ECLI:NL:RBDHA:2019:3700
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek in zaak tot verlenging ondertoezichtstelling minderjarige
Op 15 april 2019 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan op het wrakingsverzoek van de verzoekster, die samen met haar stiefvader de kinderrechter, mr. C.M. van der Kleijn, heeft gewraakt. De aanleiding voor het wrakingsverzoek was de stelling dat de rechter niet aan waarheidsvinding zou doen en niet zou luisteren naar de argumenten van de verzoekster en haar gemachtigde. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat tijdens de zitting op 5 april 2019 zowel de verzoekster als haar gemachtigde en de belanghebbende, Stichting Jeugdbescherming West Zuid-Holland, meerdere malen aan het woord zijn geweest. Dit impliceert dat zij hun standpunten aan de rechter hebben kunnen kenbaar maken. De wrakingskamer concludeert dat er geen bijzondere omstandigheden zijn aangevoerd die de schijn van partijdigheid zouden rechtvaardigen. Daarom is het wrakingsverzoek afgewezen. De behandeling van de ondertoezichtstelling van de minderjarige zal worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.