Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
2.De feiten
1. De procedure
[de vrouw](…)
bijlagen). (…)”
3.Het geschil
in conventie
rekeningenaldus te verdelen dat aan ieder van partijen wordt toebedeeld de saldi van de op zijn/haar naam staande bankrekeningen, dat uit hoofde daarvan de man is overbedeeld en de man te veroordelen binnen 14 dagen na het vonnis de vrouw € 136.810,74 te voldoen, subsidiair € 36.810,74 dan wel een bedrag dat de rechtbank redelijk acht, met wettelijke rente;
garage in [plaats]voor twee jaar uit te sluiten en de vrouw gedurende twee jaar het exclusieve gebruik van de garage toe te kennen, dan wel te bepalen dat de vrouw van de man een gebruiksvergoeding van € 7.200 ontvangt waarna partijen wordt bevolen de garage te verkopen en de opbrengst bij helfte wordt verdeeld;
auto’saldus vast te stellen dat aan ieder van partijen de eigen auto wordt toebedeeld en vast te stellen dat uit hoofde van deze verdeling de man is overbedeeld en aan de vrouw binnen 14 dagen na het vonnis een bedrag van
Duitse spaarrekeningenten name van de dochter van partijen op zijn naam te zetten dan wel het spaarsaldo over te maken naar de Nederlandse spaarrekening van de dochter, op straffe van een dwangsom;
ouderdomspensioenuit hoofde van zijn dienstverband bij het Europees Octrooibureau en verder de man te veroordelen om aan de vrouw te verstrekken:
nabestaandenpensioenopgebouwd bij het EOB tussen 30 december 1999 tot en met 25 augustus 2015 op straffe van een dwangsom;
werkelijke proceskostenmet rente;
primairde man te veroordelen binnen twee weken na betekening van het vonnis zijn medewerking te verlenen aan het opmaken van een
akte van cessiewaardoor aan de vrouw gecedeerd wordt haar aanspraak op het door de man opgebouwde ouderdomspensioen tijdens zijn dienstverband met het EOB en staande huwelijk opgebouwd, teneinde een rechtens afdwingbare aanspraak op het aan de vrouw toekomende ouderdomspensioen te creëren op de pensioenuitvoerder respectievelijk de man, op straffe van een dwangsom; en voorts te bepalen dat, als de man hieraan niet tijdig zijn medewerking verleent, het vonnis in de plaats treedt van de voor de akte vereiste wilsverklaring, medewerking en handtekening van de man en de man evenwel de dwangsommen verbeurd blijft;
lastgeving dan wel een volmachtwaardoor de vrouw een rechtstreekse aanspraak verkrijgt op het door de man tijdens zijn dienstverband bij het EOB en staande huwelijk opgebouwde ouderdomspensioen op de pensioenuitvoerder respectievelijk de man, op straffe van een dwangsom; en voorts te bepalen dat, als de man hieraan niet tijdig zijn medewerking verleent, het vonnis in de plaats treedt van de voor de akte vereiste wilsverklaring, medewerking en handtekening van de man en de man evenwel de dwangsommen verbeurd blijft;
Sabadell rekeningmet nummer [rekeningnummer 1] ten name van de vrouw uitsluitend aan de vrouw ten goede komt en niet in de verrekening behoeft te worden betrokken;
rekening en verantwoordingaf te leggen primair over alle op zijn naam gestelde bankrekeningen subsidiair over de Sparda bankrekening met nummer [rekeningnummer 2] over het tijdvak 1999 tot en met 2014, subsidiair over het tijdvak 2008 tot en met 2014 op straffe van een dwangsom;
informatie te verschaffen over de stand van het vermogen van partijendat wil zeggen over alle op naam van de man gestelde bankrekeningen primair over de periode 1999-2014 dan wel subsidiair over de periode 2008 tot 2014 op straffe van een dwangsom.
bankrekeningenvan de vrouw waaruit blijkt wat de saldi van de vrouw op haar bankrekeningen zijn op 12 juni 2014, op straffe van een dwangsom,
garage te [plaats]te ondertekenen en samen met een kopie van haar geldige identiteitsbewijs persoonlijk te overhandigen aan de advocaat van de man, op straffe van een dwangsom;
autovan de vrouw aan de vrouw toe te delen voor € 7.000 en de auto van de man aan de man toe te delen voor de huidige waarde en te bepalen dat de man de helft van de overbedeling aan de vrouw moet voldoen;
€ 2.473te voldoen en de bepalen dat zij bij gebreke van betaling binnen deze termijn over dit bedrag wettelijke rente aan de man verschuldigd is;
appartement en de garage in Spanjeaan de man te ondertekenen en te laten legaliseren door een Nederlandse dan wel een Spaanse notaris conform Europese richtlijnen en deze samen met een kopie van een geldig legitimatiebewijs persoonlijk aan de advocaat van de man moet overhandigen op straffe van een dwangsom;
AOW-rechten;
volledige proceskosten.
