Uit zijn strafblad van 15 januari 2020 blijkt dat hij in het verleden niet eerder voor een strafbaar feit is veroordeeld.
Ter zitting heeft de verdachte aangegeven dat hij zijn leven op de rails heeft en inmiddels werkzaam is als ZZP-er in de zorg.
Alles afwegende en kijkend naar de straffen die in dit soort zaken plegen te worden opgelegd, is de rechtbank van oordeel dat, gelet op de ernst en de omvang van de feiten, niet kan worden volstaan met een andere straf dan een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. In beginsel is een gevangenisstraf van 36 maanden passend en geboden.
Het omvangrijke dossier, het onderzoek in het buitenland, het aantal medeverdachten met hun raadslieden en de te verwachten duur van de inhoudelijke behandeling, maken dat die inhoudelijke behandeling niet eenvoudig te plannen was. De rechtbank constateert dat de redelijke termijn wel enigszins is overschreden maar ziet in de gegeven omstandigheden geen aanleiding daarom een lagere straf op te leggen.
De rechtbank ziet wel aanleiding om een deel van deze straf voorwaardelijk op te leggen. De verdachte is relatief nog jong en het is daarom goed om een stok achter de deur te hebben zodat hij na afloop van de detentie er van doordrongen blijft dat hij in de toekomst op andere wijze zijn geld moet verdienen. Aan deze voorwaardelijke gevangenisstraf zal de rechtbank geen verplicht reclasseringscontact verbinden, nu niet is gebleken is dat de verdachte daarvoor openstaat.
Met betrekking tot de voorlopige hechtenis van de verdachte ziet de rechtbank geen aanleiding om thans anders te beslissen dan op de zitting van 20 oktober 2017, namelijk dat de schorsing van de voorlopige hechtenis zal eindigen op de datum van de einduitspraak. Voor die beslissing was immers redengevend de tijd die naar verwachting nog zou verstrijken voordat de strafzaak inhoudelijk zou worden behandeld. Dat element speelt thans geen rol meer. Bij een afweging van de thans nog geldende persoonlijke belangen van de verdachte enerzijds en de strafvorderlijke belangen anderzijds, wegen de strafvorderlijke belangen zwaarder dan die persoonlijke belangen. Het verzoek tot hernieuwde schorsing wordt afgewezen.

7.De vordering van de benadeelde partij

7.1
De vorderingen
De volgende personen hebben zich als benadeelde partij gevoegd met een vordering ter hoogte van:
Ter zake van feit 1
- [aangever 8] : € 5.000,- bestaande uit immateriële schade;
- [aangever 1] : € 1.220,-, bestaande uit € 270,- materiële schade en € 950,- immateriële schade;
- [aangever 2] : € 7.530,-, bestaande uit € 2.530,- materiële schade en € 5.000,- immateriële schade;
Ter zake van feit 2
- [naam 170] : € 275,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 1] : € 246,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 54] : € 258,60, bestaande uit materiële schade;
- [naam 55] : € 400,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 56] : € 400,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 57] : € 326,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 58] : € 250,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 59] : € 720,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 60] : € 715,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 61] : € 308,60, bestaande uit materiële schade;
- [naam 62] : € 156,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 63] : € 250,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 64] : € 406,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 65] : € 256,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 66] : € 297,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 67] : € 306,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 68] : € 500,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 69] : € 276,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 70] : € 505,60, bestaande uit € 356,50 materiële schade en € 150,- immateriële schade;
- [naam 24] : € 210,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 71] : € 406,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 72] : € 406,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 73] : € 205,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 27] : € 275,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 25] : € 378,60, bestaande uit materiële schade;
- [naam 28] : € 1.125,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 74] : € 533,-, bestaande uit € 266,50 materiële schade en € 266,50 immateriële schade;
- [naam 75] : € 720,-, bestaande uit € 360,- materiële schade en € 360,- immateriële schade;
- [naam 29] : € 206,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 76] : € 240,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 77] : € 1.080,-, bestaande uit € 580,- materiële schade en € 500 immateriële schade;
- [naam 78] : € 250,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 79] : € 276,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 80] : € 276,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 81] : € 2.500,-, bestaande uit € 500,- materiële schade en € 2.000 immateriële schade;
- [naam 82] : € 1.210,-, bestaande uit € 210,- materiële schade en € 1.000 immateriële schade;
- [naam 83] : € 200,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 84] : € 530, bestaande uit € 230,- materiële schade en € 300,- immateriële schade;
- [naam 85] : € 200,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 86] : € 270,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 87] : € 406,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 88] : € 206,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 89] : € 356,50, bestaande uit € 206,50 materiële schade en € 150,- immateriële schade;
- [naam 90] : € 406,95, bestaande uit materiële schade;
- [naam 91] : € 650,-, bestaande uit € 200,- materiële schade en € 450,- immateriële schade;
- [naam 92] : € 300,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 93] : € 400,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 94] : € 305,-, bestaande uit € 205,- materiële schade en € 100,- immateriële schade;
- [naam 95] : € 296,96, bestaande uit materiële schade;
- [naam 96] : € 380,-, bestaande uit € 260,- materiële schade en € 120,- immateriële schade en € 144 euro aan proceskosten;
- [naam 97] : € 206,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 98] : € 370,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 99] : € 356,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 100] : € 206,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 101] : € 300,-, bestaande uit € 200,- materiële schade en € 100,- immateriële schade;
- [naam 102] : € 206,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 103] : € 226,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 104] : € 208,60, bestaande uit materiële schade;
- [naam 105] : € 200,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 106] : € 200 - € 250,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 107] : € 200 - € 250,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 30] : € 365,80, bestaande uit € 265,80 materiële schade en € 100,- immateriële schade;
- [naam 108] : € 200,-, bestaande uit materiële schade;
- [naam 31] : € 206,95, bestaande uit materiële schade;
- [naam 109] : € 200,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 110] : € 212,10, bestaande uit materiële schade;
- [naam 111] : € 206,50, bestaande uit materiële schade;
- [naam 112] : € 250,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 34] : € 200,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 35] : € 200,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 113] : € 470,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 114] : € 386,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 115] : € 306,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 116] : € 406,50, bestaande uit € 206,50 materiële schade en € 200,- immateriële schade;
- [naam 117] : € 200,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 118] : € 356,50 bestaande uit € 256,50 materiële schade en € 100,- immateriële schade;
- [naam 36] : € 206,95, bestaande uit materiële schade;
- [naam 119] : € 206,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 120] : € 439,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 121] : € 386,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 37] : € 156,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 122] : € 206,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 123] : € 206,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 124] : € 200,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 125] : € 150,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 126] : € 208,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 127] : € 2334,84 bestaande uit materiële schade;
- [naam 128] : € 660,- bestaande uit € 160,- materiële schade en € 500,- immateriële schade;
- [naam 129] : € 200,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 130] : € 208,60 bestaande uit materiële schade;
- [naam 41] : € 400,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 131] : € 276,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 42] : € 256,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 132] : € 300,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 133] : € 206,95 bestaande uit materiële schade;
- [naam 133] : € 366,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 134] : € 448,60, bestaande uit materiële schade;
- [naam 44] : € 257,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 135] : € 328,60 bestaande uit materiële schade;
- [naam 136] : € 366,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 137] : € 206,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 138] : € 208,60 bestaande uit materiële schade;
- [naam 139] : € 286,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 45] : € 240,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 140] : € 248,60 bestaande uit materiële schade;
- [naam 47] : € 248,60 bestaande uit materiële schade;
- [naam 141] : € 248,60 bestaande uit materiële schade;
- [naam 142] : € 248,50 bestaande uit materiële schade;
- [naam 143] : € 246,95 bestaande uit materiële schade;
- [naam 152] : € 400,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 145] : € 238,60 bestaande uit materiële schade;
- [naam 146] : € 400,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 48] : € 300,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 49] : € 420,- bestaande uit materiële schade;
- [naam 50] : € 365,- bestaande uit € 115,- materiële schade en € 250 immateriële schade;
- [naam 147] : € 280,- bestaande uit materiële schade;
- [aangever 5] : € 245,- bestaande uit materiële schade;
Allen te vermeerderen met de wettelijke rente.
