Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser, V-nummer [V-nummer]
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
ProcesverloopBij besluit van 27 november 2019 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 28 van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000) afgewezen als kennelijk ongegrond. Tevens is aan eiser een inreisverbod voor de duur van twee jaar opgelegd.
Overwegingen
Daarom is het (in alle asielprocedures maar zeker ook die van lhbt’s) van belang dat rekening wordt gehouden met de persoonlijke situatie van de vreemdeling en met wat van de vreemdeling kan worden verwacht. Dit maakt tevens dat niet alle thema’s tijdens een gehoor (en daarmee in het voornemen dan wel in de beschikking) noodzakelijkerwijze aan de orde zullen komen. De hoormedewerker kan dus tijdens een gehoor concluderen dat het, gezien het individuele relaas, niet relevant is om (verder) door te vragen op een bepaald thema. In die situatie zal de beslismedewerker constateren dat de vreemdeling op dit punt niet heeft kunnen verklaren, en wegen of dat wel of niet van invloed is op de beoordeling.