4.De beoordeling
in conventie en in reconventie
reconventie onder 1 primairzal worden afgewezen. Voor toewijzing van het in
reconventie onder 2 subsidiairgevorderde (toedeling van alle saldi aan degene op wiens naam deze staan, zonder nadere verrekening) is evenmin grond.
reconventie onder 6te verklaren voor recht dat hij een vorderingsrecht heeft op de ontbonden huwelijksgoederengemeenschap van € 35.000 wegens schenkingen met een uitsluitingsclausule. Hij stelt hiertoe, onder verwijzing naar productie 7, inhoudende een schriftelijke verklaring van zijn moeder van 3 december 2014, dat hij een bedrag van € 35.000 aan schenkingen met een uitsluitingsclausule heeft ontvangen en verzoekt de rechtbank te bepalen dat hij een vorderingsrecht op de ontbonden huwelijksgoederengemeenschap heeft van € 35.000. Ter zitting heeft de man, op de vraag of zijn moeder een paar keer per jaar op bezoek kwam en hem dan geld gaf, verklaard:
telkensmondeling bij de schenking heeft
bedongendat het geschonkene niet in de gemeenschap zal vallen. Daartoe volstaat immers niet de zinsnede: dat zij bedragen “zu seiner persönlichen Verfügung ausgehändigd” heeft. Ook uit de verklaring van de man ter zitting volgt dit niet. Immers, de man heeft niet verklaard dat zijn moeder heeft gezegd dat het bedrag
buiten de gemeenschapmoest blijven, maar dat zij heeft gezegd dat het bedrag
voor hem èn de kinderenwas.
schatop ongeveer € 30.000-€ 35.000. Ook uit de verklaring van de man blijkt niet dat hij op enigerlei wijze heeft geregistreerd wat hem contant is geschonken en dit bedrag is dus, mede omdat hij hierover nooit iets aan de vrouw of de kinderen heeft gezegd en het zou zijn uitgegeven, niet te controleren. Om al deze redenen wordt deze vordering afgewezen.
in conventie onder IX.1gevorderd te verklaren voor recht dat de nalatenschap van de vader van de vrouw, welke door de vrouw is verkregen, niet in de gemeenschap van goederen van partijen is gevallen en dat om die reden het saldo op de Sabadell rekening met nummer [rekeningnummer 1] ten name van de vrouw uitsluitend aan de vrouw ten goede komt en niet in de verrekening behoeft te worden betrokken. De vrouw heeft hiertoe gesteld dat deze, op haar naam staande rekening, volledig gevoed is met de nalatenschap die zij heeft ontvangen van haar in 1995 overleden vader. Zij betoogt dat de nalatenschap van haar vader niet in de gemeenschap van goederen is gevallen nu dit naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. De man en de vrouw hebben beiden niet de Nederlandse nationaliteit. De vrouw heeft de Spaanse nationaliteit. Het Spaanse recht kent geen uitsluitingsclausule nu nalatenschappen in het Spaanse recht altijd privé blijven. Ook in Duitsland vallen nalatenschappen niet in enige gemeenschap. Partijen woonden ten tijde van het overlijden van vader in Zwitserland waar nalatenschappen evenmin in de gemeenschap van goederen vallen. De man heeft dit gemotiveerd bestreden.
volledigheidshalveop dat, indien na wijzen van dit vonnis mocht blijken dat er aan de zijde van de man (of de vrouw) méér saldo was ten tijde van de peildatum dan thans in de verdeling wordt betrokken, bijv. bij de Spardabank, dat de man (of de vrouw) dan zijn/haar aandeel daarin verbeurt aan de vrouw (of de man) op grond van artikel 3:194 van het Burgerlijk Wetboek.
vordering II in conventieen
vordering 5 in reconventiezal worden beslist.
in reconventie onder 9de vrouw te veroordelen om hem een bedrag van € 29.259,50 te voldoen in verband met door haar staande huwelijk opgebouwde AOW-rechten. Hij stelt daartoe dat het door de vrouw staande huwelijk opgebouwde recht op AOW in de gemeenschap van goederen is gevallen nu dit vermogensrecht ex art. 3:6 BW niet is uitgesloten door art. 1:94 BW. Als het recht op AOW niet in de gemeenschap is gevallen moet het op grond van de redelijkheid en billijkheid worden verrekend. De contante waarde van de door de vrouw opgebouwde AOW-rechten bedraagt € 58.519. Tot zover de man. De vrouw heeft dit gemotiveerd weersproken.