7.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat alle vorderingen kunnen worden toegewezen ter hoogte van het aangiftebedrag en voor het overige niet-ontvankelijk moeten worden verklaard, behalve in onderstaande zaken waar volgens de officier van justitie (naast het aangiftebedrag) het volgende kan worden toegewezen:
- [aangever 1] : € 950,- immateriële schade;
- [aangever 2] : €750,- immateriële schade;
- [naam 148] : € 5,60 aan reiskosten;
- [naam 113] : € 40,- aan benzinekosten.
De officier van justitie acht de gevorderde wettelijke rente telkens toewijsbaar en vordert dat aan verdachte in alle gevallen de schadevergoedingsmaatregel moet worden opgelegd. De bedragen dienen voorts hoofdelijk worden toegewezen.
7.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair bepleit dat de behandeling van de vorderingen een onevenredige belasting van het strafgeding zou opleveren dan wel dat artikel 6 EVRM geschonden zou zijn omdat de verdediging onvoldoende tijd heeft gehad om de vorderingen te kunnen voorbereiden. De raadsman vraagt de zaak aan te houden dan wel de benadeelde partijen niet-ontvankelijk te verklaren in hun vorderingen. Subsidiair heeft de raadsman afwijzing van de vorderingen bepleit, omdat de vorderingen onvoldoende zijn onderbouwd.
7.4
Het oordeel van de rechtbank
Het verzoek van de verdediging:
De rechtbank wijst het door de verdediging gedane verzoek om aanhouding van de zaak, dan wel om alle benadeelde partijen categorisch niet-ontvankelijk te verklaren, af.
De rechtbank is, met de verdediging, van oordeel dat de vorderingen op een laat moment aan rechtbank en verdediging zijn verstrekt. Echter, de verdediging heeft van de officier van justitie op 2 februari 2020 een bestand ontvangen waarin op overzichtelijke wijze stond vermeld in welke gevallen het schadebedrag alleen het overgemaakte aankoopbedrag was en in welke gevallen het gevorderde bedrag het aankoopbedrag oversteeg. Daar waar extra kosten gevorderd waren, stond in het overzicht kort vermeld wat daarvan de grondslag was.
Uit dit overzicht kon al worden opgemaakt dat het overgrote gedeelte van de vorderingen bestond uit ‘slechts’ het aankoopbedrag, hetgeen die vorderingen allemaal eenvoudig van aard maakt. Het aantal vorderingen waar meer is gevorderd dat enkel het aankoopbedrag is naar het oordeel van de rechtbank te overzien, ook binnen het voor de verdediging voorafgaand en tijdens de behandeling van deze strafzaak beschikbare tijdsbestek. De verdediging heeft naar het oordeel van de rechtbank al met al voldoende tijd gehad om haar verdediging tegen de vorderingen tot schadevergoeding voor te bereiden zodat geen sprake is van schending van artikel 6 EVRM. Het enkele gegeven dat sprake is van een groot aantal vorderingen maakt in de gegeven omstandigheden niet dat de beoordeling ervan alleen al daarom een onevenredige belasting van het strafproces zou opleveren.
Algemene overwegingen
Materiele schade:
De rechtbank is van oordeel dat alle vorderingen van benadeelde partijen die op de dagvaarding staan (in ieder geval) toewijsbaar zijn ter hoogte van het bedrag dat door de benadeelden is overgemaakt. De enige post die – mits voldoende onderbouwd - voor toewijzing vatbaar is, zijn opgevoerde reiskosten van benadeelden die of naar het door de verdachten opgegeven adres zijn gereden of naar de zitting zijn gekomen of naar het politiebureau of slachtofferhulp zijn gereisd. Voor zover er andere materiële posten zijn opgevoerd en niet met stukken zijn onderbouwd, zal de rechtbank deze posten afwijzen wegens onvoldoende onderbouwing.
Immateriële schade:
Voor een naar billijkheid vast te stellen vergoeding voor immateriële schade kan aanleiding bestaan indien de benadeelde in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast (artikel 6:106 aanhef en onder b. BW).
Voor de benadeelden van wie de identiteit is misbruikt binnen de ten laste gelegde persiode blijkt uit het dossier in voldoende mate dat hun eer en goede naam daarmee is aangetast. Zij kwamen immers als oplichters bekend te staan. De immateriële schade die door hen als gevolg daarvan is geleden, zal de rechtbank vaststellen naar billijkheid op de navolgende bedragen:
  • [aangever 1] € 950,-
  • [aangever 2] € 500,-
Eigen schuld
Dit verweer wordt verworpen. Het enkele feit dat aangevers in goed vertrouwen – en in reactie op de ontvangst van het identiteitsbewijs van de verdachte/hun verkoper – ook een foto van hun identiteitsbewijs aan de verdachten hebben geappt, maakt nog niet dat zij daarmee eigen schuld hebben aan het daarop volgende misbruik door de verdachten.
