ECLI:NL:RBDHA:2020:10328
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Maatregel bijstandsuitkering wegens ernstige misdraging en verminderde verwijtbaarheid
In deze zaak, uitgesproken door de Rechtbank Den Haag op 25 september 2020, gaat het om een maatregel die is opgelegd aan eisers, die een bijstandsuitkering ontvangen op basis van de Participatiewet. De maatregel houdt in dat hun uitkering met 100% is verlaagd voor de duur van een maand, vanwege zeer ernstige misdragingen van eiser jegens medewerkers van het college van burgemeester en wethouders van Westland. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser zich eerder had misdragen en dat er een waarschuwing was opgelegd. Ondanks de erkenning van de eisers dat er een escalatie was, werd de verantwoordelijkheid voor de gedragingen volledig bij eiser gelegd. De rechtbank oordeelde dat verweerder niet had hoeven afzien van de maatregel, omdat er geen sprake was van verminderde verwijtbaarheid. De rechtbank concludeert dat de eisers niet aannemelijk hebben gemaakt dat de omstandigheden zodanig waren dat de maatregel niet opgelegd had hoeven worden. Het beroep van eisers is ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.