Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.HE LICENTIES B.V.,
HANSON UITGEVERS B.V.,
1.De procedure
- de dagvaarding van 24 september 2019, met productie EP01 tot en met EP12;
- de akte overlegging producties van de zijde van HE Licenties c.s., ingekomen ter griffie op 1 oktober 2019, met productie GP01 tot en met GP8;
- de akte overlegging producties van de zijde van VG Colours, ingekomen ter griffie op 2 oktober 2019, met productie EP13 tot en met EP18;
- de akte overlegging producties van de zijde van VG Colours, ingekomen ter griffie op 3 oktober 2019, met productie EP19 en EP20;
- de mondelinge behandeling van 4 oktober 2019 en de ter gelegenheid daarvan overgelegde pleitnotities van VG Colours en HE Licenties c.s. Van de pleitaantekeningen van VG Colours zijn de nummers 5.4, 1e en 2e gedachtestreepje, 5.5, 5.6, 5.8, 2e en 4e alinea, 6.1 tot en met 6.4 en 7.4 tot en met 9, en van de pleitnotities van HE Licenties c.s. is nummer 4.9, 2e en 3e zin en de laatste zin vanaf de 1e komma doorgehaald omdat die niet zijn gepleit.
2.De feiten
Partijen
”,waaronder de gekleurde orchideeën Phalaenopsis Royal Blue en Dendrobium Nobilé Royal Blue.
‘Substance introduction method for plant and plant obtained therewith’. Het octrooi is verleend op 30 maart 2015, op een aanvraag van 3 augustus 2014, met inroeping van prioriteit van het Nederlandse octrooi NL1040416 van 27 september 2013.
Werkwijze voor het introduceren van een substantie in een plant, in het bijzonder een potplant, waarbij de werkwijze de volgende stappen omvat:
- het vormen van een definitief gat in een stam van een plant, waarbij het definitieve gat toegankelijk is via een opening in een buitenoppervlak van de stam, en waarbij het definitieve gat een dimensie heeft in een richting parallel aan een langsrichting van de stam die groter is dan een maximale dimensie van de opening in deze richting parallel aan de langsrichting van de stam;
- het onderwerpen van het inwendige van het definitieve gat aan de substantie door het introduceren van de substantie door de opening.
Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het vormen van het definitieve gat omvat de stappen van het vormen van een initieel gat met overeenkomstige opening in de stam van de plant en het vervolgens vergroten van de grootte van het initiële gat via de reeds gemaakte opening in de stam van de plant.
Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het vormen van het definitieve gat een of meer van de volgende bewerkingen omvat: boren, snijden, zuigen, verdampen, chemisch etsen en doorboren.
Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij het initiële gat wordt gevormd door het introduceren van en gereedschap in de stam in een richting loodrecht aan een langsas van de stam, en waarbij de grootte van het initiële gat wordt vergroot door het introduceren van een gereedschap via de opening in de stam in een richting die een scherpe hoek maakt met de langsas van de stam.
Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij de grootte van het initiële gat wordt vergroot in ten minste een richting weg van de wortels van de plant.
Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij de grootte van het initiële gat ook wordt vergroot in een richting naar de wortels van de plant.
Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij het vormen van het initiële gat omvat het inbrengen van een injectienaald met een afgeschuind uiteinde in de stam en het vervolgens roteren van de naald rond zijn langsas, waarbij gedurende deze stappen de langsas van de naald loodrecht staat op een langsas van de stam.
Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij het vergroten van de grootte van het initiële gat omvat het inbrengen van een injectienaald met afgeschuind uiteinde via de opening in de stam en het vervolgens roteren van de naald rond zijn langsas, waarbij gedurende deze stappen de langsas van de naald een scherpe hoek maakt met een langsas van de stam, bij voorkeur een hoek tussen 30 en 60 graden, bij meer voorkeur 45 graden.
Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij het vergroten van de grootte van het initiële gat omvat het inbrengen van een instrument of gereedschap met snijders in het initiële gat via de opening, het uitstrekken van de snijders in een richting parallel aan de langsrichting van de stam van de plant, het terugtrekken van de snijders, en het terugtrekken van het instrument of gereedschap uit het gat.
Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het vormen van het definitieve gat omvat het verwijderen van plantweefsel uit de stam van de plant, bij voorkeur gedurende de vorming van een initieel gat en additioneel of alternatief gedurende het vergroten van de grootte van het initiële gat.
Plant, in het bijzonder een potplant, voorzien van een gat in zijn stam, waarbij het gat toegankelijk is via een opening in een buitenste oppervlak van de stam, en waarbij het gat een dimensie heeft in een richting parallel aan een langsas van de stam die groter is dan een maximale dimensie van de opening in de richting parallel aan de langsas van de stam.
Plant volgens conclusie 11, waarbij in langsrichting van de stam van de plant gezien het gat zich uitstrekt ten minste in een richting weg van de wortels van de plant.
