Uitspraak
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 28 november 2019 uitspraak gedaan in een beroep tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarbij aan eiser de maatregel van bewaring is opgelegd op grond van artikel 59a van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser, van Algerijnse nationaliteit, was aansluitend op een strafrechtelijke aanhouding in bewaring gesteld. De rechtbank oordeelde dat voor een inbewaringstelling op grond van artikel 59a Vw niet vereist is dat er voorafgaand al een overdrachtsbesluit is genomen. De rechtbank overwoog dat de termijn voor zelfstandige terugkeer naar de verantwoordelijke lidstaat op dat moment nog niet was verlopen, maar dat dit niet automatisch leidde tot de conclusie dat de inbewaringstelling onrechtmatig was. De rechtbank nam daarbij in aanmerking dat verweerder niet actief naar eiser op zoek was gegaan binnen de gegeven termijn voor zelfstandig vertrek, en dat eiser na zijn aanhouding in de macht van verweerder was geraakt.
De rechtbank concludeerde dat er voldoende aanknopingspunten waren voor de inbewaringstelling, ook al was de termijn voor zelfstandige terugkeer nog niet verstreken. Eiser had bovendien een voorwaarde verbonden aan zijn vertrek, wat een significant risico op onderduiken met zich meebracht. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak werd openbaar gemaakt op 28 november 2019.