Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 24 januari 2020 in de zaak tussen
[eiser] , eiser, V-nummer [V-nummer]
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Uit het arrest Paposhvili volgt dat het aan de vreemdeling is om aannemelijk te maken dat de medische zorg noodzakelijk en voor hem niet toegankelijk is. Indien de vreemdeling zijn identiteit en nationaliteit niet heeft aangetoond via documenten, maakt hij daarmee de beoordeling naar de toegankelijkheid onmogelijk. Immers, inhoudelijke beoordeling van de feitelijke toegankelijkheid van de in het herkomstland beschikbare zorg voor de vreemdeling, is verweven met omstandigheden die zien op de persoon, zoals aanwezige familie, vermogen, of het bestaan van een sociaal netwerk. Ook is voor de vraag of de medische instellingen in het land van herkomst toegang verlenen tot de medische behandeling relevant dat de identiteit en met name nationaliteit bekend is. Nu de gronden voor deze aanvraag niet gelegen zijn in vrees voor de autoriteiten en er voor de vreemdeling in beginsel geen beletsel is om zich tot die autoriteiten te wenden, kan van de vreemdeling worden verwacht dat hij documenten overlegt. Als de identiteit en/of nationaliteit niet is aangetoond zal de IND het medisch advies dan ook niet aan de vreemdeling voorleggen, en wordt de aanvraag om uitstel van vertrek afgewezen.”