Uitspraak
Groep RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de meervoudige kamer van 22 januari 2020 in de zaak tussen
BW Stook B .V., te Bergschenhoek , eiseres
het college van burgemeester en wethouders van Pijnacker-Nootdorp, verweerder
[B]en
[C], allen te [woonplaats] (gemachtigde: mr. J. Geelhoed),
[firma]te [vestigingsplaats] (gemachtigde: [gemachtigde] ).
Procesverloop
Overwegingen
linktussen eiseres en Solanahof is de vermelding van het factuuradres [adres] [huisnummer 1] [postcode] [plaats 1] op de bouwtekeningen, nu dat adres blijkens de stukken het postadres is van [E] Beheer B.V. Deze vennootschap houdt op haar beurt (ten tijde van de in geding zijnde besluitvorming) een 25% aandeelin De Blokweg Vastgoed B.V., die met twee andere aandeelhouders weer de exploitant is van De Blokweg Combinatie B.V. h.o.d.n. Solanahof. Het enkele vermelden op een bouwtekening van een factuuradres van een persoonlijke holding van een minderheidsaandeelhouder, acht de rechtbank echter onvoldoende om te kunnen concluderen dat daarmee het beoogde gebruik ten behoeve van Solanahof zou zijn. Op grond van de aanvraag is eiseres derhalve, zo concludeert de rechtbank, te kwalificeren als zelfstandig bedrijf met als ondernemingsdoel het produceren van energie. Uit de aanvraag blijkt dus niet dat het beoogde gebruik in overeenstemming is met de ter plaatse geldende bestemming “Agrarisch Glastuinbouw”.
het leveren van bio-energie aan (tuin)bouw gerelateerde bedrijven en/of overige energievragers en/of behoeftige (…)”.