Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 11 april 2019, met producties;
- de conclusie van antwoord, met producties;
- het tussenvonnis van 4 september 2019, waarin een comparitie van partijen is bevolen;
- het proces-verbaal van de op 18 november 2019 gehouden comparitie van partijen.
2.De feiten
. Bij een arbeidsovereenkomst moet er een gezagsverhouding zijn. Daarom rekenen wij bijvoorbeeld directeuren-grootaandeelhouders niet tot de werknemers.’
Het bestuur van de stichting bestaat uit twee (2) leden(…)
Slechts het bestuur van de stichting kan tot gehele of gedeeltelijke decertificering van de aandelen besluiten.
- alle certificaten van aandelen worden gehouden door één persoon, of;
- de stichting wordt ontbonden. (…)’
3.Het geschil
4.De beoordeling
De persoon die een arbeidsovereenkomst met u heeft, en daardoor verplicht verzekerd is voor de WIA. Bij een arbeidsovereenkomst moet er een gezagsverhouding zijn. Daarom rekenen wij bijvoorbeeld directeuren-grootaandeelhouders niet tot de werknemers.”
nietwordt beschouwd als een dienstbetrekking. Uit de op dit wetsartikel gebaseerde ministeriële regeling van 2 juli 2015 (‘Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 2 juli 2015, 2015-0000160660, tot regeling directeur-grootaandeelhouder 2016’, hierna te noemen: de regeling) en de toelichting daarop blijkt dat de ratio daarvan is, dat er tussen een directeur-grootaandeelhouder en de vennootschap geen sprake kan zijn van een gezagsverhouding. De directeur-grootaandeelhouder kan immers beslissen over zijn eigen ontslag. Artikel 2 lid 2 van de regeling vermeldt verder dat de volgende categorie bestuurders ook wordt aangemerkt als een directeur-grootaandeelhouder: