In deze zaak, die voor de Rechtbank Den Haag is behandeld, gaat het om een dekkingsgeschil in het verzekeringsrecht. De eiseres, een transportbedrijf, heeft een vordering ingesteld tegen verschillende gedaagden, waaronder Nationale-Nederlanden, Rabobank en Meeùs, met betrekking tot de dekking van een schadeverzekering voor inzittenden (SVI) na een ongeval met een van haar chauffeurs. De eiseres stelt dat de verzekering SVI-dekking biedt, terwijl de gedaagden dit betwisten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de collectieve contractafspraken, die als polis moeten worden aangemerkt, geen SVI-dekking omvatten. De rechtbank oordeelt dat Nationale-Nederlanden niet aansprakelijk is, omdat zij niet op de hoogte was van de wens van de eiseres om SVI-dekking te hebben. Ook de assurantietussenpersonen Rabobank en Meeùs worden niet aansprakelijk gesteld, omdat de eiseres hen niet voldoende heeft geïnformeerd over haar verzekeringsbehoeften. De rechtbank wijst alle vorderingen van de eiseres af en veroordeelt haar in de proceskosten van de gedaagden.