ECLI:NL:RBDHA:2017:8178
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van de Ziektewetuitkering van eiser na beoordeling van arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 juli 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een voormalig grondwerker/kabellegger, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Eiser had een uitkering op grond van de Ziektewet (ZW) ontvangen, maar deze werd per 6 juni 2016 beëindigd door verweerder. Eiser was het niet eens met deze beslissing en heeft beroep ingesteld. De rechtbank heeft het procesverloop en de medische gegevens van eiser zorgvuldig beoordeeld. Eiser had eerder een ZW-uitkering ontvangen na een ziekmelding in 2012 en had in 2014 een aanvraag voor een WIA-uitkering gedaan, die was afgewezen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzekeringsartsen voldoende informatie hadden om de arbeidsbeperkingen van eiser vast te stellen. Eiser voerde aan dat zijn klachten onvoldoende waren meegenomen in de beoordeling, maar de rechtbank oordeelde dat de verzekeringsartsen zorgvuldig te werk waren gegaan en dat er geen aanleiding was om aan hun oordeel te twijfelen. De rechtbank concludeerde dat eiser in staat was om meer dan 65% van zijn maatmaninkomen te verdienen in de geduide functies, en heeft het beroep ongegrond verklaard. De uitspraak is openbaar uitgesproken en er is geen aanleiding voor proceskostenveroordeling of vergoeding van wettelijke rente.