Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.Het incident tot tussenkomst. dan wel voeging
3.De feiten
"Exceldocument_Multimedia OK_IK DEF."), tabblad
"Eisen", ofwel het Programma van Eisen (hierna 'PvE') vermeldt onder meer:
4.Het geschil
5.De beoordeling van het geschil
op het moment van de levering, dan wel de acceptatie van de levering. Voorts geeft het PvE zelf - voorafgaand aan de vermelding van de afzonderlijke eisen - uitdrukkelijk aan dat het gaat om eisen die worden gesteld aan
de leveringvan de producten. Uit het voorgaande volgt onmiskenbaar, althans duidelijk, dat in het PvE uitvoeringseisen zijn opgenomen, waaraan (dus) nog niet behoeft te worden voldaan op het moment van de inschrijving. Door op het PvE - ondertekend - aan te geven dat met alle eisen akkoord wordt gegaan, geeft een inschrijver enkel aan dat hij instemt met de eisen en dat hij te zijner tijd - bij de uitvoering van de opdracht - aan die eisen zal voldoen. Brainlab heeft het voorgaande - als behoorlijk geïnformeerd en normaal oplettend - inschrijver ook moeten (kunnen) begrijpen.
uit de markt bekendis dat Inter Visuals daaraan niet kan voldoen, wat ook al uit eerdere aanbestedingen zou zijn gebleken. Erasmus MC en Inter Visuals hebben dat gemotiveerd bestreden. Gelet hierop kan - zonder nadere toelichting c.q. onderbouwing, die niet wordt gegeven - die ('kale') stelling van Brainlab niet voor juist worden gehouden.
€ 800.000,--) moet worden geconcludeerd dat Inter Visuals in haar inschrijving één opslag per twee of meer operatiekamers heeft aangeboden, in plaats van één opslag per operatiekamer, moet daaraan ook worden voorbijgegaan. Op grond van het enkele prijsverschil kan een dergelijke conclusie namelijk niet worden getrokken. Te minder nu Erasmus MC en Inter Visuals hebben gesteld dat Inter Visuals heeft ingeschreven met één opslag per operatiekamer en Erasmus MC naar voren heeft gebracht dat de opslagkosten in de inschrijving van Brainlab hoger zijn dan in die van Inter Visuals.
customereind 2016 zijn gestart met de ontwikkeling van een beeldscherm met een ingebouwde decoder. Volgens Brainlab blijkt uit het bericht weliswaar niet wie die
customeris, maar is het niet onaannemelijk dat daarmee Erasmus MC wordt bedoeld en dat die samenwerking betrekking heeft op de onderhavige aanbesteding. Erasmus MC heeft stellig betwist dat zij die
customeris. Mede gelet hierop moet worden vastgesteld dat Brainlab haar stelling niet voldoende heeft onderbouwd, zodat deze in het bestek van dit kort geding niet voor juist kan worden gehouden.