Voor benadeelde partijen die stellen immateriële schade te hebben geleden als gevolg van oplichting geldt een ander beoordelingskader. Het gaat in die gevallen niet om een schending van eer of goede naam, maar van een aantasting in de persoon ‘op andere wijze’. Naar vaste rechtspraak geldt daarvoor het volgende. In ieder geval is van een dergelijke aantasting sprake als de benadeelde partij geestelijk letsel heeft opgelopen. Degene die zich hierop beroept, zal voldoende concrete gegevens moeten aanvoeren waaruit kan volgen dat in verband met de omstandigheden van het geval psychische schade is ontstaan. Daartoe is vereist dat naar objectieve maatstaven het bestaan van geestelijk letsel kan worden vastgesteld. Soms kunnen, als het bestaan zulk letsel niet kan worden aangenomen, de aard en de ernst van de normschending en de gevolgen daarvan voor de benadeelde, meebrengen dat van aantasting in de persoon ‘op andere wijze’ sprake is. In zo een geval zal degene die zich hierop beroept de aantasting in zijn persoon met concrete gegevens moeten onderbouwen. Dat is slechts anders indien de aard en de ernst van de normschending meebrengen dat de in dit verband relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde zo voor de hand liggen, dat een aantasting in de persoon kan worden aangenomen.
Hoewel een feit als oplichting voor de slachtoffers veel ongemak en wellicht stress en slapeloze nachten met zich kan brengen, een slachtoffer het vertrouwen in het forum Marktplaats kan verliezen en er veel tijd en moeite gepaard gaat met het doen van aangifte en het opstellen van een vordering, is de rechtbank van oordeel dat dergelijke gevoelens van onbehagen niet voldoende zijn om te kunnen spreken van een aantasting in de persoon op andere wijze als bedoeld in art. 6:106 onder b, BW. De rechtbank constateert voorts dat geen van de benadeelde partijen heeft gesteld naar objectieve maatstaven vastgesteld psychisch letsel te hebben opgelopen als gevolg van de oplichting. Voor zover er een immateriële schadevergoeding is gevorderd als gevolg van oplichting, zal de rechtbank die vordering dan ook afwijzen.
Naar het oordeel van de rechtbank is op grond van het dossier voldoende komen vast te staan dat verdachte met de volgende benadeelde partijen een prijsafspraak heeft gemaakt voor de te koop aangeboden elektronische goederen, dat de benadeelden deze bedragen hebben betaald en dat zij niets geleverd hebben gekregen. De schade is dus een rechtstreeks gevolg van de door verdachte gepleegde feiten. In de drie hierboven genoemde gevallen valt het toe te wijzen bedrag hoger uit omdat ook immateriële schadevergoeding wordt toegewezen.
De rechtbank zal derhalve (gedeeltelijk) toewijzen de vorderingen van:
- [aangever 1] € 270,- + € 950,- immateriële schade
- [aangever 2] € 80,- voor nieuw paspoort + € 500 immateriële schade
- [naam 170] € 200,-
- [naam 1] € 246,-
- [naam 54] € 250,-
- [naam 55] € 400,-
- [naam 56] € 400,-
- [naam 57] € 326,50
- [naam 58] € 206,50
- [naam 59] € 720,-
- [naam 60] € 390,-
- [naam 61] € 308,60
- [naam 62] € 156,50
- [naam 63] € 250,-
- [naam 64] € 406,50
- [naam 65] € 256,50
- [naam 66] € 226,50
- [naam 67] €306,50
- [naam 68] € 408,60
- [naam 69] € 276,50
- [naam 70] € 356,50
- [naam 24] € 210,-
- [naam 71] € 406,50
- [naam 72] € 406,50
- [naam 73] € 205,-
- [naam 27] € 258,50
- [naam 25] € 378,60
- [naam 28] € 225,-
- [naam 74] € 266,50
- [naam 149] € 360,-
- [naam 29] € 206,-
- [naam 76] € 240,-
- [naam 77] € 260,-
- [naam 78] € 250,-
- [naam 79] € 276,50
- [naam 80] €276,50
- [naam 81] € 500,-
- [naam 82] € 210,-
- [naam 83] €200,-
- [naam 84] € 240,-
- [naam 85] € 200,-
- [naam 86] € 270,-
- [naam 87] € 406,-
- [naam 88] € 206,50
- [naam 89] € 206,50
- [naam 150] € 406,95
- [naam 91] € 200,-
- [naam 92] € 300,-
- [naam 93] € 400,-
- [naam 94] € 205,-
- [naam 95] € 206,96
- [naam 96] € 210,- + € 50,- reiskosten
- [naam 97] € 206,50
- [naam 98] € 370,-
- [naam 99] € 356,50
- [naam 100] € 206,50
- [naam 101] € 200,-
- [naam 102] € 206,50
- [naam 103] : € 226,-,
- [naam 104] € 208,60
- [naam 105] € 200,-
- [naam 106] € 250,-
- [naam 107] € 250,-
- [naam 30] € 208,60 + €57,20 reiskosten
- [naam 108] € 200,-
- [naam 31] € 206,95
- [naam 109] € 200,-
- [naam 110] € 206,50 + € 5,60 reiskosten
- [naam 151] € 206,50
- [naam 112] € 206,50
- [naam 34] € 200,-
- [naam 35] € 200,-
- [naam 113] € 430,- + € 40,- reiskosten
- [naam 114] € 386,50
- [naam 115] € 306,50
- [naam 116] € 206,50
- [naam 117] € 200,-
- [naam 118] € 256,50
- [naam 36] € 206,50
- [naam 119] € 206,50
- [naam 120] € 439,-
- [naam 121] €386,50
- [naam 37] € 156,50
- [naam 122] € 206,50
- [naam 123] € 206,-
- [naam 124] € 200,-
- [naam 125] € 150,-
- [naam 126] € 208,50
- [naam 127] € 208,60 + € 126,24 reiskosten
- [naam 128] € 160,-
- [naam 129] € 200,-
- [naam 130] € 208,60
- [naam 41] € 400,-
- [naam 131] € 276,50
- [naam 42] € 256,50
- [naam 132] € 300,-
- [naam 133] € 206,95
- [naam 133] € 366,50
- [naam 134] € 438,60
- [naam 44] € 257,-
- [naam 135] € 328,60
- [naam 136] € 366,50
- [naam 137] € 206,50
- [naam 138] € 208,60
- [naam 139] € 286,50
- [naam 45] € 240,-
- [naam 140] € 248,60
- [naam 47] € 248,60
- [naam 141] € 248,50
- [naam 142] € 248,50
- [naam 143] € 246,95
- [naam 152] € 400,-
- [naam 145] € 238,60
- [naam 146] € 400,-
- [naam 48] € 300,-
- [naam 49] € 420,-
- [naam 50] € 115,-
- [naam 147] € 280,-
- J. [aangever 5] € 245,-.
De rechtbank wijst het (eventuele) meer gevorderde af wegens eerder genoemde redenen.
Nu de vorderingen van de benadeelde partijen (deels) worden toegewezen, dient verdachte te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partijen tot aan deze uitspraak in verband met hun vorderingen hebben gemaakt, welke kosten de rechtbank tot op heden begroot op nihil, en de kosten die de benadeelde partijen ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moeten maken.
De rechtbank zal de toegewezen bedragen hoofdelijk toewijzen nu ten aanzien van de strafbare feiten het medeplegen bewezen is verklaard.
De rechtbank zal voorts de gevorderde wettelijke rente toewijzen over de toegewezen datum vanaf de datum van de uitspraak.
Nu de verdachte jegens de benadeelde partijen naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade als gevolg van de door hem gepleegde strafbare feiten is toegebracht en de verdachte voor deze feiten zal worden veroordeeld, zal de rechtbank aan verdachte hoofdelijk de verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van een bedrag ter hoogte van de voornoemde toegewezen bedragen, vermeerderd met de wettelijke rente daarvoor vanaf de datum van de uitspraak tot aan de dag waarop deze vorderingen zijn voldaan.
Verklaart de volgende benadeelde partijen niet-ontvankelijk omdat de oplichtingen gepleegd zijn buiten de bewezenverklaarde pleegperiode:
- [aangever 8]
- [naam 153]
- [naam 154]
- [naam 155]
- [naam 156]
- [naam 157]
- [naam 158]
- [naam 159]
- [naam 160]
- [naam 161]
- [naam 162]
- [naam 163]
- [naam 164]
- [naam 165]
- [naam 166]
- [naam 167]
- [naam 20]
Nu deze vorderingen niet-ontvankelijk worden verklaard, dienen de benadeelde partijen te worden veroordeeld in de kosten die verdachte in verband met de vordering heeft gemaakt en nog zal maken, welke kosten de rechtbank tot op heden begroot op nihil.

8.De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen straf en maatregelen zijn gegrond op de artikelen:
- 36f, 47, 57, 140, 231, 326, 420ter van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij rechtens golden dan wel gelden.

9.De beslissing

De rechtbank:
verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte de onder 1 t/m 4 tenlastegelegde feiten heeft begaan, zoals hierboven onder 3.4 bewezen is verklaard en dat het bewezenverklaarde uitmaakt:
ten aanzien van feit 1:
medeplegen van het opzettelijk gebruik maken een niet op zijn naam gesteld reisdocument of identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 2:
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 3:
medeplegen van gewoontewitwassen;
ten aanzien van feit 4:
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven;
verklaart het bewezen verklaarde en de verdachte daarvoor strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een
gevangenisstrafvoor de duur van
36 (zesendertig) maanden;
bepaalt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht;
bepaalt dat een gedeelte van die straf, groot
6 (zes) maanden, niet zal worden tenuitvoergelegd onder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde:
- zich voor het einde van de hierbij op twee jaren vastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
wijst af het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis;
Beslissing op de vorderingen van de benadeelde partijen
Wijst de vordering tot schadevergoeding van de volgende benadeelde partijen tot het hierna te noemen bedrag hoofdelijk toe en veroordeelt verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan:
- [aangever 1] € 1220,-
- [aangever 2] € 580,-
- [naam 170] € 200,-
- [naam 1] € 246,-
- [naam 54] € 250,-
- [naam 55] € 400,-
- [naam 56] € 400,-
- [naam 57] € 326,50
- [naam 58] € 206,50
- [naam 59] € 720,-
- [naam 60] € 390,-
- [naam 61] € 308,60
- [naam 62] € 156,50
- [naam 63] € 250,-
- [naam 64] € 406,50
- [naam 65] € 256,50
- [naam 66] € 226,50
- [naam 67] €306,50
- [naam 68] € 408,60
- [naam 69] € 276,50
- [naam 70] € 356,50
- [naam 24] € 210,-
- [naam 71] € 406,50
- [naam 72] € 406,50
- [naam 73] € 205,-
- [naam 27] € 258,50
- [naam 25] € 378,60
- [naam 28] € 225,-
- [naam 74] € 266,50
- [naam 28] € 360,-
- [naam 29] € 206,-
- [naam 76] € 240,-
- [naam 77] € 260,-
- [naam 78] € 250,-
- [naam 79] € 276,50
- [naam 80] €276,50
- [naam 81] € 500,-
- [naam 82] € 210,-
- [naam 83] €200,-
- [naam 84] € 240,-
- [naam 85] € 200,-
- [naam 86] € 270,-
- [naam 87] € 406,-
- [naam 88] € 206,50
- [naam 89] € 206,50
- [naam 150] € 406,95
- [naam 91] € 200,-
- [naam 92] € 300,-
- [naam 93] € 400,-
- [naam 94] € 205,-
- [naam 95] € 206,96
- [naam 96] € 260,-
- [naam 97] € 206,50
- [naam 98] € 370,-
- [naam 99] € 356,50
- [naam 100] € 206,50
- [naam 101] € 200,-
- [naam 102] € 206,50
- [naam 103] : € 226,-,
- [naam 104] € 208,60
- [naam 105] € 200,-
- [naam 106] € 250,-
- [naam 107] € 250,-
- [naam 30] € 265,80
- [naam 108] € 200,-
- [naam 31] € 206,95
- [naam 109] € 200,-
- [naam 110] € 212,10
- [naam 151] € 206,50
- [naam 112] € 206,50
- [naam 34] € 200,-
- [naam 35] € 200,-
- [naam 113] € 470,-
- [naam 114] € 386,50
- [naam 115] € 306,50
- [naam 116] € 206,50
- [naam 117] € 200,-
- [naam 118] € 256,50
- [naam 36] € 206,50
- [naam 119] € 206,50
- [naam 120] € 439,-
- [naam 121] €386,50
- [naam 37] € 156,50
- [naam 122] € 206,50
- [naam 123] € 206,-
- [naam 124] € 200,-
- [naam 125] € 150,-
- [naam 126] € 208,50
- [naam 127] € 334,84
- [naam 128] € 160,-
- [naam 129] € 200,-
- [naam 130] € 208,60
- [naam 41] € 400,-
- [naam 131] € 276,50
- [naam 42] € 256,50
- [naam 132] € 300,-
- [naam 133] € 206,95
- [naam 133] € 366,50
- [naam 134] € 438,60
- [naam 44] € 257,-
- [naam 135] € 328,60
- [naam 136] € 366,50
- [naam 137] € 206,50
- [naam 138] € 208,60
- [naam 139] € 286,50
- [naam 45] € 240,-
- [naam 140] € 248,60
- [naam 47] € 248,60
- [naam 141] € 248,50
- [naam 142] € 248,50
- [naam 143] € 246,95
- [naam 152] € 400,-
- [naam 145] € 238,60
- [naam 146] € 400,-
- [naam 48] € 300,-
- [naam 49] € 420,-
- [naam 50] € 115,-
- [naam 147] € 280,-
- [aangever 5] € 245,-.
Wijst de vorderingen voor het (eventuele) overige gedeelte af;
Vermeerdert de voornoemde bedragen met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf de datum van de uitspraak tot aan de dag waarop de vordering is voldaan;
Veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door deze benadeelde partijen gemaakt, tot op heden begroot op nihil en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
Schadevergoedingsmaatregel
Legt aan de verdachte hoofdelijk op de verplichting tot betaling aan de Staat van de voornoemde bedragen;
Bepaalt dat in geval volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt – onder handhaving van voormelde verplichting – vervangende hechtenis zal worden toegepast van één dag per € 50,-;
Bepaalt dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de respectievelijke benadeelde partijen de betalingsverplichting aan de Staat in zoverre doet vervallen, alsmede dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de Staat de betalingsverplichting aan de benadeelde partij in zoverre doet vervallen;
Verklaart de volgende benadeelde partijen niet-ontvankelijk in hun vordering:
- [aangever 8]
- [naam 153]
- [naam 154]
- [naam 155]
- [naam 156]
- [naam 157]
- [naam 158]
- [naam 159]
- [naam 160]
- [naam 161]
- [naam 162]
- [naam 163]
- [naam 164]
- [naam 165]
- [naam 166]
- [naam 167]
- [naam 20]
Veroordeelt deze benadeelde partijen in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen deze vorderingen gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door
mr. E.A.G.M. van Rens, voorzitter,
mr. L.C. Bannink, rechter,
mr. P.G. Salvadori, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. M. van Haalem, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 6 maart 2020.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
1.
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017 te Amsterdam en/of Arnhem en/of elders in Nederland (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk gebruik heeft gemaakt van een niet op zijn naam gesteld reisdocument en/of identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht en/of een ander identiteitsbewijs dat is afgegeven door een dienst of organisatie van vitaal of nationaal belang, te weten
- ( G/145) een (afbeelding van een) Nederlands paspoort op naam van [aangever 8] (geb. [geboortedatum 14] ) en/of
- ( G/60 en LMIO p. 1134) een (afbeelding van een) Nederlands rijbewijs op naam van [aangever 11] (geb. [geboortedatum 1] ) en/of
- ( LMIO p. 318) een (afbeelding van een) Nederlandse identiteitskaart op naam van [naam 170] (geb. [geboortedatum 2] ) en/of
- ( G/01) een (afbeelding van een) Nederlands rijbewijs op naam van [aangever 1] (geb. [geboortedatum 3] ) en/of een (afbeelding van een) politielegitimatiebewijs op naam van [aangever 1] (Inspecteur van Politie Landelijke Eenheid) en/of
- ( G/69) een (afbeelding van een) Nederlands paspoort op naam van [aangever 14] (geb. [geboortedatum 4] ) en/of
- ( G/160) een (afbeelding van een) Nederlandse identiteitskaart op naam van [aangever 15] (geb. [geboortedatum 5] ) en/of
- ( G/159) een (afbeelding van een) Nederlandse identiteitskaart op naam van [naam 170] (geb. [geboortedatum 6] ) en/of
- ( aanvullend dossier p. 235) een (afbeelding van een) Nederlandse identiteitskaart op naam van [aangever 16] en/of
- ( G/17 en G/25) een (afbeelding van een) Nederlands rijbewijs op naam van [aangever 17] (geb. [geboortedatum 7] ) en/of
- ( G/55) een (afbeelding van een) Nederlands rijbewijs op naam van [aangever 13] (geb. [geboortedatum 8] ) en/of
- ( G/67) een (afbeelding van een) Nederlandse identiteitskaart op naam van [aangever 7] (geb. [geboortedatum 9] ) en/of
- ( G/62) een (afbeelding van een) Nederlands paspoort op naam van [aangever 2] (geb. [geboortedatum 10] ) en/of
- ( G/61) een (afbeelding van een) Nederlandse identiteitskaart op naam van [aangever 3] (geb. [geboortedatum 11] ) en/of
- ( G/63) een (afbeelding van een) Nederlands rijbewijs op naam van [aangever 4] (geb. [geboortedatum 12] ) en/of
- ( aanvullend dossier p. 380) een (afbeelding van een) Nederlandse identiteitskaart op naam van [naam 1] (geb. [geboortedatum 13] ),
welk gebruik (telkens) hierin bestond dat hij verdachte en/of zijn mededader(s) een kopie en/of foto/afbeelding van dat reisdocument en/of identiteitsbewijs heeft/hebben toegestuurd en/of getoond aan geïnteresseerden in de door verdachte en/of zijn mededaders geplaatste advertenties op www. marktplaats.nl , teneinde vertrouwen te wekken bij die geïnteresseerden;
artikel 231 Wetboek van Strafrecht
2.
