ECLI:NL:RBDHA:2017:5802

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
24 mei 2017
Publicatiedatum
31 mei 2017
Zaaknummer
C/09/517627 / HA ZA 16-1045
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.J.A.M. Ahsmann
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over de vraag tussen welke partijen een koopovereenkomst is gesloten en de rol van PDVSA als vertegenwoordiger van Bariven S.A.

In deze zaak, die voor de Rechtbank Den Haag is behandeld, gaat het om een geschil tussen de besloten vennootschap TSHR en PDVSA Services B.V. over de vraag of er een koopovereenkomst is gesloten en wie de contractuele wederpartij is. TSHR, een groothandel in medische en tandheelkundige instrumenten, heeft goederen geleverd aan PDVSA, die optreedt als inkoper voor haar moederbedrijf Bariven S.A. uit Venezuela. TSHR vordert betaling van een factuur van € 28.710,90, maar PDVSA betwist dat zij de contractuele partij is en stelt dat Bariven de koper is.

De procedure begon met een dagvaarding in augustus 2016, gevolgd door een conclusie van antwoord van PDVSA waarin zij een exceptie van onbevoegdheid inriep. De rechtbank heeft in een tussenvonnis een comparitie van partijen gelast, die op 16 maart 2017 heeft plaatsgevonden. Tijdens deze comparitie is het geschil besproken en is TSHR verzocht om vonnis te vragen, wat op 24 mei 2017 is gebeurd.

De rechtbank heeft vervolgens beoordeeld of PDVSA als vertegenwoordiger van Bariven heeft gehandeld. De rechtbank concludeert dat PDVSA inderdaad niet in eigen naam, maar als vertegenwoordiger van Bariven heeft opgetreden. Dit blijkt uit de documenten die zijn uitgewisseld, waaronder de offerteaanvraag en de aankoopopdracht, waarin duidelijk staat dat PDVSA handelt voor rekening van Bariven. De rechtbank wijst de vordering van TSHR af en veroordeelt TSHR in de proceskosten, omdat zij de verkeerde partij heeft aangesproken.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK DEN HAAG

