Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.EOX INTERNATIONAL B.V.,
2. [N.V. I] ,
3. [CCL] ,
4. [gedaagde 4] ,
5. [gedaagde 5] ,
6. [gedaagde 6] ,
7. [gedaagde 7] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 31 oktober 2017 met producties;
- de rolbeslissing d.d. 14 februari 2017;
- de akte aanvulling dagvaarding;
- de conclusie van antwoord met producties;
- het tussenvonnis waarbij een comparitie van partijen is bevolen,
- het proces-verbaal van comparitie van 1 november 2018 en de daarin genoemde stukken;
- het proces-verbaal van de voortzetting van de comparitie van 19 december 2018.
2.De feiten
Cooperation and disclosure agreement chlorine dioxidevoor onbepaalde tijd gesloten met [X] (hierna: [X] ), waarin – voor zover hier van belang – staat:
(product(en)) volgens de uitvinding te (doen) fabriceren en te verkopen”.De considerans vermeldt:
- Dat A een product in licentie heeft van Mr. [X] (…) zijnde een product om chloor te maken (Clo2) op basis van een 2 componenten systeem waardoor Cl02 wordt gemaakt met een concentratie van maximaal 0,85%
- Dat A wenst de uitontwikkeling, de productie, de marketing en de verkoop van de vinding onder te brengen bij B, die deze activiteiten op zich wenst te nemen onder de navolgende condities.”
De informatie die ATSSE geeft aan eOx[eOx Productie, toevoeging rechtbank]
in verband met de samenstelling of fabricage van het product is in principe vertrouwelijk en geheim. eOx mag dusdanige informatie niet aan derden vrijgeven of gebruiken, enkel na uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming van ATSSE.
“Formulatie DIOXID SP 0,75%”aan [gedaagde 5] :
professionele onkunde en laksheid om een formule waarvan verweerster zeer goed wist dat de mededeling ervan aan een derde belangrijke financiële gevolgen kon hebben, op een bureau te laten liggen tot ieders bereik.”
Zelfs wanneer wordt aangenomen dat er geen rechtstreekse mededeling gebeurde, dan nog moet worden vastgesteld dat EOX door haar achteloosheid hiertoe de omstandigheid creëerde.”
Statementvan CCL d.d. 2 juni 2017, gericht aan
to whom it concernswaarin staat – voor zover hier van belang:
3.Het geschil
4.De beoordeling
ultimate benifeciarieszijn van de gestelde onrechtmatige verhaalsfrustratie. Deze stelling gaat bij gebrek aan concretisering en substantiëring niet op. Voor zover ATSSE CCL en [gedaagde 4] aansprakelijk houdt in verband met het onder 2.30 bedoelde besluit van deze (indirect) aandeelhouders om het faillissement van eOx Productie aan te vragen, geldt dat gesteld noch gebleken is dat (de aanvraag voor) het faillissement enige relevante verandering heeft gebracht in de mogelijkheid van verhaal op eOx Productie. De vermogenspositie van eOx Productie is niet (wezenlijk) veranderd na de activa/passiva-overdracht, als gevolg waarvan eOxProductie alleen beschikte over passief in de vorm van de vordering van ATSSE die heeft geleid tot de veroordeling in de Belgische procedure. Daarmee ontbreekt het voor aansprakelijkheid vereiste causaal verband tussen de beslissing van de (indirect) aandeelhouders en de bestuurder om het faillissement en de schade van ATSSE als gevolg van de gestelde onrechtmatige verhaalsfrustratie.
dikke vinger in de pap”had bij deze entiteiten en ziet [gedaagde 7] als de centrale figuur, die de bron is van dit hele geschil. Enig concreet handelen of nalaten van [gedaagde 7] in verband met het aan vordering I ten grondslag onrechtmatig gelegde frustreren van verhaal is echter niet gesteld of gebleken.
de formule”te staken en gestaakt te houden en (ii) te verbieden te doen overkomen dat eOx, althans een of meer van hen, de ontwikkelaar(s) is/zijn.