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017 te Amsterdam en/of Arnhem en/of elders in Nederland (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
- ( misbruikte identiteit [aangever 8] ) 3 (drie) personen te weten [naam 17] en/of [naam 18] en/of [naam 19] en/of
- ( misbruikte identiteit K. [aangever 11] ) 28 (achtentwintig) personen te weten [naam 170] (G/159) en/of [naam 21] (LMIO p. 748) en/of [naam 22] (LMIO p. 1697) en/of [naam 23] (LMIO p. 1635) en/of een of meer andere personen (LMIO dossier p. 774 en/of p. 800 en/of p. 844 en/of p. 982 en/of p. 1037 en/of p. 1105 en/of p. 1301 en/of p. 1434 en/of p. 1515 en/of p. 1525 en/of p. 1567 en/of p. 1613 en/of p. 1750 en/of p. 1833 en/of G/20 en/of G/109 en/of G/111 en/of G/115 en/of G/ 116 en/of G/124 en/of G/134 en/of G/139 en/of G/141 en/of G/144) en/of
- ( misbruikte identiteit [naam 168] ) 6 (zes) personen te weten [aangever 1] (G/01) en/of [naam 24] (LMIO p. 1653) en/of een of meer andere personen (LMIO dossier p. 719 en/of p. 947 p. 1154 en/of p. 1808) en/of
- ( misbruikte identiteit [naam 16] en/of [naam 16] ) 3 (drie) personen te weten [naam 25] (LMIO p. 943) en/of [naam 26] (LMIO p. 1283) en/of [naam 27] (LMIO p. 1583) en/of
- ( misbruikte identiteit [aangever 1] ) 58 (achtenvijftig) personen te weten [naam 28] (G/02) en/of [naam 29] (G/10) en/of [aangever 17] (G/25) en/of een of meer andere personen (G/03 en/of G/04 en/of G/05 en/of G/06 en/of G/07 en/of G/08 en/of G/09 en/of G/11 en/of G/12 en/of G/13 en/of G/14 en/of G/15 en/of G/16 en/of G18 en/of G/19 en/of G/23 en/of G/24 en/of G/26 en/of G/27 en/of G/28 en/of G/29 en/of G/30 en/of G/31 en/of G/32 en/of G/33 en/of G/34 en/of G/35 en/of G/36 en/of G/37 en/of G/38 en/of G/39 en/of G/40 en/of G/41 en/of G/42 en/of G/43 en/of G/45 en/of G/46 en/of G/47 en/of G/48 en/of G/49 en/of G/50 en/of G/51 en/of G/52 en/of G/53 en/of G/54 en/of G/57 en/of G/58 en/of G/59 en/of G/64 en/of G/66 en/of G68 en/of G/80 en/of G/89 en/of G/94 en/of G157) en/of
- ( misbruikte identiteit [aangever 14] en/of [aangever 14] ) 9 (negen) personen te weten [naam 30] (G/107) en/of [naam 31] (G/112) en/of een of meer andere personen (G/110 en/of G/113 en/of G/118 en/of G/120 en/of G/126 en/of G/129 en/of G/130) en/of
- ( misbruikte identiteit [aangever 15] en/of [aangever 15] ) 4 (vier) personen te weten [naam 32] (LMIO p. 303) en/of [naam 33] (G/119) en/of [naam 34] (G/132) en/of [naam 35] (G/142) en/of
- ( misbruikte identiteit [naam 169] en/of Johanna [naam 169] ) 17 (zeventien) personen te weten [naam 36] (G/127) en/of [naam 37] (G/138) en/of een of meer andere personen (G/103 en/of G/104 en/of G/105 en/of G/106 en/of G/108 en/of G/117 en/of G/121 en/of G/122 en/of G/123 en/of G/125 en/of G/128 en/of G/133 en/of G/137 en/of G/143 en/of G/158) en/of
- ( misbruikte identiteit [aangever 16] ) 20 (twintig) personen te weten [naam 38] (aanvullend dossier p. 261) en/of [naam 39] (aanvullend dossier p. 264) en/of een of meer andere personen (aanvullend dossier p. 267 en/of p. 270 en/of p. 273 en/of p. 276 en/of p. 279 en/of p. 282 en/of p. 285 en/of p. 288 en/of p. 291 en/of p. 294 en/of p. 297 en/of p. 300 en/of p. 303 en/of p. 306 en/of p. 309 en/of p. 312 en/of p. 315 en/of p. 319) en/of
- ( misbruikte identiteit R. Dulfer) 1 (één) persoon genaamd [naam 40] (G/136) en/of
- ( misbruikte identiteit [aangever 13] ) 5 (vijf) personen te weten [naam 41] (LMIO p. 743) en/of [naam 42] (LMIO p. 816) en/of een of meer andere personen (LMIO dossier p. 1376 en/of p. 1463 en/of p. 1773) en/of
- ( misbruikte identiteit [aangever 7] en/of [aangever 7] ) 7 (zeven) personen te weten
[naam 43] (G/65) en/of [naam 44] (G/67) een of meer andere personen ( G/71 en/of G/72 en/of G/73 en/of G/78 en/of G/88) en/of
- ( misbruikte identiteit [aangever 2] ) 13 (dertien) personen te weten [naam 45] (G/82) en/of [naam 46] (G/83) en/of [naam 47] (G/92) en/of een of meer andere personen (G/91 en/of G/93 en/of G/95 en/of G/99 en/of G/101 en/of G/147 en/of G/152 en/of G/155 en/of aanvullend dossier p. 374 en/of p. 380) en/of
- ( misbruikte identiteit [aangever 3] ) 3 (drie) personen te weten [naam 48] (G/96) en/of [naam 49] (G/102) en/of [naam 50] (G/153) en/of
- ( misbruikte identiteit [aangever 4] ) 4 (vier) personen te weten [naam 51] (G/63) en/of [naam 52] (G/151) en/of een of meer andere personen (G/149 en/of G/156) en/of
- ( misbruikte identiteit [naam 1] ) 2 (twee) personen te weten [aangever 5] (G/148) en/of [naam 53] (aanvullend dossier p. 365),
heeft/hebben bewogen tot de afgifte van een of meer geldbedragen, in elk geval van enig goed, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) toen aldaar (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
- zich voorgedaan als bonafide verkoper en/of
- zich voorgedaan als [aangever 8] en/of [aangever 11] en/of [naam 168] en/of [naam 16] en/of [naam 16] en/of [aangever 1] (inspecteur van Politie Landelijke Eenheid) en/of [aangever 14] en/of [aangever 14] en/of [aangever 15] en/of [aangever 15] en/of [naam 169] en/of Johanna [naam 169] en/of [aangever 16] en/of [aangever 17] en/of [aangever 13] en/of [aangever 7] en/of [aangever 7] en/of [aangever 2] en/of [aangever 3] en/of [aangever 4] en/of [naam 1] en/of
- zich voorgedaan als wonende in de provincie Zeeland en/of Groningen en/of
- advertenties op www. marktplaats.nl geplaatst voor een spelcomputer/PS4 en/of een iPhone en/of een Sonos en/of een Samsung telefoon en/of een of meer andere voorwerp(en) en/of
