ECLI:NL:RBDHA:2017:6302
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Omzetbelasting en parkeergelegenheid bij een dierentuin: toepassing van het verlaagde tarief
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 24 mei 2017 uitspraak gedaan in een geschil over de toepassing van het omzetbelastingtarief op parkeergelegenheid bij een dierentuin. Eiseres, een exploitant van een diergaarde, had bezwaar gemaakt tegen de teruggaafbeschikkingen van de Belastingdienst voor de maanden januari tot en met juli 2015 en de maand september 2015. De rechtbank oordeelde dat het verstrekken van parkeergelegenheid bij de dierentuin moet worden aangemerkt als een bijkomende dienst bij het verlenen van toegang tot de dierentuin. Dit betekent dat het verlaagde tarief van toepassing is op de omzet die wordt behaald met het parkeren.
De rechtbank heeft vastgesteld dat bezoekers die met de auto naar de diergaarde komen, gebruik maken van de parkeergelegenheid om de diergaarde te bezoeken. De rechtbank oordeelde dat het parkeren voor de modale consument geen doel op zich is, maar een middel om de toegang tot de diergaarde aantrekkelijker te maken. Dit sluit aan bij de Europese regelgeving, waarin is bepaald dat bijkomende diensten die het fiscale lot van de hoofddienst delen, onder het verlaagde tarief vallen.
De rechtbank heeft het beroep van eiseres voor zover het betrekking heeft op de voldoening op aangifte voor augustus 2015 en de teruggaafbeschikking voor september 2015 gegrond verklaard, terwijl het beroep voor de maanden januari tot en met juli 2015 ongegrond werd verklaard. Tevens is de Belastingdienst veroordeeld in de proceskosten van eiseres, die zijn vastgesteld op € 999,60. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen.