Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 augustus 2020 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een eiser van Soedanese nationaliteit. De eiser had beroep ingesteld tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarbij hem op 3 augustus 2020 de maatregel van bewaring was opgelegd op grond van artikel 59a van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser verzocht tevens om schadevergoeding, aangezien de maatregel van bewaring was opgeheven op 7 augustus 2020.
Tijdens de zitting op 17 augustus 2020 werd vastgesteld dat de gronden voor de maatregel van bewaring niet waren bestreden. Eiser had aangevoerd dat hij niet in contact was gebracht met de diplomatieke vertegenwoordiging van zijn land, maar de rechtbank oordeelde dat er geen belemmeringen waren voor eiser om contact op te nemen. De rechtbank concludeerde dat de maatregel van bewaring niet onrechtmatig was geweest en dat er geen aanleiding was voor schadevergoeding.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om schadevergoeding af. Tevens werd er geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd openbaar gemaakt op dezelfde dag, en er werd een rechtsmiddel tegen de uitspraak vermeld, waarbij hoger beroep mogelijk was bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na bekendmaking.