- met geïnteresseerden contact gehad via whatsapp en/of
- whatsapp profielfoto’s met een of meer afbeeldingen van (een) kind(eren) gebruikt en/of whatsapp profielfoto’s gebruikt van de personen wiens identiteit is misbruikt en/of whatsapp profielfoto’s gebruikt passend bij de personen wiens identiteit is misbruikt en/of
- ( vervolgens) geïnteresseerden en/of aangevers een foto van het identiteitsbewijs en/of paspoort en/of het rijbewijs en/of politielegitimatiebewijs en/of een (zogenaamde) selfie van die [aangever 8] en/of [aangever 11] en/of [naam 168] en/of [naam 16] en/of [naam 16] en/of [aangever 1] (inspecteur van Politie Landelijke Eenheid) en/of [aangever 14] en/of [aangever 14] en/of [aangever 15] en/of [aangever 15] en/of [naam 169] en/of Johanna [naam 169] en/of [aangever 16] en/of [aangever 17] en/of [aangever 13] en/of [aangever 7] en/of [aangever 7] en/of [aangever 2] en/of [aangever 3] en/of [aangever 4] en/of [naam 1] toegestuurd en/of
- geïnteresseerden aangeboden om een foto van een identiteitsbewijs en/of paspoort en/of rijbewijs en/of een (zogenaamde) selfie van de (vermeende) aanbieder toe te sturen en/of
- geïnteresseerden aangeboden om de/het voorwerp(en) per post te verzenden en/of
- ( vervolgens) met voornoemde aangevers overeengekomen om een geldbedrag te storten op een door verdachte en/of zijn mededaders beheerde bankrekening ten behoeve van de aankoop van het/de aangeboden voorwerp(en) en/of
- geïnteresseerden / afnemers een niet bestaande en/of valse Track & Trace code toegestuurd en/of
- ( vervolgens) nadat het geldbedrag was overgemaakt, die goederen/dat goed niet verzonden en/of afgeleverd aan voornoemde personen/persoon,
waardoor voornoemde aangevers (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
artikel 326 Wetboek van Strafrecht
3.
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017 te Amsterdam en/of Arnhem en/of elders in Nederland (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, althans zich (meermalen althans eenmaal) schuldig heeft gemaakt aan witwassen, immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) (van) (een) voorwerp(en), te weten een of meer geldbedrag(en) (van in totaal € 126.355,77)
- de werkelijke aard en/of herkomst heeft verborgen en/of verhuld, dan wel heeft verhuld en/of verborgen wie de rechthebbende op dat/die voorwerp(en) is en/of dat/die voorwerp(en) voorhanden had en/of
- heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of overgedragen en/of omgezet en/of van genoemd(e) voorwerp(en) gebruik heeft gemaakt,
terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat bovenomschreven voorwerp(en) – onmiddellijk of middellijk – afkomstig was/waren uit enig misdrijf;
artikel 420bis Wetboek van Strafrecht
artikel 420ter Wetboek van Strafrecht
4.
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 oktober 2016 tot en met 25 april 2017 te Amsterdam en/of Arnhem en/of elders in Nederland heeft deelgenomen aan een organisatie, te weten een samenwerkingsverband tussen verdachte en/of [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer anderen, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten het plegen van (marktplaats)oplichting en/of identiteitsfraude en/of witwassen;
artikel 140 Wetboek van Strafrecht

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van alle processen-verbaal opgemaakt in het onderzoek DHRBB16016, [naam onderzoek] door de politie Eenheid Den Haag, team FinEc en alle processen-verbaal opgemaakt in het onderzoek LMIO808 door de politie Landelijk Meldpunt Internetfraude.
2.Proces-verbaal aangifte, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 1, blz 53-58
3.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 1, blz 293-296 en proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH/105;
4.Schriftelijk stuk bij een proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/3, bijlage 3, G/25, G/36, G/69, G/109
5.Schriftelijk stuk bij een proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/36, G/63, G/120, G/133, G/137
6.Schriftelijk stuk bij proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/08, G/16, G/23, G/27, G/35, G/36, G/40, G/65, G/67, G/68, G/80, G/82, G/95, G105, G/107, G/111, G/122, G/125, G/127, G/128, G137, G/140, G/141, G/145, G/149, G/151, G/153, G/154, G/155, G/156, G/157, G/158, G/159
7.Schriftelijk stuk bij proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier G/35, G/38
8.Schriftelijk stuk bij een proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/20, G/88, G/115, G/117, G/125, G/127, G/141
9.Schriftelijk stuk bij proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/25, G/29, G/37, G/38, G/82, G/84, G/86, G/90, G/92, G/99, G/100, G/101, G/107, G/142, G/144
10.Schriftelijk stuk bij een proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/82, G/85, G/99
11.Schriftelijk stuk bij een proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/33, G/35, G/38
12.Schriftelijk stuk bij proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier G/42, G/53, G/116, G/117, G/151, G/153
13.Schriftelijk stuk bij proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz. 599, 667, 1082, 1215 en Getuigen Dossier, G/01, G/04, G/05, G/50, G59
14.Schriftelijk stuk gevoegd bij proces-verbaal van bevindingen, aanvullend dossier, blz 213-220
15.Proces-verbaal, LMIO808, blz 12-17 met bijbehorende bijlagen
16.Processen-verbaal verhoor getuigen door de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank, opgemaakt op 6 februari 2019, 19 februari 2019 en 20 februari 2019.
