ECLI:NL:RBDHA:2018:2527
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig nemen van besluit op asielaanvraag
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 9 januari 2018 uitspraak gedaan in een beroep dat was ingesteld door eiser tegen de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser had op 22 november 2017 beroep ingesteld wegens het niet tijdig nemen van een besluit op zijn asielaanvraag, die hij op 23 januari 2017 had ingediend. De rechtbank overweegt dat het in deze procedure gaat om de vraag of verweerder tijdig op de aanvraag heeft beslist. De rechtbank stelt vast dat de termijn voor het beslissen op de aanvraag nog niet is aangevangen, omdat de verantwoordelijkheid van Nederland voor de behandeling van de asielaanvraag nog niet is vastgesteld. Dit is het gevolg van een verzoek om heroverweging dat verweerder bij de Duitse autoriteiten heeft ingediend, waarop nog geen reactie is ontvangen. De rechtbank concludeert dat eiser prematuur in gebreke heeft gesteld, waardoor het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. De rechtbank wijst erop dat de prejudiciële vragen van de zittingsplaats Haarlem niet leiden tot een ander oordeel, aangezien deze vragen betrekking hebben op de termijnen voor heroverweging en niet op de termijn voor het beslissen op de aanvraag. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk en er bestaat geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.