waaronder met name niet ook aanspraken krachtens de AOW of de AWW vallen(onderstreping rb.) — zijn voorwaardelijke vorderingsrechten, die als zodanig op het tijdstip van de ontbinding van de gemeenschap reeds bestaan, ook al is het pensioen op dat tijdstip nog niet tot uitkering gekomen. Dit brengt mee dat zij krachtens art. 94 lid 3 Boek 1 in de algehele gemeenschap vallen en in de verdeling van die gemeenschap moeten worden betrokken, behalve voor zover zij zodanig verknocht zijn met de persoon van de echtgenoot die rechthebbende op het pensioen is, dat deze verknochtheid zich hiertegen verzet. (…)”
vordering in reconventie onder 9faalt hierom.
conventie onder II) te beslissen dat de verdeling van de garage voor twee jaar moet worden uitgesloten of om de vrouw gedurende twee jaar het exclusieve gebruik van de garage toe te kennen.
reconventie onder 3primair gevorderd de vrouw te veroordelen om binnen zeven dagen na betekening van het vonnis dan wel een door de rechtbank te bepalen termijn, de door de man als productie 5 overgelegde volmacht tot verkoop en levering en verdeling van de verkoopopbrengst van de garage te ondertekenen en samen met een kopie van haar geldige identiteitsbewijs persoonlijk te overhandigen aan de advocaat van de man, op straffe van een dwangsom. De man heeft onweersproken gesteld dat conform de tussen partijen gemaakte afspraken de garage door twee van de drie door de vrouw voorgestelde makelaars is getaxeerd ter bepaling van de verkoopwaarde. Ook uit de door haar ingestelde (af te wijzen) vordering blijkt genoegzaam dat de vrouw nu nog steeds wenst dat de garage niet wordt verkocht. Dat betekent dat het door de man primair gevorderde als na te melden toewijsbaar is. De gevorderde dwangsom zal als na te melden worden gemaximeerd. Partijen hebben ter zitting de rechtbank verzocht om (in het geval de garage moet worden verkocht) een NVM-makelaar uit de omgeving van de garage aan te wijzen met verstand van garages en die in opdracht van partijen tot verkoop van de garage overgaat. De makelaar moet de vraagprijs voor de garage bepalen. Partijen bepalen in onderling overleg de laatprijs. De rechtbank zal dit als na te melden in het dictum vastleggen.
reconventie onder 4 subsidiairgevorderde gebruiksvergoeding komt de rechtbank niet toe.
vordering in reconventie onder 8zal dus op de hierna vermelde wijze worden toegewezen. De dwangsom zal worden gemaximeerd.
conventie onder IVde man te veroordelen om de Duitse spaarrekeningen ten name van de dochter van partijen op zijn naam te zetten dan wel het spaarsaldo over te maken naar de Nederlandse spaarrekening van de dochter, op straffe van een dwangsom. Zij stelt hiertoe dat het saldo van de spaarrekeningen van [de dochter] in de boedel valt omdat partijen als gezaghebbende ouders het bewind over haar vermogen hebben, dat zij het vermogen van [de dochter] moet aangeven bij haar eigen belastingaangifte, dat zij vermoedt dat het vermogen niet voor [de dochter] is bestemd maar dat de rekening door de man is geopend om de belastingdruk voor zijn moeder te verlagen en dat ze daarom de man voor de keuze heeft gesteld om het spaargeld op zijn eigen rekening te zetten en te beheren of indien dit werkelijk voor [de dochter] bestemd is het over te boeken naar de Nederlandse rekening van [de dochter] .
conventie onder Veen verklaring voor recht dat de vrouw voor de helft rechthebbende is op de door de man over het tijdvak 30 december 1999 tot aan de echtscheiding (25 augustus 2015) opgebouwde ouderdomspensioen uit hoofde van zijn dienstverband bij het Europees Octrooibureau en verder de man te veroordelen om aan de vrouw te verstrekken:
conventie onder VIIIprimair de man te veroordelen zijn medewerking te verlenen aan het opmaken van een akte van cessie waardoor aan de vrouw gecedeerd wordt haar aanspraak op het door de man opgebouwde ouderdomspensioen tijdens zijn dienstverband met het EOB en staande huwelijk opgebouwd, subsidiair om zijn medewerking te verlenen aan lastgeving dan wel volmacht.