17.Proces-verbaal aangifte, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 1, blz 53
18.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH 18
19.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/28 en Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH 104 en AH/105
20.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH/105
21.Proces-verbaal aangifte, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 1, blz 295, 432-433, 529
22.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/18
23.Proces-verbaal van bevindingen, LMIO808, blz 95-96
24.Proces-verbaal aangifte, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 1, blz 533
25.Proces-verbaal van bevindingen, Aanvullend Dossier, blz 258, een schriftelijk stuk bij proces-verbaal van bevindingen, Aanvullend Dossier, blz 219
26.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 1, blz 436
27.Schriftelijk stuk bij proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier G/23, G/43, G/94, G/157
28.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 1, blz 440-441
29.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH 89
30.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 2, blz 807
31.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 2, blz 808-809
32.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 2, blz 809-810
33.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 2, blz 854-855
34.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH 137, Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 2, blz 811
35.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH 152
36.Proces-verbaal van aangifte ,Getuigendossier G/82, G/83, G/91, G/92, G/93, G/95, G/99, G/101, G/147, G/152, G/155 en proces-verbaal van aangifte, Aanvullend dossier, blz 374, 380
37.Proces-verbaal van , Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 2, blz 816
38.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH 152
39.Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/148 en Aanvullend Dossier, blz 365
40.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 2, blz 810
41.Proces-verbaal van aangifte, Aanvullend dossier, blz 366
42.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH 152
43.Proces-verbaal van aangifte ,Getuigendossier, G/96, G/102, G/153
44.Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/61
45.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 2, blz 809
46.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 2, blz 855-857
47.Proces-verbaal van aangifte Getuigendossier, G/149, G/151, G/156
48.Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/63
49.Proces-verbaal van bevindingen, Aanvullend Dossier, blz 326, 384-385
50.Proces-verbaal van bevindingen, Aanvullend Dossier, blz 386-387
51.Proces-verbaal van bevindingen, Aanvullend Dossier, blz 387
52.Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/148
53.Proces-verbaal van bevindingen, Aanvullend Dossier, blz 385
54.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH 81
55.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH 95
56.Proces-verbaal van bevindingen, Aanvullend dossier, AH/182
57.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH 87
58.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/59 t/m AH/109, AH/104
59.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH 159
60.Een schriftelijk stuk bij een proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH 87, bijlage 3
61.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH 115
62.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH 115
63.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH 86, bijlage 6
64.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH 86, bijlage 9 en AH/110 t/m AH/159, AH 115 en proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/67
65.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 2, blz 533, proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/65, G/67, G/71, G/72, G/73, G/78 en G/88
66.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/160 t/m AH/179, AH 160
67.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH 111
68.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/ 15
69.Proces-verbaal van aanhouding, persoonsdossier [medeverdachte 1] , p. 12 en AH/71
70.Schriftelijk stuk bij proces-verbaal digitaal onderzoek, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH/73,bijlage 4
71.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH/72
72.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH/113
73.Proces-verbaal van aangifte, LMIO-dossier; p. 1002, p. 1231 en p. 1665
74.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 324, 561, 599, 667 en p. 700
75.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 366, 551 en 641
76.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 752, p. 907, p. 966, p. 1022, p. 1082
77.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 779, 926 en 1669
78.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 719, 947, 1154, 1653, 1808 en proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/01
79.Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/02 t/m G/09, G/11 t/m G/16, G/18, G/19, G/23, G/24, G/26 t/m G/43, G/45 t/m G/54, G/57 t/m G/59, G/64, G/66, G/80, G/89, G/94, G/157
80.Proces-verbaal van aangifte G/161, LMIO808, blz 752, 1669 en 318 en G/01
81.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH/67 met bijlage
82.Schriftelijk stuk gevoegd bij proces-verbaal van bevindingen, aanvullend dossier, blz 213-220
83.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Amsterdam-Arnhem deel 1, blz 533
84.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 289, 355,424, 437,580, 612, 622, 685, 691, 792, 796, 1287, 1393, 1454, 1542, 1779, 1819 en 1819
85.Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/145
86.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 349, 370, 374 en 592
87.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 274
88.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 387, 28, 495, 501, 529, 584, 647, 652, 657
89.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 829, 867, 1478, 1164, 12197, 1556, 892, 1406, 1416, 1769, 1763, 1068, 1974, 1012, 1499 en Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/140
90.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 28
91.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 974, 1007,1750, 1434, 748, 1515, 1551, 1567, 1697, 982, 1635, 1525, 1833, 800, 1037, 844, 1105, 1301, 774, 1613 en Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier G/111, G/139, G/144, G/115, G/109, G/124, G/141, G/134 en G/20
92.Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier G/60
93.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 1856 en 1520 en Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier G/159, G/117, G/104, G/106, G/128, G/103, G.138, G/105, G/121, G/123, G/137, G/125, G/143, G/158, G/127 en G/122
94.Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/159
95.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808, blz 816, 1376, 1463, 1773
96.Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/55
97.Proces-verbaal van aangifte, Getuigendossier, G/65, G/72, G/88, G/71, G/67, G/73, G/78
98.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH 81
99.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH 116
100.Proces-verbaal van aangifte, LMIO808 Onderzoek dossier blz 943, 1283 en 1583
101.Proces-verbaal van aangifte, LMIO080 Onderzoek Dossier deel I, blz 943
102.Proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/107, G/112, G/110, G/113, G/118, G/120, G/126, G/129 en G/130
103.Proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/69
104.proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/119, G/132, G/142 en LMIO808 Onderzoekdossier p. 303
105.Proces-verbaal van aangiften, LMIO808 Aangiften Deel II, blz 303
106.Proces-verbaal van aangifte, Getuigen Dossier, G/160
107.Proces-verbaal van aangifte, Aanvullend Dossier, blz 261, 264, 267, 270, 273, 276, 279, 282
108.Proces-verbaal van aangifte, Aanvullend Dossier, blz 285, 288, 291, 294, 297
109.Proces-verbaal van aangifte, Aanvullend Dossier, blz 300, 303, 306, 309, 312, 315, 319
110.Proces-verbaal van aangifte, Aanvullend Dossier, blz 235-236
111.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH 116
112.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen AH/01 t/m AH/058, AH/23, proces-verbaal van herkenning door opsporingsambtenaar Ambtshandelingen AH/01 t/m AH/058, AH/24 en AH/31, Ambtshandelingen AH/59 t/m AH/109, AH/74 en proces-verbaal van observatie, Ambtshandelingen AH/59 t/m AH/109, AH/70
113.Schriftelijk stuk gevoegd bij proces-verbaal van bevindingen, aanvullend dossier, blz 213-220
114.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/3
115.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/22
116.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/17
117.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/41
118.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/29
119.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/42
120.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/45
121.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/46
122.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/001 t/m AH/058, AH/50
123.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/059 t/m AH/109, AH/69
124.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/110 t/m AH/159, AH/151
125.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen Dossier AH/160 t/m AH/179, AH/174
126.Proces-verbaal van aangifte, Aanvullend Dossier, blz 190, LMIO808, Onderzoek Dossier I, blz 318 en 324
127.Proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen AH/01 t/m AH/058, AH/22, AH/41, proces-verbaal van bevindingen, Ambtshandelingen AH/160 t/m AH/179, AH/166