Team handel
zaaknummer / rolnummer: C/09/517627 / HA ZA 16-1045
Vonnis van 24 mei 2017
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[TSHR],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
eiseres,
advocaat mr. J.G. Oolderink-Olthof te Enter,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PDVSA SERVICES B.V.,
gevestigd te Leidschendam,
gedaagde,
advocaten mr. T.L. Claassens en mr. M. Boevink te Rotterdam.
Partijen zullen hierna TSHR en PDVSA genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 25 augustus 2016, met producties,
  • de conclusie van antwoord tevens houdende exceptie van onbevoegdheid, met producties,
  • het tussenvonnis van 14 december 2016, waarbij een comparitie van partijen is gelast,
  • het proces-verbaal van comparitie van 16 maart 2017 en de daarin genoemde stukken.
1.2.
De comparitie van partijen is op 16 maart 2017 voor bepaalde tijd aangehouden, zodat partijen konden onderzoeken of een minnelijke regeling van het geschil nog mogelijk was. Bij brief van 5 april 2017 heeft mr. Oolderink-Olthof namens TSHR vonnis gevraagd, waarna de comparitie is gesloten en vonnis is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
TSHR is een groothandel in medische en tandheelkundige instrumenten, verpleeg- en orthopedische artikelen en in laboratoriumsystemen en benodigdheden. Tevens houdt TSHR zich bezig met fabricage, onderhoud en reparatie van laboratoriumsystemen.
2.2.
PDVSA houdt zich bezig met handelsbemiddeling in brandstoffen, ertsen, metalen en chemische producten. PDVSA is inkoper voor haar moederbedrijf, de vennootschap naar Venezolaans recht Bariven S.A. (hierna: Bariven). Bariven behoort tot het concern van de Venezolaanse staatsoliemaatschappij, binnen welk concern Bariven zich bezig houdt met de inkoop van materialen, apparatuur en diensten die nodig zijn voor de gas- en oliewinning.
2.3.
PDVSA heeft op 17 oktober 2014 bij TSHR een offerte gevraagd voor de aankoop van een technisch instrument en bijbehorende goederen (hierna: de goederen). PDVSA heeft die aanvraag door middel van een schriftelijke ‘Request for Quotation’ (hierna: de aanvraag) gedaan. In kop van de aanvraag staat:
‘BARIVEN, S.A.
c/o PDVSA Services, B.V.
Purchasing Agent (BE00)’
Verderop, aan het slot van de aanvraag, staat onder meer:
‘INSTRUCTIONS
In the event of an order, PDVSA Services, BV, a Dutch Corporation located in The Hague, The Netherlands, will issue the purchase order on behalf of, and for the account of Bariven S.A., Venezuela.
Bariven S.A. c/o PVDSA Services, BV Terms & Conditions apply to this request for quotation. Copy is available on request.’
(…)
Regards,
Bariven, S.A. – C/O PDVSA Services, B.V.
Purchasing Agent’
2.4.
Bij e-mail van 31 oktober 2014 heeft TSHR de offerte (‘Quote’) aan PDVSA toegestuurd, met een aanbod om de goederen tegen een prijs van € 28.710,90 te leveren. Met de offerte heeft TSHR ook een exemplaar van haar algemene voorwaarden meegezonden.
2.5.
Naar aanleiding van de ontvangen offerte heeft mw. [inkoper] , inkoper bij PDVSA, bij e-mail van 11 november 2014 het volgende aan TSHR gevraagd:
‘Before sending it to the Client, I would like to ask if you accept payment term Net 30 days.
Also, as per PDVSA standard procedures, please confirm Delivery Term FCA, Vendor Warehouse, Rotterdam .
(…)
With kind regards,
[logo PDVSA]
[inkoper]
Buyer
PDVSA Services, B.V. – The Netherlands
Phone: (..)
e-mail: (..)’
De heer [A] , statutair directeur van TSHR, heeft daarop diezelfde middag geantwoord:
‘Payment terms are 30 days and delivery FCA is O.K. by us.’
2.6.
Ongeveer een jaar later heeft PDVSA de goederen voor het aangeboden bedrag van € 28.710,90 bij TSHR besteld. PDVSA heeft daartoe op 27 oktober 2015 een schriftelijke aankoopopdracht (‘
purchase order’, hierna ook
purchase orderte noemen) aan TSHR toegestuurd. In de kop (op p. 1) van de
purchase orderstaat:
‘BARIVEN, S.A.
c/o PDVSA Services, B.V.
Purchasing Agent (BE00)’
Ook staat verderop in de
purchase order, voor zover van belang:
op pagina 4:
‘The PO
(Purchase Order, rechtbank)is placed by Bariven SA (Venezuela), and the construction of the PO is such that for orders placed on FCA or FOB terms, the Incoterms rule that the seller is responsible for any export documentation. The fact that this PO is placed using a purchasing agent in the Netherlands does not change this responsibility.’
op pagina 10:
‘IMPORTANT INSTRUCTIONS TOT SELLER
(…)
This purchase order is issued by PDVSA Services, BV on behalf of, and for the account of BARIVEN, S.A. and is subject to the PDVSA Services, BV Standard Terms and Conditions (Rev. 09-2014) for goods; (…)
(…)
Invoice to:
Bariven, S.A.
c/o PDVSA SERVICES B.V.
P.O. Box […]
2502 CC The Hague
The Netherlands
(…)
en, afsluitend, op pagina 11 (laatste pagina):
Regards,
Bariven, S.A. - C/O. PDVSA Services, B.V.
Purchasing Agent’
2.7.
De in de
purchase ordergenoemde ‘PDVSA Services, B.V. Terms and Conditions for goods Purchases (Rev. 09-2014)’ (hierna te noemen: de Algemene Voorwaarden) houden onder meer het volgende in:

1. DEFINITIONS:
(…)

Buyer” means Bariven S.A., a corporation constituted and registered in accordance with the laws of the Republic of Venezuela, having its principal place of business located in Caracas, Venezuela, represented for the purpose of the Order, by its agent, PDVSA Services, B.V., herinafter the “
Agent” (…)
(…)
4. PRICE AND PAYMENT TERMS
I. The price is the consideration specified in the Order to be paid by the Buyer to the Vendor for the complete delivery of the Materials (…)
(…)
27. ARBITRATION:
Any and all disputes, controversies and claims arising out of, involding, or relating tot the Order shall be referred to, settled and finally resolved exclusively by arbitration under the rules of the ICC International Court of Arbitration (the “Rules”) by three arbitrators appointed in accordance with the Rules. (…) The place of the arbitration shall be The Hague. (…)’
2.8.
TSHR heeft op 30 oktober 2015 een door PDVSA opgesteld formulier ondertekend voor de bevestiging van de ontvangst van de
purchase order. In het ondertekende formulier verklaart TSHR onder meer:
‘We confirm receipt of your above mentioned facsimile Purchase Order and / or facsimile Change Order and herewith acknowledge acceptance of this order including all term and conditions, of which we comply entirely with’
Onderaan de beide pagina’s van het formulier staat voorgedrukt (in een kleiner lettertype):

