ECLI:NL:RBDHA:2018:48
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op grond van ongeloofwaardigheid van homoseksuele geaardheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 5 januari 2018 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Nigeriaanse man geboren in 1992, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, waarin hij stelde homoseksueel te zijn. Deze aanvraag werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen als kennelijk ongegrond. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris zich niet ten onrechte op het standpunt had gesteld dat de gestelde homoseksuele geaardheid van eiser ongeloofwaardig was. Eiser had eerder een asielaanvraag ingediend die was afgewezen, en zijn nieuwe aanvraag werd als een opvolgende aanvraag beschouwd. De rechtbank merkte op dat eiser inconsistenties vertoonde in zijn verklaringen over zijn homoseksualiteit en de problemen die hij naar aanleiding daarvan zou hebben ondervonden. De rechtbank concludeerde dat de elementen die eiser naar voren had gebracht niet geloofwaardig waren en verklaarde het beroep ongegrond. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor vreemdelingen om consistente en geloofwaardige verklaringen te geven over hun asielmotieven, vooral in gevallen waarin culturele acceptatie van homoseksualiteit ontbreekt.