tenzijhij op het moment dat aanspraak wordt gemaakt op verbeurde dwangsommen, dan wel uiterlijk tijdens een daartoe te voeren kort gedingprocedure, een controleerbaar van het EOB afkomstig schrijven kan tonen waarin is vermeld (c.q. waaruit blijkt) dat het EOB, ondanks het uitdrukkelijk schriftelijk verzoek daartoe van de man en na kennisname van dit vonnis, weigert om hieraan zijn medewerking te verlenen.
eventueleindexatie moet worden uitgekeerd, nu nog onduidelijk is of de man daarop aanspraak kan maken.
op de mante krijgen heeft zij hierbij geen belang. Immers, partijen hebben afspraken gemaakt over de pensioenverevening. De man moet deze afspraken nakomen en voor zover hij dat thans nog onvoldoende heeft gedaan zal hij daartoe ook worden veroordeeld en bovendien zal hij worden veroordeeld om per de datum waarop hij zijn pensioengerechtigde leeftijd zal bereiken de helft van het door hem man opgebouwde ouderdomspensioen over het tijdvak 30 december 1999 tot en met 25 augustus 2015 maandelijks bij vooruitbetaling aan de vrouw uit te keren.
op het EOBte verkrijgen stranden deze vorderingen reeds hierop dat de man onweersproken heeft gesteld dat het EOB niet wil meewerken aan rechtstreekse uitkering van het aandeel van de vrouw aan haar. Dit volgt ook uit de, door de vrouw overgelegde, hiervoor onder 2.13 geciteerde, schriftelijke, afwijzende reactie van het EOB van 23 augustus 2017. Het EOB bovendien is ingevolge de huidige (internationale) regelgeving niet verplicht aan rechtstreekse uitkering aan de vrouw mee te werken.
onder VI in conventiegevorderd de man te veroordelen om de vrouw als eerste begunstigde aan te merken ter zake nabestaandenpensioen opgebouwd bij het EOB tussen 30 december 1999 tot en met 25 augustus 2015 op straffe van een dwangsom. De vrouw heeft tegenover de gemotiveerde betwisting door de man niet onderbouwd dat hij aanspraak heeft op nabestaandenpensioen. Deze vordering zal dus worden afgewezen.
reconventie onder 7de vrouw te veroordelen om hem een bedrag van € 2.473 te betalen dat hij voor haar heeft uitgegeven voor het wijzigen van het kenteken van de auto van de vrouw naar een Nederlands kenteken. Hij heeft gesteld dat partijen hebben afgesproken dat de man dit bedrag zou voorschieten en dat de vrouw hem dit bedrag zo snel mogelijk zou terugbetalen. De vrouw heeft ter zitting erkend deze afspraak met de man te hebben gemaakt maar acht het, gezien de omstandigheden waaronder deze afspraak is gemaakt, niet redelijk dat zij daaraan nog gehouden is.
vorderingen in conventie onder VIIen in
reconventie onder 10worden dus afgewezen.
5.De beslissing
werkdagen na betekening van het vonnis de door de man als productie 5 overgelegde volmacht tot verkoop en levering en verdeling van de verkoopopbrengst van de garage in [plaats] te ondertekenen en samen met een kopie van haar geldige identiteitsbewijs persoonlijk te overhandigen aan de advocaat van de man, op straffe van een dwangsom van € 500 per dag dat zij na ommekomst van de in deze bepaling genoemde termijn hiermee in gebreke is, met een maximum van € 25.000;
werkdagen na betekening van het vonnis de door de man overgelegde volmacht tot levering van het appartement en de garage in Spanje aan de man te ondertekenen en te laten legaliseren door een Nederlandse dan wel een Spaanse notaris conform Europese richtlijnen en deze samen met een kopie van een geldig legitimatiebewijs persoonlijk aan de advocaat van de man te overhandigen, op straffe van een dwangsom van € 500 per dag dat zij na ommekomst van de in deze bepaling genoemde termijn hiermee in gebreke is, met een maximum van € 25.000;
tenzijde man op het moment dat aanspraak wordt gemaakt op verbeurde dwangsommen, dan wel uiterlijk tijdens een daartoe te voeren kort gedingprocedure, een controleerbaar van het EOB afkomstig schrijven kan tonen waarin is vermeld (c.q. waaruit blijkt) dat het EOB, ondanks het uitdrukkelijk schriftelijk verzoek daartoe van de man en na kennisname van dit vonnis, weigert om hieraan zijn medewerking te verlenen;
eventueleindexatie, maandelijks bij vooruitbetaling aan de vrouw uit te keren;