de formule”doelt op de mengverhoudingen, die ATTSSE heeft gebruikt voor de producten DIOXID S 0.45% en DIOXID SP 0.75%. Het gaat niet om de chemische formule voor chloordioxide.
chlorine dioxide, het ontwikkelde product van (ATSSE)”en lijkt daarmee zelfs alle chloordioxide producten op het oog te hebben. ATSSE baseert dit standpunt kennelijk op het gegeven dat artikel 10 van de met eOx Productie gesloten overeenkomst een verbod inhoudt om na stopzetting van de overeenkomst voort te gaan met de productie of verkoop van DIOXID S 0.45% en DIOXID SP 0.75% “
of aanverwante producten”.Ook als dat verbod zou gelden ten aanzien van alle (aanverwante) chloordioxide producten – wat onbesproken kan blijven – geldt dat verbod alleen in de verhouding tussen ATSSE en eOx Productie. ATSSE kan dit contractuele verbod niet tegenwerpen aan eOx cs, die zij alleen buitencontractueel kan aanspreken op grond van onrechtmatige daad en (voor de periode na 23 oktober 2018) artikel 2 Wbb. Zij kan dus niet opkomen tegen het door eOx cs (betrokken zijn bij) produceren en vermarkten van ieder chloordioxide product en/of ten opzichte van DIOXID 0.45% en DIOXID 0.75% aanverwante chloordioxide producten. Zij kan alleen optreden tegen het zonder haar toestemming verwerven, gebruiken en (aan derden) openbaar maken van de ATSSE-mengverhoudingen.
material safety data sheets) van DIOXID SP 0.75% en eOxide LQ (0,75%) allebei vermelden:
Instructions to generate 100 liter EOXIDE LQ 75 (0,75% CL02),die inhouden dat een mengverhouding van [de mengverhouding] wordt toegepast. Dat is de onder 2.13/4.28 bedoelde mengverhouding die ATSSE toepast voor DIOXID SP 0,75%. ATSSE wijst erop dat de bereidingswijze exact gelijk is aan die van de ATSSE/mengverhouding die ATSSE gebruikt voor DIOXID SP 0.75% en dat de na zeven uur gemeten concentratieverhouding ook 0,75% is. Uit het rapport volgt volgens ATSSE voorts dat bij de mengverhouding die wordt gebruikt voor eOxide LQ (0,75%) twee vloeibare componenten worden gebruikt, hetgeen volgens ATSSE juist eigen is aan de ATSSE-mengmethode.
- i) eOx Productie op grond van de overeenkomst beschikte over de ATSSE-mengverhoudingen,
- ii) de ATSSE-mengverhouding voor DIOXID 0.75% feitelijk is verstrekt aan [gedaagde 5] (zie onder 2.13),
- iii) [gedaagde 5] als getuige heeft verklaard dat hij de ATSSE-mengverhoudingen kende en deze had opgenomen in een productiedossier,
- iv) [gedaagde 5] betrokken was bij zowel eOx International als de zustervennootschap eOx Productie,
- v) gesteld noch gebleken is dat eOx International eOxide LQ (0,75%) produceerde voordat eOx Productie de beschikking kreeg over de ATSSE-mengverhoudingen.
rechtmatig de eigenaar van de formules zou zijn.”
het voortzetten van de inbreuken – middels andere entiteit(en)”na de eerste veroordeling van eOx Productie in België op 21 maart 2012. ATSSE heeft hiermee het oog op gesteld gebruik van de ATSSE-mengverhoudingen (i) bij de productie van eOxide LQ (0,75%) en/of een opvolgend/ander chloordioxideproduct door eOx International en (ii) door de ATSSE-mengverhoudingen te verspreiden buiten Europa en deze daar te (doen) gebruiken door verschillende entiteiten, al dan niet op grond van distributie- of licentieovereenkomsten.
5.De beslissing
20 maart 2019voor het nemen van een akte door eOx cs, waarin zij:
10 april 2019een antwoordakte zal kunnen nemen;