PDVSA Services, BV
(a purchasing agent of Bariven S.A. – Venezuela)’
2.9.
TSHR heeft de bestelde goederen op het opgegeven adres in Rotterdam afgeleverd. TSHR heeft op 24 december 2015 voor de koopsom een factuur ter hoogte van € 28.710,90 opgesteld en aan PDVSA verstuurd. De factuur is geadresseerd aan: Bariven S.A. c/o PDVSA Services B.V. De betalingstermijn van de factuur is 30 dagen. De factuur is, ondanks meerdere aanmaningen van TSHR, tot op heden onbetaald gebleven.

3.Het geschil

3.1.
TSHR vordert samengevat - veroordeling van PDVSA tot betaling van een bedrag van € 39.367,55, vermeerderd met de wettelijke handelsrente plus 4% op jaarbasis over een bedrag van € 31.367,55 met ingang van 11 augustus 2016 tot aan de dag van volledige betaling, met veroordeling van PDVSA in de proceskosten en de nakosten.
3.2.
TSHR stelt - kort gezegd - dat zij met PDVSA een koopovereenkomst heeft gesloten en dat PDVSA op grond van die overeenkomst verplicht is de koopsom voor de geleverde goederen aan TSHR te betalen.
3.3.
PDVSA voert verweer. PDVSA voert primair aan dat TSHR de verkeerde partij tot betaling aanspreekt, aangezien niet PDVSA, maar Bariven de koper is. Uit de aanvraag, de
purchase orderen bijvoorbeeld ook de Algemene Voorwaarden blijkt volgens PDVSA duidelijk dat PDVSA niet in eigen naam, maar in naam en voor rekening van Bariven handelde. Uitsluitend voor zover de rechtbank dit primaire verweer niet volgt en van oordeel is dat PDVSA wel de contractuele wederpartij van TSHR is, voert PDVSA - subsidiair - aan dat de rechtbank zich alsdan op de voet van artikel 1022 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) onbevoegd dient te verklaren, aangezien partijen in artikel 27 van de toepasselijke Algemene Voorwaarden zijn overeengekomen dat het onderhavige geschil door middel van ICC-arbitrage moet worden beslecht.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Gelet op het verzoek van PDVSA zal de rechtbank eerst beoordelen of het verweer van PDVSA slaagt dat niet zij, maar Bariven de contractuele wederpartij van TSHR is. Dat was volgens TSHR niet duidelijk; zij dacht dat PDVSA haar contractspartij was omdat zij in opdracht en voor rekening van PDVSA goederen heeft geleverd.
Uitgangspunt is dat degene die een overeenkomst sluit rechtsgevolgen voor zichzelf in het leven roept. Gelet op het debat van partijen is het de vraag in welke kwaliteit PDVSA is opgetreden: op eigen naam (stelling TSHR) of als vertegenwoordiger van Bariven (stelling PDVSA).
4.2.
Het antwoord op de vraag of PDVSA bij het sluiten van de koopovereenkomst in eigen naam, dat wil zeggen als wederpartij van die ander is opgetreden, dient aan de hand van de wilsvertrouwensleer van artikelen 3:33 en 3:35 Burgerlijk Wetboek te worden beslist. Het hangt daarbij volgens vaste rechtspraak af van hetgeen zij en die ander daarover jegens elkaar hebben verklaard en over en weer uit elkaars verklaringen en gedragingen hebben afgeleid en mochten afleiden; vgl. HR 11 maart 1977, ECLI:NL:PHR:1977:AC1877 (Kribbebijter). Daartoe zijn alle omstandigheden van het geval van belang.
4.3.
De rechtbank stelt vervolgens vast dat:
  • TSHR een professionele handelspartij is van wie bij het sluiten van een overeenkomst een bepaalde mate van deskundigheid en oplettendheid mag worden verwacht, ook wanneer het de Engels taal betreft;
  • in de kop en aan het slot van zowel de offerte-aanvraag als de uiteindelijke
  • op pagina 4 van diezelfde
  • aan het slot van de
  • onderaan de beide pagina’s van het formulier dat TSHR voor de ontvangst van de
4.4.
Uit de gewisselde stukken valt naar het oordeel van de rechtbank duidelijk op te maken dat PDVSA optrad als
