ECLI:NL:RBDHA:2020:206

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
14 januari 2020
Publicatiedatum
14 januari 2020
Zaaknummer
7530355 RL EXPL 19-3668
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van een overeenkomst op grond van dwaling in een geschil tussen een onderneming en een productiebedrijf

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag op 14 januari 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen Van den Elshout B.V. en New Day Productions B.V. De eisende partij, Van den Elshout, vorderde onder andere de vernietiging van een overeenkomst op grond van dwaling. De zaak betreft de deelname van Van den Elshout aan het televisieprogramma 'Van Passie Naar Droombaan', waarvoor zij een bedrag van € 5.950,- had betaald aan NDP. Van den Elshout stelde dat de uitzending niet voldeed aan de gemaakte afspraken, omdat de aflevering niet uitsluitend over de binnenvaart ging, maar ook over logistiek en wegvervoer, wat in strijd was met haar verwachtingen. De kantonrechter oordeelde dat NDP had moeten inlichten over de inhoud van het programma, gezien de kennis van NDP over de doelgroep van Van den Elshout. De rechter vernietigde de overeenkomst op grond van dwaling en oordeelde dat NDP onzorgvuldig had gehandeld, wat een onrechtmatige daad opleverde. NDP werd veroordeeld tot terugbetaling van het deelnamebedrag van € 7.199,50, vermeerderd met wettelijke rente, en in de proceskosten van Van den Elshout.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats ’s-Gravenhage
CB
Rolnr.: 7530355 RL EXPL 19-3668
14 januari 2020
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Van den Elshout B.V.,
statutair gevestigd en kantoorhoudende te Woudrichem,
eisende partij,
hierna te noemen: Van den Elshout,
gemachtigde: mr. R.S. The (T-legal advocatenkantoor),
tegen
de besloten vennootschap
New Day Productions B.V.,
statutair gevestigd te Den Haag en kantoorhoudende te Rotterdam,
gedaagde partij,
hierna te noemen: NDP,
gemachtigde: [gemachtigde] (DAS).

1.Het procesverloop

1.1
De kantonrechter heeft kennis genomen van de volgende stukken:
  • de dagvaarding van 7 februari 2019 met 15 producties (nrs. 1 tot en met 15);
  • de conclusie van antwoord van 18 april 2019 met een productie (nr. 1);
  • de akte overlegging producties aan de zijde van Van den Elshout van 24 september 2019 met drie aanvullende producties (nrs. 16 tot en met 18);
  • de akte overleggen producties aan de zijde van NDP met 19 november 2019 met drie aanvullende producties (nrs. 2 tot en met 4);
  • de akte uitlaten producties aan de zijde van Van den Elshout van 17 december 2019.
1.2
Op 16 augustus 2019 heeft een comparitie van partijen plaatsgevonden. Daarbij is namens Van den Elshout de heer [betrokkene 1] verschenen alsmede de gemachtigde van Van den Elshout en is namens NDP de heer [betrokkene 2] verschenen samen met de gemachtigde van NDP. Tijdens de comparitie van partijen heeft de gemachtigde van Van den Elshout schriftelijke aantekeningen overgelegd. Van hetgeen tijdens de comparitie van partijen is besproken heeft de griffier zakelijke aantekeningen gemaakt, die zich in het griffiedossier bevinden. Een schikking is niet bereikt.
1.3
Uiteindelijk is vonnis bepaald op heden.

2.De feiten

2.1
Op 22 december 2016 heeft Van den Elshout een door NDP verstuurde bevestiging van deelname het televisieprogramma van RTL ‘Van Passie Naar Droombaan’ voor akkoord getekend.
2.2
Naar aanleiding van de deelname van Van den Elshout zijn op 27 februari 2017 en op 29 maart 2017 televisieopnames gemaakt op het kantooradres van Van den Elshout en op een tweetal andere locaties in Raamsdonksveer en Druten.
2.3
Voor haar deelname aan het televisieprogramma heeft Van den Elshout een bedrag van € 5.950,- (excl. BTW) aan NDP voldaan.
2.4
Op 18 augustus 2018 is een aflevering van het RTL televisieprogramma ‘Van Passie Naar Droombaan’ uitgezonden, met daarin een programmaonderdeel van ongeveer 4 minuten met de in februari/maart 2017 bij Van den Elshout opgenomen beelden.
2.5
De andere programmaonderdelen betroffen beelden van de bedrijven JacSped Transport, MAN Nederland Transport, IQ Select, Jan de RIJK Logistics en Quo Vadis.

