ECLI:NL:RBDHA:2017:5332
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag van Nigeriaanse eiser met vrees voor vervolging als Ogbanje
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 5 april 2017 uitspraak gedaan in het beroep van een Nigeriaanse eiser die een asielaanvraag had ingediend. De eiser, geboren in Nigeria, heeft aangevoerd dat hij als Ogbanje wordt beschouwd, een duivelse geest die ongeluk brengt in de familie, en dat hij daardoor gegronde vrees heeft voor vervolging in zijn thuisland. De rechtbank oordeelt dat de verweerder, de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, zich onvoldoende gemotiveerd heeft op het standpunt gesteld dat eiser geen reële vrees heeft voor vervolging. De rechtbank wijst op de risico's die eiser loopt bij terugkeer naar Nigeria, vooral als hij herkend wordt als Ogbanje. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit van de staatssecretaris en verklaart het beroep gegrond. De rechtbank stelt dat de staatssecretaris binnen zes weken een nieuw besluit moet nemen, waarbij hij de vrees van eiser voor vervolging als Ogbanje serieus moet overwegen. De rechtbank heeft ook de proceskosten van eiser toegewezen, die zijn vastgesteld op € 1.485,-.