Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 15 april 2016 met producties;
- de conclusie van antwoord met producties;
- het tussenvonnis waarbij een comparitie van partijen is gelast;
- het proces-verbaal van comparitie van 9 februari 2017 en de daarin genoemde stukken.
2.De feiten
De vereniging hanteert als kernwaarden bewegingsvrijheid en vooruitgang (voor leden en consumenten) en als kernkwaliteiten vakmanschap en verbinden. De vereniging verbindt het landelijke netwerk van haar leden, zijnde de mobiliteitsondernemers (en hun netwerk) met de maatschappij, politiek en met consumenten in Nederland. Daarnaast verbindt BOVAG het netwerk onderling en activeert in inspireert BOVAG het netwerk om onderling en met partners tot innovatie en inspirerend aanbod te komen. Het krachtig netwerk van mobiliteitsondernemers zorgt gezamenlijk voor een beter mobiliteitsklimaat, waardoor het collectief van BOVAG ondernemers extra commerciele en maatschappelijke waarde geniet.”
De vereniging kan – privaatrechtelijk, publiekrechtelijk, alsook op elk ander rechtsgebied – rechtsvorderingen instellen die strekken tot bescherming van belangen van leden en/of van andere personen, voor zover die belangen gelijksoortig zijn aan de belangen die de vereniging behartigt blijkens het bepaalde in dit artikel.”
het behartigen van de belangen van alle ondernemers, die voor eigen rekening en risico een onderneming drijven, waarin de zeggenschap niet toekomt aan een aardoliemaatschappij – hetzij middellijk of onmiddellijk – welke onderneming als detailhandel één of meerdere motorbrandstoffen verkoopt al dan niet in combinatie met een winkel en een autowasinstallatie (een dergelijke onderneming hierna te noemen: “tankstation”) en het coördineren van hun belangen, alles in de ruimste zin des woords.”
ondernemers, die voor eigen rekening en risico een tankstation drijven, in welke onderneming de zeggenschap niet berust of toekomt aan een aardoliemaatschappij, hetzij middellijk of onmiddellijk.”
a. het behartigen van gelijksoortige (collectieve) belangen van rechts- en natuurlijke personen die eigenaar zijn van een tankstation of een tankstation op een andere wijze (voor eigen rekening) houden in de grensstreek van Nederland alsook daarbuiten;
a. het instellen van vorderingen in en buiten rechte, het voeren van onderhandelingen, het voeren van procedures en het treffen van andere rechtsmaatregelen ten behoeve van personen als bedoeld in lid 1 onder a.”
De accijns voor diesel wordt verhoogd met 3 cent per liter en komt daarmee op ongeveer 46 cent per liter. De opbrengst van deze accijnsverhoging, die ingaat per 1-1-2014, bedraagt 230 mln. De accijns op LPG wordt verhoogd met 7 cent per liter en komt daarmee op ongeveer 18 cent per liter. De opbrengst van deze accijnsverhoging, die ingaat per 1-1-2014, bedraagt 50 mln.”
4. Conclusie
3.Het geschil
4.De beoordeling
Inleiding
de houders van de tankstations in de grensstreek’, betoogt de Staat dat eiseressen niet-ontvankelijk moeten worden verklaard. De Staat voert daartoe aan dat de belangen van de tankstationondernemers in de grensstreek niet stroken met de statutaire doelstellingen van eiseressen die belangenbehartiging van
alleaan hen verbonden tankstationondernemers inhouden. De Staat betoogt voorts dat een deel van de groep die eiseressen stellen te vertegenwoordigen niet gediend is met de vorderingen, waardoor geen sprake is van bundeling van gelijksoortige belangen in de zin van artikel 3:305a BW.
alletankstationondernemers die BOVAG en BETA volgens hun statuten behartigen, omvatten mede de belangen van de bij randnummer 2 in de dagvaarding aangeduide houders van tankstations in de grensstreek, die in de statuten van de Stichting Accijnsclaim voorop worden gesteld. De Staat kan dan ook niet worden gevolgd in zijn betoog dat de statutaire doelstellingen niet stroken met de belangen van de tankstationondernemers waarvoor eiseressen stellen op te komen in deze procedure.
assets, including claims, in respect of which the applicant can argue that he has at least a “legitimate expectation” of obtaining effective enjoyment of a property right’ (verg. EHRM 12 juli 2011, zaak nr. 42527/98 (Hans-Adam II van Liechtenstein/Duitsland).
general principles”voor de beoordeling van de vraag of sprake is van inbreuk van eigendom in de zin van artikel 1 EP overwogen:
“the licences were connected to the carrying out of an underlying business”.
general principle’samengevat in EHRM 13 maart 2012, 23780/08, Malik tegen Verenigd Koninkrijk (onder 93):
verwachtebron van toekomstige inkomsten die buiten de reikwijdte van artikel 1 EP valt.
dat wil zeggen minder dan 20 kilometer van de grens verwijderd”.Eiseressen spreken in verband met dit verwijt verder van ‘de tankstationondernemers in de grensstreek’. De rechtbank zal deze groep verder aanduiden als ‘de grenspomphouders’.