3.De vordering

3.1
Van den Elshout vordert om, rechtdoende bij vonnis, steeds voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad: (I.)
Primair: te verklaren voor recht dat de (deelname) overeenkomst tussen partijen reeds op 16 januari 2019 als gevolg van de mededeling van de heer Van den Elshout aan NDP is ontbonden. En NDP uiterlijk 21 januari 2019 het deelname bedrag aan Van den Elshout had dienen te voldoen. Het deelname bedrag vanaf voormelde datum opeisbaar is; (II.) de overeenkomst van opdracht (de deelname) tussen partijen van 22 december 2016, voor zover deze al niet rechtsgeldig buitengerechtelijk is ontbonden, alsnog per direct, dan wel [op] een in goede justitie te bepalen datum te ontbinden wegens aan NDP toerekenbare tekortkoming daarvan; (III.) NDP te veroordelen tot terugbetaling aan haar, tegen behoorlijk bewijs van kwijting, van het deelnamebedrag dat zij heeft betaald groot
EUR 7.199,50; (IV.) NDP te veroordelen tot betaling van de door Van den Elshout gemaakte schade als gevolg van de aan NDP toerekenbare tekortkoming, beperkt tot de daadwerkelijk gemaakte juridische kosten tot de dagvaarding, begroot op
EUR 945,--, hetgeen zo nodig nader onderbouwd kan worden aan de hand van een urenspecificatie, althans een in goede justitie te bepalen bedrag; (V.) NDP te veroordelen tot betaling van de gederfde winst terzake o.a. declarabele uren van J. v.d. Elshout begroot op
EUR 1.495,--, hetgeen zo nodig onderbouwd kan worden aan de hand van een urenspecificatie, althans een in goede justitie te bepalen bedrag; (VI.) NDP te veroordelen over het deelnamebedrag zoals vermeld onder punt III als de schade zoals vermeld onder punt IV en de gederfde winst onder punt V, vanaf de datum dat deze bedragen opeisbaar zijn de handelsrente daarover aan haar te voldoen, althans een in goede justitie te bepalen rentebedrag; (VII.)
Subsidiair: de overeenkomst van opdracht (de deelname) tussen partijen van 22 december 2016, voor zover deze al niet rechtsgeldig buitengerechtelijk is ontbonden, alsnog per direct, dan wel op een in goede justitie te bepalen datum, op grond van dwaling door Van den Elshout over de inhoud daarvan te vernietigen; (VIII.) om voor recht te verklaren dat NDP onzorgvuldig jegens Van den Elshout heeft gehandeld hetgeen een onrechtmatige daad oplevert en NDP op grond daarvan te veroordelen het deelname bedrag zoals vermeld onder punt II, alsmede de schade zoals vermeld onder punt III en IV aan haar te voldoen; (IX.) NDP te veroordelen over de gevorderde schade zoals vermeld onder punt III, IV en V de handelsrente aan haar te voldoen, vanaf de datum dat deze bedragen opeisbaar zijn, althans een in goede justitie te bepalen rentebedrag; (X.)
Primair en subsidiair: NDP te veroordelen in de kosten van de procedure, alsmede de nakosten, waaronder salaris gemachtigde, alles evenzeer te vermeerderen met de wettelijke rente, voor zover mogelijk, indien deze kosten niet zijn voldaan binnen veertien dagen na het te wijzen vonnis.
3.2
Aan deze vordering legt Van den Elshout ten grondslag dat in strijd met gemaakte afspraken de televisiebeelden van haar onderneming niet zijn uitgezonden in een aflevering van het televisieprogramma ‘Van Passie naar Droombaan’ dat geheel zou worden gewijd aan de binnenvaartsector. In plaats daarvan zijn de beelden uitgezonden in een aflevering van het programma dat hoofdzakelijk gaat over logistiek en wegvervoer, waarbij bovendien haar bedrijf onvoldoende herkenbaar in beeld wordt gebracht.

