ECLI:NL:RBDHA:2018:6332
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen aanslag overdrachtsbelasting en de kwalificatie van onroerende zaak als woning
In deze zaak heeft eiser, wonende te [plaats], beroep ingesteld tegen de uitspraak van de inspecteur van de Belastingdienst/Belastingen, kantoor [plaats], die een aanslag overdrachtsbelasting handhaafde. Eiser had een bedrag van € 9.375 aan overdrachtsbelasting op aangifte voldaan en maakte bezwaar tegen deze voldoening. De inspecteur handhaafde de aanslag bij uitspraak op bezwaar van 8 november 2017. Eiser stelde dat de onroerende zaak, een voormalige Rooms-Katholieke kapel, ten tijde van de verkrijging bewoonbaar was en daarom als woning moest worden aangemerkt, wat zou leiden tot een lager belastingtarief. De rechtbank oordeelde dat de onroerende zaak oorspronkelijk niet voor bewoning was ontworpen en dat er geen bewijs was dat het pand ten tijde van de overdracht als woning kon worden aangemerkt. De rechtbank volgde de argumentatie van de inspecteur en verwierp het beroep van eiser. De rechtbank concludeerde dat er geen feiten of omstandigheden waren die het vertrouwen van eiser in een lagere belastingheffing konden rechtvaardigen. De uitspraak werd gedaan door mr. A.D. van Riel op 24 mei 2018, en het beroep werd ongegrond verklaard.