Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Abbott Diabetes Care Inc, te Alameda, Verenigde Staten,
Abbott Laboratories,te Illinois, Verenigde Staten,
Abbott B.V.,te Hoofddorp,
1.Kamstra International B.V, te Farmsum,
P.H.I. Logistics B.V., te Farmsum,
3.[gedaagde sub 3] , te [plaats] ,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 3 oktober 2018 in het door Kamstra cs opgeworpen vrijwaringsincident, waarbij zij zijn toegestaan Prämie Medical Inc (hierna: Prämie) en [A] (hierna: [A] ) in vrijwaring te doen dagvaarden tegen de rolzitting van 6 februari 2019, en het door [gedaagde sub 3] opgeworpen bevoegdheidsincident, waarin is geoordeeld dat de rechtbank bevoegd is kennis te nemen van de tegen hem ingestelde vorderingen in de hoofdzaak;
- de conclusie van antwoord in de hoofdzaak tevens incidentele conclusie ex artikel 843a Rv
- de conclusie strekkende tot incidentele vordering ex artikel 843a Rv, tevens houdende uitstelverzoek in conventie, tevens houdende voorwaardelijk pleidooiverzoek d.d. 10 april 2019 van Kamstra cs;
- de tijdens het pleidooi genomen akte overlegging aanvullende productie van 15 juli 2019 van Kamstra cs, met producties 7A t/m 7C;
2.Het geschil in het incident
lawyer’s eyes only-basis de bescheiden zullen beoordelen op vertrouwelijkheid en een selectie zullen maken van informatie die zij aan Kamstra cs wensen te verstrekken, zodat informatie buiten de selectie door Abbott cs kan worden zwartgelakt;
Product Authenticity Examination Reportsen andere onderzoeksresultaten, alsmede
counterfeit-karakter waarbij Kamstra c.s. en/of [A] en/of Prämie (mogelijk) (volgens Abbott en/of externe partijen) betrokken is (geweest);
counterfeitverpakkingen verpakte test strips;
counterfeit(verpakkingen verpakte) Abbott Freestyle test strips, onder andere omtrent het eerste moment waarop Abbott voor het eerst ter kennis kwam van deze betrokkenheid;
- i) De advocaten van [gedaagde sub 3] de bescheiden eerst zullen beoordelen op vertrouwelijkheid en een selectie zullen maken van bescheiden die zij aan [gedaagde sub 3] wensen te verstrekken;
- ii) Abbott cs vervolgens het recht hebben om binnen zeven kalenderdagen na de dag waarop de advocaten van Abbott cs de selectie bedoeld onder (i) hebben ontvangen bezwaar te maken tegen afschrift of inzage van bepaalde informatie daaruit;
- iii) Abbott cs geacht worden hun bezwaren niet te handhaven als zij niet binnen zeven kalenderdagen na het schriftelijk kenbaar maken (als bedoeld onder (ii)), het bezwaar ter beoordeling aan de voorzieningenrechter hebben voorgelegd;
Product Authencity Examination Reports) naar aanleiding van voornoemde correspondentie / bescheiden / informatie (en/of eventuele monsters van de tegengehouden Test Strips) welke Abbott cs van de FDA / US Customs / MHRA / andere toezichthouders hebben ontvangen;
Restraining Order/ Aansprakelijkstelling etc.) jegens [A] en/of Prämie;
3.De beoordeling
ex partebewijsbeslag, in de daarop volgende kort gedingprocedures en in de hoofdzaak ten onrechte hebben vermeld dat zij pas als gevolg van het op 25 mei 2017 onder H&H in de Verenigde Staten gelegde bewijsbeslag op de hoogte is geraakt van de betrokkenheid van Kamstra cs bij de in de hoofdzaak aan de orde gestelde merkinbreuk en dat Abbott es ten onrechte niet ingaan op de hen bekende betrokkenheid van [A] en Prämie. Volgens Kamstra cs volgt uit de door hen in het incident overgelegde producties dat Abbott cs in februari en maart 2017 reeds de beschikking hadden gekregen over documenten waaruit de betrokkenheid van Kamstra cs bleek en dat zij in december 2016 op de hoogte waren geraakt van de betrokkenheid van [A] en Prämie.
out-of-scopedocumenten van Kamstra cs, terwijl zij al over relevante informatie over hun vorderingen beschikten, (b) hebben gedreigd met (draconisch) hoge dwangsommen, waardoor Kamstra cs gedwongen waren tegen hoge kosten verweer te voeren in procedures daarover en (c) door stil te zitten onnodige schade hebben laten ontstaan bij Kamstra cs, die stellen onmiddellijk te zijn gestopt met de handel in Freestyle teststrips toen zij op de hoogte geraakten van het
counterfeitkarakter ervan en de betrokkenheid van [A] en Prämie daarbij, terwijl in dat geval de door Abbott cs gestelde schade voor de volksgezondheid voorkomen had kunnen worden. Daarmee is deze schade als gevolg van de in de hoofdzaak aan de orde gestelde merkinbreuk volgens Kamstra cs een
selfinflicted wound.
het volledige verhaal’dat nog niet bekend is, boven water komt. Ze doelen daarmee op (i) het exacte moment waarop Abbott cs wetenschap hadden over de betrokkenheid van Kamstra cs, (ii) het exacte moment waarop Abbott cs besloten gerechtelijke acties tegen Kamstra cs te ondernemen, (iii) het exacte moment waarop Abbott cs wetenschap had van betrokkenheid van [A] en Prämie en de exacte voornemens van Abbott cs omtrent het wel of niet optreden tegen deze partijen en (iv) de besluitvorming van Abbott cs omtrent de acties die zij nu heeft ondernomen, bijvoorbeeld omtrent de vraag waarom Abbott cs pas eind mei 2017 actie heeft ondernomen tegen alleen Kamstra cs en niet eerder tegen [A] en/of Prämie.
volledige verhaal’te kennen, levert geen rechtmatig belang op in de zin van artikel 843a Rv. De ruim geformuleerde vorderingen die een omvangrijke periode beslaan, zijn veeleer een
fishing expeditionwaar artikel 843a Rv geen grondslag voor biedt.
halve verhaal’vertellen over wat zij op welk moment precies hierover wisten. Tijdens het pleidooi is daar namens hem aan toegevoegd dat het opmerkelijk is dat Abbott cs hierover geen duidelijkheid willen verschaffen.
halve verhaal’van Abbott cs, geen rechtmatig belang oplevert in de zin van artikel 843a Rv. Ook hier geldt dat de ruim geformuleerde vorderingen een omvangrijke periode beslaan, veeleer een
fishing expeditionvormen, waarvoor artikel 843a Rv geen grondslag biedt. Daar komt bij dat het in de hoofdzaak gevoerde eigen schuldverweer een schadeverweer is dat pas aan de orde is als de aansprakelijkheid van [gedaagde sub 3] in de hoofdzaak is vastgesteld. Gezien het gemotiveerd verweer van [gedaagde sub 3] in de hoofdzaak, kan aansprakelijkheid van [gedaagde sub 3] bij deze stand van zaken niet tot uitgangspunt worden genomen.