4.Het verweer

4.1
NDP voert verweer tegen de vordering van Van den Elshout, welk verweer er in feite op neerkomt dat NDP betwist dat de aflevering van het programma, waarin de beelden over het bedrijf van Van den Elshout zouden worden uitgezonden uitsluitend over de binnenvaart zou gaan. In overeenstemming met hetgeen partijen zijn overeengekomen wordt een duidelijk beeld geschetst van het bedrijf van Van den Elshout, waarbij de bijdrage bovendien niet drie minuten (zoals overeengekomen) heeft geduurd, maar zelfs vier minuten.

5.De beoordeling

5.1
Dat op zondag 18 augustus 2018 een aflevering van het RTL-televisieprogramma ‘Van Passie Naar Droombaan’ is uitgezonden, met daarin een ongeveer vier minuten durende bijdrage, waarin een beeld geschetst wordt van het bedrijf van Van den Elshout staat niet ter discussie. Ook staat eigenlijk niet langer ter discussie dat het beeld dat in de betreffende vier minuten van het bedrijf van Van den Elshout wordt gegeven een herkenbaar beeld van het bedrijf van Van den Elshout en is min of meer in overeenstemming is met het script dat partijen voorafgaand aan het maken van de filmopnamen waren overeengekomen. Waar de bezwaren van Van den Elshout zich voornamelijk op richten is dat de betreffende aflevering van het programma niet als overheersend thema de binnenvaart had, maar dat de nadruk lag op logistieke dienstverlening, en dan in het bijzonder het wegtransport. Van de zijde van Van den Elshout wordt daarbij gesteld dat het wegtransport een direct concurrerende bedrijfstak van de binnenvaart is en dat hij nooit zou hebben toegestemd in deelname aan een aflevering van het programma als dat niet uitsluitend over de binnenvaart zou gaan.
5.2
Primair vordert Van den Elshout voor recht te verklaren dat Van den Elshout de overeenkomst tussen haar en NDP heeft ontbonden dan wel deze overeenkomst te ontbinden vanwege een toerekenbare tekortkoming. Inderdaad heeft Van den Elshout op 16 januari 2019 een e-mail aan NDP gestuurd, waarin zij duidelijk stelt dat zij de overeenkomst van deelname ontbindt.
5.3
In het onderhavige geval kan alleen sprake zijn van een toerekenbare tekortkoming, indien tussen partijen vaststaat dat de aflevering van ‘Van Passie Naar Droombaan’ geheel gewijd zou zijn aan de binnenvaart. Weliswaar valt uit de overgelegde correspondentie tussen partijen op te maken dat Van den Elshout zich richt op de doelgroep ‘binnenvaart’, maar daaruit volgt niet automatisch dat het gehele programma aan die doelgroep gewijd zou worden. Noch uit de getekende opdrachtbevestiging noch uit de overige overgelegde correspondentie kan worden afgeleid dat het gehele programma aan de binnenvaart zou worden gewijd. In de opdrachtbevestiging valt te lezen dat NDP zich verbindt om een ‘storytelling item’ van 3 minuten (is 4 minuten geworden) te maken op basis van een script dat tussen Van den Elshout en de redactie van NDO zou worden opgesteld. Zoals reeds in rechtsoverweging 5.1 is overwogen is NDP die verplichting nagekomen. De betreffende aflevering van het programma bevatte een ‘item’ dat de activiteiten van Van den Elshout op zichzelf genomen goed in beeld heeft gebracht.
5.4
Uit het voorgaande, namelijk de overweging dat niet is overeengekomen dat het gehele programma over de binnenvaart zou gaan, vloeit voort dat van een toerekenbare tekortkoming aan de zijde van NDP geen sprake is. Daarom zal al hetgeen Van den Elshout primair vordert worden afgewezen, omdat alle elementen van haar primaire vordering gebaseerd zijn op de stelling dat sprake is van een toerekenbare tekortkoming.
5.5
De subsidiaire vordering van Van den Elshout is gebaseerd op de stelling dat sprake is van dwaling: als zij geweten had dat niet het gehele programma aan de binnenvaart zou worden gewijd, dan zou zij geen overeenkomst met NDP hebben gesloten.
5.6
Voor een succesvol beroep op dwaling kan alleen sprake zijn indien is voldaan aan een van de drie in artikel 6:228 lid 1 Burgerlijk Wetboek (BW) genoemde gevallen.
5.7
Naar het oordeel van de kantonrechter is in het voorliggende geval het tweede (onder b.) in artikel 6:228 lid 1 BW genoemde geval aan de orde, namelijk dat NDP in verband met hetgeen zij omtrent de dwaling wist of behoorde te weten, Van den Elshout had behoren in te lichten over de uiteindelijke inhoud van het programma. Daarvoor is het volgende richtinggevend.
5.8
Buiten twijfel staat dat NDP wist dat de doelgroep van Van den Elshout de binnenvaart is; dat had Van den Elshout namelijk geantwoord in de vragenlijst die Van den Elshout na het accepteren van de opdracht aan NDP heeft gestuurd. Daarin staat tot tweemaal toe dat het Van den Elshout ging om het in beeld brengen van de binnenvaart.
5.9
