Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 22 juni 2018 met producties 1 tot en met 9;
- de akte na rolbeslissing van 31 oktober 2018 aan de zijde van Solidiam Vorderingen, met productie 10;
- de conclusie van antwoord van [gedaagde] met producties 1 tot en met 34;
- de akte overleggen producties van 13 februari 2019 aan de zijde van Solidiam Vorderingen, met producties 10 tot en met 25, alsmede een toelichting op de producties;
- het tussenvonnis van 12 december 2018, waarin een comparitie van partijen is bevolen;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen van 13 februari 2019.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
NJ1994/118). Indien de mogelijkheid van schade aannemelijk is, dient de rechter ervan uit te gaan dat de eiser belang heeft bij een verklaring voor recht dat zijn wederpartij aansprakelijk is voor de schade (vgl. HR 27 maart 2015, ECLI:NL:HR:2015:760).
actio paulianaingeroepen en is hierover een procedure begonnen. Ook is er volgens [gedaagde] sprake van misbruik van identiteitsverschil, nu Solidiam Vorderingen, als cessionaris van [A] en Solid Assets, in feite een tussengeschoven vennootschap is die tot doel heeft om [A] en Solid Assets buiten schot van [gedaagde] te houden tegen een eventuele aansprakelijkheid vanwege het beslag ten laste van [gedaagde] . Met dezelfde gedachte heeft [A] gebruik gemaakt van de omstandigheid dat de bestuurder van Solidiam Vorderingen, mevrouw [D] , geen verhaal biedt, aldus nog steeds [gedaagde] .
onderhavigete wijzen vonnis zal Solidiam Vorderingen nog immers geen titel opleveren in de zin van artikel 430 Rv waardoor [gedaagde] dus nog niet kan worden uitgewonnen op grond van onderhavig vonnis. Het debat of er schade is geleden als gevolg van de onrechtmatige daad – hetgeen door Solidiam Vorderingen wel aannemelijk is gemaakt – zal pas in volle omvang aan de orde komen in een schadestaatprocedure.
- dagvaarding: € 81,-
- griffierecht: € 626,-
- salaris advocaat: € 1.086,- (2 punten x Tarief II)
- totaal: € 1.793,-.