Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Beschikking van de rechtbank
Machtiging tot uithuisplaatsing
[de man 1]
[de vrouw] ,
Het procesverloop
- de brieven van 27 november 2018 en 28 november 2018 van de zijde van de advocaat van de moeder;
- mevrouw [A] , pastoraal werker, ter ondersteuning van de moeder;
mr. G.O. Perquin.
Feit- [minderjarige 1] verblijft feitelijk in een gezinshuis.
Verzoek en verweer
Beoordeling
In mei 2009 wordt [minderjarige 1] (toen nog ongeboren) onder toezicht gesteld vanwege zorgen omtrent huiselijk geweld. In 2011 wordt de ondertoezichtstelling opgeheven. In
augustus 2013 wordt de kinderbeschermingsmaatregel opnieuw uitgesproken en nadien verlengd tot februari 2015. In maart 2015 ontvangt de moeder opvoedondersteuning van Triple P, welk traject positief wordt afgesloten. De zorgen nemen echter niet af. In oktober 2015 komt er namelijk een melding binnen bij Veilig Thuis en vindt er opnieuw huiselijk geweld plaats in het gezin. In januari 2016 wordt het traject ‘Families First’ gestart, wat ook positief wordt afgerond. In de daaropvolgende maanden komen er echter opnieuw meerdere meldingen van huiselijk geweld binnen bij Veilig Thuis. Er worden veiligheidsafspraken gemaakt, maar de moeder houdt zich daar niet aan. In december 2016 wordt daarom opnieuw een raadsonderzoek ingesteld, waarna de ondertoezichtstelling opnieuw is uitgesproken. In januari 2017 start de moeder met traumabehandeling. Voorts wordt ambulante hulpverlening van Agathos ingeschakeld. De rechtbank concludeert dat het de moeder, ondanks veelvuldige betrokkenheid van de gecertificeerde instelling en andere hulpverleningsinstanties, niet is gelukt om de zorgen in de thuissituatie te doen afnemen. [minderjarige 1] is veelvuldig getuige geweest van huiselijk geweld en is hierdoor ernstig beschadigd.
Beslissing
10 mei 2019, zijnde de datum waarop de ondertoezichtstelling afloopt;