Net als NDP opereert Van den Elshout in een concurrerende omgeving. Voor NDP is het zaak zoveel mogelijk in het programma ‘Van Passie Naar Droombaan’ geïnteresseerde klanten bijeen te brengen, waardoor zij een of meerdere afleveringen kan aanbieden aan een commerciële televisiezender. Voor Van den Elshout zou deelname aan het programma een mogelijkheid zijn om tegen een vooraf afgesproken bedrag haar bedrijf bekend te maken bij de kijkers van het programma. In die zin hebben beide partijen een commercieel belang bij de totstandkoming van het programma.
5.1
Uit het voorgaand vloeit voort dat beide partijen ook rekening te houden hebben met de (commerciële) belangen van de andere partij. Zoals reeds eerder is besproken was NDP ermee bekend dat de doelgroep van Van den Elshout de binnenvaart was. Tussen de opnames voor het programmaonderdeel van Van den Elshout in februari/maart 2017 en de uiteindelijke uitzending van het gehele programma in augustus 2018 is bijna anderhalf jaar verstreken. Zoals de heer [betrokkene 2] van NDP ook tijdens de comparitie van partijen heeft verteld ligt het belang van NDP in het kunnen aanbieden van een programma met een bepaald thema aan een televisiezender. Dat er zoveel tijd verstreken is tussen de opnames en de uitzending zou erop kunnen duiden dat NDP moeilijkheden ondervond om voldoende geïnteresseerde partijen te vinden voor een bepaald thema, in dit geval de binnenvaart, en daarom heeft besloten het thema te verruimen tot logistieke dienstverlening.
5.11
Wat ook van het voorgaande zij, naar het oordeel van de kantonrechter had het op de weg van NDP gelegen om, vanwege haar wetenschap dat het Van den Elshout te doen was om de binnenvaart, zich rekenschap te geven wat de commerciële consequenties zouden kunnen zijn van een verruiming van het thema voor de partijen die reeds hun deelname aan het programma hadden toegezegd en het feit dat door de verruiming van het thema wellicht concurrerende bedrijfstakken in een programma zouden worden vertoond. En in ieder geval had het op de weg van NDP gelegen van om voorafgaand aan de uitzending met Van Elshout de aard en inhoud van het programma te bespreken, zeker in het licht van het eerder genoemde gegeven dat tussen opnames en uitzending bijna anderhalf jaar ligt.
5.12
Kortom, Van den Elshout komt op grond van artikel 6:228 lid 1 onder b. BW een succesvol beroep op dwaling toe en het gevolg daarvan is dat de overeenkomst tussen Van den Elshout en NDP vernietigbaar is. Anders dan hetgeen Van den Elshout primair vordert, vordert zij subsidiair geen verklaring voor recht dat de overeenkomst reeds door haar is vernietigd, zodat de kantonrechter als hierna te bepalen de overeenkomst zal vernietigen.
5.13
Op zichzelf genomen betekent een vernietiging van een overeenkomst niet dat de wederpartij van een dwalende partij schadeplichtig is, tenzij daarvoor een specifieke rechtsgrond aanwezig is [1] . Zoals reeds in rechtsoverwegingen 5.10 en 5.11 is overwogen had het op de weg gelegen van NDP voorafgaand aan de uitzending de aard en inhoud van het programma, waarin het programmaonderdeel van Van den Elshout zou worden opgenomen, met Van den Elshout te bespreken. Nu zij dat niet gedaan heeft levert haar nalaten in dat opzicht een onrechtmatige daad jegens Van den Elshout op. Daarom zal de kantonrechter voor recht verklaren dat het onzorgvuldig handelen van NDP een onrechtmatige daad oplevert en dat NDP aan Van den Elshout de schade als gevolg daarvan dient te voldoen.
5.14
De door NDP aan Van den Elshout te betalen schade betreft in ieder geval het door Van den Elshout betaalde deelnamebedrag van € 7.199,50 (incl. BTW). Doordat de overeenkomst is vernietigd betreft de schade van Van den Elshout in ieder geval hetgeen zij ten onrechte aan NDP heeft betaald.
5.15
De twee overige gevorderde schadeposten zullen evenwel worden afgewezen. Het feit dat Van den Elshout juridische kosten heeft moeten maken behoort tot de normale bedrijfskosten van iedere partij die aan het commercieel verkeer deelneemt en in voorkomende gevallen kosten moet maken om haar belangen zeker te stellen. Daarbij geldt dat Van den Elshout in dat kader buitengerechtelijke incassokosten had kunnen vorderen, maar ervoor gekozen heeft dat niet te doen.
5.16
Ook de gevorderde gederfde winst in verband met (het verlies van) declarabele uren van de heer [betrokkene 1] kan niet worden toegewezen. Het kan zijn dat de heer [betrokkene 1] (in persoon) bepaalde declarabele uren niet heeft kunnen maken, maar daarmee is onvoldoende verband gelegd met gederfde winst die Van den Elshout, als procespartij in deze procedure, heeft geleden. Immers, tegenover opbrengsten staan ook kosten en gederfde winst is slechts het saldo van opbrengsten minus kosten.
5.17
De gevorderde handelsrente zal worden toegewezen vanaf heden, de datum waarop de overeenkomst tussen partijen zal worden ontbonden.
5.18
Als de overwegend in het ongelijk gestelde partij zal NDP ten slotte worden veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van Van den Elshout begroot op € 1.167,83, alsmede in de nakosten als hierna te vermelden.