purchasing agentvan Bariven. Zelfs als de letterlijke vertaling van deze term met ‘inkoper’ de juridische rol van PDVSA niet duidelijk zou maken – partij of vertegenwoordiger – blijkt uit de context onmiskenbaar dat PDVSA als inkoper de koop niet uit eigen naam sloot, maar als vertegenwoordiger van Bariven optrad (
on behalf of, and for the account). Daarbij kan nog buiten beschouwing worden gelaten dat ook in de Algemene Voorwaarden, waarvan TSHR op aanvraag kennis had kunnen nemen, duidelijk staat vermeld dat Bariven de koper (
buyer) is en dat PDVSA als haar vertegenwoordiger handelt (
represented … by its agent).
TSHR heeft voor het overige geen feiten of omstandigheden gesteld die maken dat zij, in weerwil van de onder ro. 4.3 genoemde omstandigheden, redelijkerwijs heeft mogen aannemen dat PDVSA zelf de contracterende partij was. De afsluitende term ‘buyer’ in de e-mail van PDVSA van 11 november 2014 (zie 2.5) ziet evident op de functie van mw. [inkoper] (inkoper), en niet op de hoedanigheid van PDVSA. De rechtbank volgt TSHR evenmin in haar stelling dat PDVSA vanwege het verschil in karakter en risico tussen een contract met een nationale en een contract met een internationale partij nadrukkelijk(er) had moeten waarschuwen dat TSHR met een in Venezuela gevestigde partij zou gaan contracteren. PDVSA heeft in de aanvraag en de
purchase ordervoldoende duidelijk gemaakt wie de contractuele wederpartij zou zijn en gelet op de professionele hoedanigheid van TSHR had Bariven op dit punt geen verdergaande zorg- of waarschuwingsplicht tegenover TSHR.
4.5.
De slotsom is dat het verweer van PDVSA dat zij bij de koop niet in eigen naam maar als vertegenwoordiger van PDVSA optrad, slaagt. TSHR heeft de koopovereenkomst niet met PDVSA, maar met Bariven gesloten. Dat betekent dat TSHR haar vordering tot betaling van de koopsom tot Bariven moet richten en dat de rechtbank de vordering tegen PDVSA zal afwijzen.
4.6.
TSHR heeft ter comparitie nog, onder verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad van 13 oktober 2000, ECLI:NL:HR:2000:AA7480 (Rainbow), opgeworpen dat sprake is misbruik van identiteitsverschil door Bariven en PDVSA en om die reden een beroep op vereenzelviging van de vennootschappen gedaan. TSHR heeft het gestelde misbruik echter niet toegelicht of anderszins met concrete feiten en omstandigheden onderbouwd. TSHR heeft niet aan haar stelplicht voldaan. Het beroep op misbruik van identiteit kan reeds daarom niet slagen.
4.7.
Aangezien het primaire verweer slaagt, kan het - subsidiair gedane - beroep van PDVSA op onbevoegd verklaring van de rechtbank onbesproken blijven.
4.8.
Als de in het ongelijk gestelde partij wordt TSHR veroordeeld in de proceskosten, aan de zijde van PDVSA begroot op € 1.929,- aan griffierecht en € 1.158,- aan salaris advocaat (2 punten x liquidatietarief € 579,-), in totaal € 3.087,-, te vermeerderen met de wettelijke rente indien de proceskosten niet binnen de hierna te noemen termijn zijn betaald.
4.9.
Voor veroordeling in de gevorderde nakosten bestaat geen grond, nu de kostenveroordeling ook voor deze nakosten een executoriale titel oplevert (vgl. HR 19 maart 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL1116, NJ 2011/237).

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
wijst de vordering af;
5.2.
veroordeelt TSHR in de proceskosten, aan de zijde van PDVSA begroot op € 3.087,-, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW indien deze kosten niet binnen veertien dagen na de datum van dit vonnis zijn voldaan;
5.3.
verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
wijst het meer en/of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.J.A.M. Ahsmann en in het openbaar uitgesproken op 24 mei 2017.