Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiseres] ,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Verweerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 28 december 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, en verweerder over de afwijzing van aanvragen voor verblijfsvergunningen regulier voor het doel van EU-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetenen. Eiseres, van Iraanse nationaliteit, heeft eerder in Nederland verbleven op basis van tijdelijke verblijfsvergunningen, maar had op het moment van de aanvragen en de beslissingen geen rechtmatig verblijf. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres en haar kinderen niet voldeden aan de voorwaarden van de Vreemdelingenwet 2000, omdat zij niet minimaal vijf jaar onafgebroken in Nederland hadden gewoond met een niet-tijdelijk verblijfsdoel. Eiseres heeft betoogd dat de afwijzing onterecht was, omdat de situatie ten tijde van de beslissing niet was meegewogen en dat verweerder had moeten wachten op de uitkomst van een hoger beroep inzake een verblijfsgat. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat verweerder terecht heeft geconcludeerd dat eiseres geen rechten kan ontlenen aan de Europese richtlijnen en dat de afwijzing van de aanvragen op basis van de wet terecht was. Het beroep van eiseres is ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.