6.De beslissing

De kantonrechter:
- vernietigt de overeenkomst van opdracht (de deelname) tussen partijen van 22 december 2016 op grond van dwaling;
- verklaart voor recht dat NDP onzorgvuldig jegens Van den Elshout heeft gehandeld, hetgeen een onrechtmatige daad oplevert;
- veroordeelt NDP aan Van den Elshout de gevorderde schade tot een bedrag van
€ 7.199,50 (incl. BTW) te betalen, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf heden;
- veroordeelt NDP in de proceskosten aan de zijde van Van den Elshout, tot op heden begroot op € 1.167,83, waarvan € 600,- als het aan de gemachtigde van Van den Elshout toekomende salaris, en bepaalt dat dit bedrag binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis moet zijn voldaan, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf het einde van voormelde termijn tot aan de dag der algehele voldoening.
- veroordeelt NDP tot betaling van € 120,- aan nasalaris, voor zover Van den Elshout daadwerkelijk nakosten zal maken, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na aanschrijving tot de dag der voldoening, en voorts, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, vermeerderd met de explootkosten van betekening van het vonnis, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na betekening tot de dag der voldoening;
- verklaart dit vonnis voor wat betreft de betalingsverplichtingen van NDP uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door kantonrechter mr. C.W.D. Bom en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 14 januari 2020, in tegenwoordigheid van de griffier.

Voetnoten

1.Zie Hoge Raad 11 oktober 2013, ECLI:NL:HR:2013:CA3765, Vano/Foreburghstaete