ECLI:NL:RBDHA:2018:14983
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing mvv-aanvraag in het kader van nareis met betrekking tot asielaanvraag en gezinshereniging
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 november 2018 uitspraak gedaan in een geschil over de afwijzing van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) aanvraag door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De eisers, Afghaanse nationaliteit, hadden op 29 juni 2015 een aanvraag ingediend voor een mvv met als doel gezinshereniging in het kader van nareis. De staatssecretaris heeft deze aanvraag afgewezen, omdat de referent ten tijde van zijn asielaanvraag meerderjarig was en niet kon worden aangemerkt als alleenstaande minderjarige volgens de geldende richtlijnen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de staatssecretaris in het bestreden besluit is uitgegaan van een onjuist peilmoment, maar heeft geoordeeld dat dit motiveringsgebrek niet tot benadeling van eisers heeft geleid, aangezien de referent ook ten tijde van de tweede asielaanvraag meerderjarig was. De rechtbank heeft het beroep van eisers ongegrond verklaard en de staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van eisers tot een bedrag van € 1.002,–. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen hebben de mogelijkheid om binnen vier weken hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.