ECLI:NL:RBDHA:2017:7663
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Wijziging grondslag besluit in bezwaar en reformatio in peius in bestuursrechtelijke context
Op 12 juli 2017 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en de Raad voor Rechtsbijstand. Eiseres had een aanvraag voor een toevoeging voor rechtsbijstand ingediend, welke door verweerder op 27 mei 2016 was afgewezen. Na een bezwaarschrift heeft verweerder het bezwaar ongegrond verklaard, maar met wijziging van de grondslag. Eiseres stelde dat deze wijziging in strijd was met het verbod van reformatio in peius, omdat de afwijzing in de bezwaarfase op een andere grond was gebaseerd dan in de primaire fase. De rechtbank oordeelde dat de wijziging van de grondslag door verweerder niet in strijd was met de wet, omdat verweerder ook zonder het indienen van het bezwaar bevoegd was om het besluit ten nadele van eiseres te wijzigen. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van een schending van het verbod van reformatio in peius, aangezien de bevoegdheid van verweerder om het besluit te heroverwegen niet afhankelijk was van de bezwaarfase. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en wees erop dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op dezelfde dag.