ECLI:NL:RBDHA:2018:13973
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Buiten behandelingstelling van een asielaanvraag wegens onvolledigheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 november 2018 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de aanvraag van eiser om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Eiser, van Sri Lankaanse nationaliteit, had op 2 juli 2018 een aanvraag ingediend, maar deze werd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid buiten behandeling gesteld op 29 oktober 2018, omdat de aanvraag niet volledig was. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 15 november 2018, waar eiser zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde, werd de zaak behandeld samen met een andere zaak. Eiser had in zijn aanvraag aangegeven dat hij nieuwe documenten en informatie had, maar de rechtbank oordeelde dat hij geen volledige aanvraag had ingediend. De rechtbank overwoog dat de asielprocedure zo is ingericht dat alle aspecten van de aanvraag aan de orde kunnen komen tijdens een gehoor, maar dat dit alleen mogelijk is als er een volledige aanvraag is ingediend. Eiser had geen definitief rapport overgelegd dat zijn aanvraag kon onderbouwen, en de rechtbank concludeerde dat de Staatssecretaris terecht de aanvraag buiten behandeling had gesteld. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en gaf aan dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.