Plant volgens conclusie 12, waarbij het gat zich ook uitstrekt in een richting naar de wortels van de plant.
Plant volgens conclusie 11, waarbij de inwendige wand van het gat bedekt is met een laag materiaal dat voorkomt dat de inwendige wand uitdroogt.
Plant volgens conclusie 11, waarbij het definitieve gat gevuld is met wax om de opening in het buitenste oppervlak van de stam af te sluiten.
Substance
Bij het uitvoeren van de opdracht is vastgesteld dat de opening aan de buitenzijde bij alle planten en alle bloemstelen kleiner is dan de opening aan de binnenzijde.”
Bij geen van de doorgesneden stelen heb ik een kamer in de steel geconstateerd die groter is dan de boring.”
Bij geen van de doorgesneden stelen van de planten waarin geen kleurstof is gespoten heb ik een holte in de steel geconstateerd die groter is dan de boring. Bij de, met kleurstof ingespoten planten, heb ik een holte in de steel geconstateerd die beduidend groter is dan de boring.”
De werkwijze en constateringen komen overeen met die van 13, 16 en 17 juli 2015 en 11
3.Het geschil
- dat conclusies 1-10 van het octrooi nieuw en inventief zijn;
- dat conclusies 11-13 van het octrooi niet nieuw zijn op basis van CA325, US773 en US215,
- dat conclusies 14-15 van het octrooi niet nieuw zijn op basis van A325;
- (...)
- dat conclusies 1-10 van het hulpverzoek nieuw en inventief zijn;
- dat conclusies 11-15 van het hulpverzoek alleen niet nieuw zijn indien er sprake is van openbaar voorgebruik met de Royal Blue potorchideeën; (...)
Werkwijze voor het introduceren van een substantie in een plantuit de orchideeënfamilie (Qrchidaceae),in het bijzonder een potplant,waarbij de werkwijze de volgende stappen omvat:
- het vormen van een definitief gat in een stam van een plant, waarbij het definitieve gat toegankelijk is via een opening in een buitenoppervlak van de stam, en waarbij het definitieve gat een dimensie heeft in een richting parallel aan een langsrichting van de stam die groter is dan een maximale dimensie van de opening in deze richting parallel aan de langsrichting van de stam;
- het onderwerpen van het inwendige van het definitieve gat aan de substantie door het introduceren van de substantie door de opening.
Plantuit de orchideeënfamilie (Qrchidaceae),in het bijzonder een potplant,voorzien van een gat in zijn stam, waarbij het gat toegankelijk is via een opening in een buitenste oppervlak van de stam, en waarbij het gat een dimensie heeft in een richting parallel aan een langsas van de stam die groter is dan een maximale dimensie van de opening in de richting parallel aan de langsas van de stam.
initial hole) zoals weergegeven in figuur 2, in plaats van een definitief gat getoond in figuur 3 van EP 904. Er is op het moment van inbrengen van de kleurstof derhalve geen definitief gat gevormd in de zin van kenmerken 1.2 en 1.4, zodat niet is voldaan aan kenmerk 1.5. De constatering dat nadien, in ieder geval bij het inbrengen van de door HE Licenties c.s. gebruikte blauwe kleurstof, alsnog een definitief gat wordt gevormd dat beantwoordt aan kenmerk 1.4 maakt dit niet anders. Zoals hiervoor in 4.20. overwogen, valt een werkwijze met stappen in die volgorde buiten de beschermingsomvang van het conclusie 1.
dat[haar]
ook de kans ontnomen[is]
om
belang nieuwe nietigheidsargumenten
”
final holein de steel die toegankelijk is via een opening in een buitenste oppervlak van de stam, en waarbij het gat een dimensie heeft in een richting parallel aan een langsas van de stam die groter is dan een maximale dimensie van de opening in de richting parallel aan de langsas van de stam. Die alinea beperkt de wijze waarop dat gat is ontstaan geenszins. De vakman zal in de beschrijving van de plant die wordt geopenbaard op bladzijden 8 en 9 van de aanvrage dan ook niet meelezen dat het gat in die plant moet zijn ontstaan met toepassing van de in het octrooi geopenbaarde werkwijze. De wijze waarop de werkwijzeconclusies uitgelegd dienen te worden, zoals overwogen in overweging 4.20 van het tussenvonnis van 21 februari 2018, werkt dan ook niet door in de passage in de beschrijving die basis biedt voor de wijziging van conclusie 11. Er is derhalve geen sprake van het weglaten van technische kenmerken in de gewijzigde voortbrengselconclusie, waarmee een ruimere beschermingsomvang wordt gecreëerd dan hetgeen duidelijk en ondubbelzinnig is geopenbaard in de oorspronkelijke aanvrage. Het beroep op nietigheid vanwege toegevoegde materie slaagt niet.
”
European Patent and Trademark Attorneys, is op 2 oktober 2019 aan VG Colours een vrijgaveadvies verstrekt (hierna: het vrijgaveadvies) ten aanzien van de hiervoor onder 2.8.3 beschreven kleuringswijze, waarin – onder meer – is opgenomen:
- behandelde planten verkregen met ‘de werkwijze’ missen ten minste een deel van een stam ten opzichte van behandelde planten verkregen via conclusie 1 van ‘het octrooi’; en
- behandelde planten verkregen met ‘de werkwijze’ missen een gat in de buitenwand van een stam ten opzichte van behandelde planten verkregen via conclusie 1 van ‘het octrooi’.
”
16 september 2019 tevens een incident ex artikel 351 Rv [2] aanhangig gemaakt tot schorsing van tenuitvoerlegging van voornoemd eindvonnis. De zaak staat op de rol van 29 oktober 2019 voor het antwoord in het incident van HE Licenties, waarna op 2 december 2019 de mondelinge behandeling van het incident zal plaatsvinden.
- onder meer - opgenomen:
HE Licenties B.V.(…);
HE Licenties B.V.ingeschakelde octrooigemachtigde (…), omstreeks 15:45 uur begeven naar de Intratuin Zevenhuizen (…).
”
HE Licenties B.V.(…);
”
sommatieals een
aansprakelijkstelling. In de bijlagen bij deze brief treft u o.a. een tweetal vonnissen aan (
Bijlage 1en
2). Het betreft hier zowel een tussenvonnis als een recent eindvonnis dat betrekking heeft op een product dat u (hoogstwaarschijnlijk) de afgelopen heeft verhandeld:
Phalaenopsis Royal Blueafkomstig van het bedrijf VG Colours B.V. U heeft dit product in de afgelopen jaren dan hetzij rechtstreeks afgenomen van VG Colours B.V., dan wel door tussenkomst van (groeps)vennootschappen zoals Logica B.V. of (recentelijk) VG Orchids B.V.
Bijlage 3.
”
Bijlage 2 tot en met Bijlage 6. Het gaat dan om constateringen van inbreuk op onderstaande data:
- 2 juli 2019;
- 5 juli 2019;
- 31 juli 2019;
- 13 augustus 2019, en;
- 18 augustus 2019.
€ 100.000,-. (…)
”
3.Het geschil
- het verweer dat het gat in de steel, nadat de opening aan de buitenzijde met wax wordt afgedicht, niet meer toegankelijk is (niet-inbreukverweer);
- anticipaties van planten (orchideeën) met vergrote binnenholte als volgens het octrooi door anderen dan VG Colours (met name planten van Joflor/Jovaplant);
- het nietigheidsverweer gebaseerd op de zogenoemde ‘Orchid Weevil’ (‘Orchidophilus atterimus’) (niet-nieuwheidsargument);
- nietigheidsargumenten die neerkomen op gebrek aan inventiviteit / gebrek aan effect over het geclaimde bereik op grond van de publicaties NL 581 en TW 265.
4.De beoordeling
a) Executiegeschil
1 augustus 2018, r.o. 2.10, r.o. 2.7 en r.o. 2.8 en 2.9). Met haar stelling dat deze procesrechtelijke beslissing ‘aanvechtbaar’ is (zie de pleitaantekeningen van VG Colours, nummer 3.1 onder b), erkent VG Colours in wezen zelf al dat van een klaarblijkelijke misslag geen sprake is. VG Colours heeft ook niet aangevoerd dat, en zo ja, waarom, die processuele beslissing van de rechtbank onjuist is geweest. De directe consequentie van die beslissing is dat de rechtbank niet is gekomen tot een inhoudelijke beoordeling van de te laat gevoerde verweren. Dat de eindbeslissing mogelijk anders was uitgevallen als de verweren wel inhoudelijk door de rechtbank zouden zijn beoordeeld, kan daarom niet leiden tot het oordeel dat sprake is van een klaarblijkelijke misslag. De vraag wat het oordeel zal zijn als die verweren wel inhoudelijk worden beoordeeld, is bij uitstek een vraag die in hoger beroep aan de orde zal zijn.
21 februari 2018 in r.o. 4.28 (zie onder 2.5) niet juist zou zijn, maar HE Licenties betwist dat en betoogt dat VG Colours – zoals ook volgt uit de overwegingen van de rechtbank – deze argumenten in de bodemprocedure enkel heeft genoemd in het kader van haar verweer dat sprake was van openbaar voorgebruik. VG Colours heeft via de door haar overgelegde appeldagvaarding wel gewezen op randnummers in de conclusie van antwoord in de bodemprocedure waar ze deze argumenten zou hebben gevoerd, maar heeft nagelaten die randnummers of conclusie ook over te leggen. Dat betekent dat niet gezegd kan worden dat het eindvonnis berust op een klaarblijkelijke misslag, zodanig dat HE Licenties misbruik maakt van haar bevoegdheid door dit vonnis desondanks te executeren.