3.4.Kapitaalvennootschap of personenvennootschap
(…)
(…) Kapitaalvennootschappen gelden als niet-transparante lichamen.
Van een kapitaalvennootschap in vorenbedoelde zin is in ieder geval sprake:
- indien drie of vier vragen van het toetsingskader bevestigend beantwoord zijn;
of
- in gevallen waarin vaststaat dat de aansprakelijkheid van alle participanten in een
samenwerkingsverband beperkt is tot hun inleg dan wel de volstortingsverplichting, de
onderneming eigendom is van het samenwerkingsverband en de onderneming ook
overigens niet voor rekening en risico van de participanten wordt gedreven (Hoge Raad,
2 juni 2006, nr. 40.919).”
15. Tussen partijen is niet in geschil dat de vragen A en B van onderdeel 3.3 van het Besluit met ja en vraag D met nee dienen te worden beantwoord. Nu uit de stukken blijkt dat eiser vraag C met nee heeft beantwoord en verweerder beantwoording van vraag C niet relevant heeft geacht en daarom onbeantwoord heeft gelaten, is niet voldaan aan de eerste alternatieve voorwaarde voor het zijn van een kapitaalvennootschap als vermeld in onderdeel 3.4 van het Besluit.
16. Wel is de rechtbank met verweerder van oordeel dat de LLP voldoet aan de andere alternatieve voorwaarde van dit onderdeel. De LLP heeft de kenmerken van een kapitaalvennootschap die volgen uit het arrest van de Hoge Raad van 2 juni 2016, ECLI:NL:HR:2006:AX2034. Vaststaat immers dat de LLP rechtspersoonlijkheid heeft en dat de leden in de LLP slechts tot hun inleg aansprakelijk zijn voor de schulden van de LLP. De rechtbank heeft voorts geen aanknopingspunten voor het oordeel dat de onderneming van de LLP in de betrokken jaren feitelijk voor rekening en risico van de leden werd gedreven. Een LLP is immers bedoeld om haar leden uit te sluiten van aansprakelijkheid en eiser heeft met hetgeen hij heeft aangevoerd niet aannemelijk gemaakt dat de leden in dit geval voor meer aansprakelijk zijn geweest dan hun inbreng. Eiser en Ramazan hebben zich weliswaar persoonlijk borg gesteld voor een ten behoeve van de onderneming van de LLP aangetrokken lening, maar niet gebleken is dat deze persoonlijke borgstelling heeft geleid tot een uitbreiding van hun persoonlijke aansprakelijkheid. Ook de omstandigheid dat eiser en [A] blijkens het Register een resultaatverdeling zijn overeengekomen en eiser de resultaten van de LLP in zijn aangiften IB/PVV 2014 en 2015 heeft verantwoord, maakt niet dat de onderneming van de LLP feitelijk voor rekening en risico van de leden werd gedreven. 17. Op grond van het voorgaande is de rechtbank dan ook van oordeel dat de LLP kwalificeert als een kapitaalvennootschap.
18. Uitgaande van een kapitaalvennootschap is de LLP voor de Nederlandse belastingheffing dus niet transparant. De resultaten van de LLP moeten dan ook worden betrokken in de vennootschapsbelasting en niet in de aanslagregeling van eiser zelf.
Verweerder heeft dan ook de resultaten van de LLP terecht bij eiser gecorrigeerd. Het subsidiaire standpunt van eiser kan de rechtbank evenmin volgen. Weliswaar is aan de verwerving van aanmerkelijk belangaandelen een zogeheten verkrijgingsprijs verbonden, maar die speelt bij de vaststelling van het belastbaar inkomen van eiser over 2014 en 2015 nog geen rol. De aanslagen IB/PVV 2014 en 2015 zijn derhalve tot de juiste belastbare bedragen vastgesteld.
19. Nu de rechtbank tot het oordeel is gekomen dat de LLP niet transparant is, wordt daarmee niet meer toegekomen aan de vraag of sprake is van een bron van inkomen.
20. De beroepen worden geacht mede betrekking te hebben op de gegeven beschikkingen belastingrente. Eiser heeft geen afzonderlijke beroepsgronden tegen de in rekening gebrachte belastingrente aangevoerd. Ook anderszins is de rechtbank niet gebleken dat de belastingrente is berekend in strijd met de wettelijke bepalingen of enige andere rechtsregel.
21. Voor zover eiser een beroep doet op schending van het motiveringsbeginsel, is hiervan naar het oordeel van de rechtbank geen sprake.
22. Gelet op wat hiervoor is overwogen, zullen de beroepen ongegrond worden verklaard.
23. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.