ECLI:NL:RBDHA:2017:7025
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verantwoordelijkheid voor behandeling asielverzoek onder Dublinverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 juni 2017 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Eritrees staatsburger, had op 9 december 2016 een asielverzoek ingediend, maar de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie had dit verzoek niet in behandeling genomen. De reden hiervoor was dat Italië verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de aanvraag, op basis van de Dublinverordening. Eiser betoogde dat hij ten onrechte niet als echtgenoot van een in Nederland verblijvende partner werd aangemerkt, wat volgens hem zijn recht op asiel beïnvloedde. De rechtbank heeft vastgesteld dat de registratie in de Basisregistratie Personen (BRP) leidend is en dat de huwelijksakte, hoewel door verweerder als vals bevonden, niet had geleid tot een wijziging van de inschrijving in de BRP. De rechtbank oordeelde dat Nederland verantwoordelijk is voor de behandeling van het asielverzoek van eiser, omdat zijn partner internationale bescherming geniet. De rechtbank heeft het beroep van eiser gegrond verklaard, het bestreden besluit vernietigd en bepaald dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit. Tevens is de Staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 990,-.