ECLI:NL:RBDHA:2017:4255

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
25 april 2017
Publicatiedatum
25 april 2017
Zaaknummer
C/09/527418 / KG ZA 17-229
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van vorderingen in kort geding inzake aanbesteding van multimediavoorzieningen voor operatiekamers

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 25 april 2017 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Brainlab Sales GmbH en Erasmus Universitair Medisch Centrum Rotterdam, met Inter Visuals Systems B.V. als tussenkomende partij. Brainlab vorderde de intrekking van de gunningsbeslissing van Erasmus MC met betrekking tot de aanbesteding voor de levering en installatie van multimediavoorzieningen in operatiekamers. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van Brainlab afgewezen, omdat de inschrijving van Inter Visuals als economisch meest voordelige is aangemerkt. De rechtbank oordeelde dat de eisen in het Programma van Eisen (PvE) uitvoeringseisen zijn, waaraan pas bij de uitvoering van de opdracht hoeft te worden voldaan. Brainlab stelde dat de inschrijving van Inter Visuals niet voldeed aan bepaalde eisen, maar de rechtbank oordeelde dat Inter Visuals voldoende documentatie had verstrekt en dat er geen reden was om aan te nemen dat zij niet zou kunnen voldoen aan de eisen bij de uitvoering. De vorderingen van Inter Visuals tegen Erasmus MC werden eveneens afgewezen, omdat zij geen belang had bij toewijzing van haar vorderingen. De rechtbank veroordeelde Brainlab in de proceskosten van zowel Erasmus MC als Inter Visuals.

Uitspraak

Rechtbank den haag

Team Handel - voorzieningenrechter
zaak- / rolnummer: C/09/527418 / KG ZA 17-229
Vonnis in kort geding van 25 april 2017
in de zaak van
de vennootschap naar Duits recht
BRAINLAB SALES GMBH,
gevestigd te München, Bondsrepubliek Duitsland,
eiseres,
advocaat mr. A. Stellingwerff Beintema te Rijswijk (ZH),
tegen:
de publiekrechtelijke rechtspersoon
ERASMUS UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM ROTTERDAM,
zetelend te Rotterdam,
gedaagde,
advocaat mr. M.M. Fimerius te Eindhoven,
waarin is tussengekomen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
INTER VISUALS SYSTEMS B.V.,
gevestigd te Duiven,
advocaat mr. J. Zandberg te Nijmegen.
Partijen worden hierna respectievelijk aangeduid als 'Brainlab', 'Erasmus MC' en 'Inter Visuals'.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding, met producties;
- de brief van Erasmus MC van 7 april 2017, met productie;
- de brieven van Brainlab van 7 en 10 april 2017, met producties;
- de incidentele conclusie tot tussenkomst, dan wel voeging van Inter Visuals;
- de op 11 april 2017 gehouden mondelinge behandeling, waarbij door alle partijen pleitnotities zijn overgelegd.
1.2.
Ter zitting is vonnis bepaald op heden.

2.Het incident tot tussenkomst. dan wel voeging

2.1.
Inter Visuals heeft - zo begrijpt de voorzieningenrechter - gevorderd te mogen tussenkomen in de procedure tussen Brainlab en Erasmus MC, dan wel zich te mogen voegen aan de zijde van Erasmus MC. Ter zitting hebben Brainlab en Erasmus MC verklaard geen bezwaar te hebben tegen toewijzing van de incidentele vordering. Inter Visuals is vervolgens toegelaten als tussenkomende partij, aangezien zij aannemelijk heeft gemaakt dat zij daarbij voldoende belang heeft. Voorts is niet gebleken dat de tussenkomst in de weg staat aan de vereiste spoed bij dit kort geding en de goede procesorde in het algemeen.

3.De feiten

Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting wordt in dit geding van het volgende uitgegaan.
3.1.
Op 11 november 2016 heeft Erasmus MC een Europese openbare aanbesteding gepubliceerd met het oog op het contracteren van een leverancier voor het leveren en installeren van multimediavoorzieningen in 22 operatiekamers ('OK') en 4 interventiekamers ('IK'), ten behoeve van een nieuw ziekenhuis. Als gunningscriterium wordt gehanteerd de economisch meest voordelige inschrijving.
3.2.
Voor zover hier van belang vermeldt het Aanbestedingsdocument:
"Hoofdstuk 1. Begrippenlijst
(…)
UEA: Een verklaring als bedoeld in artikel 2.84, eerste lid van de Aanbestedingswet 2016.
(…)
Programma van Eisen: De specificaties waaraan de te leveren prestatie (dienst en/of levering en/of werk) op het moment van levering dan wel acceptatie ervan dient te voldoen.
(…)
4.4.
Toets Uitsluitingsgronden en selectie-eisen
De volledige en rechtsgeldig ondertekende UEAen toetst het ERASMUS MC vervolgens inhoudelijk aan de Uitsluitingsgronden (zie paragraaf 5.1).
Als deze toets geen aanleiding geeft tot Uitsluiting, toetst het ERASMUS MC de UEA aan de geschiktheidseisen en/of technische specificaties/uitvoeringsvoorwaarden, zoals nader omschreven in paragraaf 0 van de offerteleidraad en onderdeel 5 en 6 van de UEA. Voldoet u niet aan deze eisen, dan wordt u uitgesloten van verdere deelneming aan deze Aanbestedingsprocedure.
4.5
Toets gunningseisen
Als ook de toets op de geschiktheidseisen en technische specificaties/uitvoeringsvoorwaarden geen aanleiding geeft tot Uitsluiting, toetst ERASMUS MC vervolgens of uw Inschrijving aan de gestelde gunningseisen voldoet. Voldoet uw Inschrijving niet aan deze gunningseisen, dan wordt u uitgesloten van verdere deelneming aan deze Aanbestedingsprocedure.
(…)
4.8.18
Wachtkamer
(…)
Tevens willen wij u er op wijzen dat het ERASMUS MC de POC (proof of concept) als onderdeel opneemt bij de voorlopige gunning. Tijdens de POC worden de eisen en wensen nagelopen en of de fysieke apparatuur daadwerkelijk in de omgeving van het Erasmus MC voldoet. In geval de POC niet naar tevredenheid is uitgevoerd is er slechts eenmalig een herstelperiode mogelijk van twee werkdagen. Hierbij behoudt ERASMUS MC het recht voor om over te gaan op de dan toe geldende nummer twee (2) in geval de POC niet naar tevredenheid verloopt.
(…)
6.1.
Programma van Eisen
In bijlage 6 zijn de eisen opgenomen die ERASMUS MC stelt aan de Opdracht. Het niet voldoen aan een of meerdere eisen betekent Uitsluiting van verdere beoordeling en de Inschrijving valt in dat geval af. Bij een rechtsgeldige ondertekending van het Programma van Eisen wordt akkoord gegaan met het voldoen aan alle opgenomen eisen.
(…)
6.3.
Gunningscriteria kwaliteit
(…)
Indien blijkt dat hetgeen de Inschrijver verklaard dan wel geoffreerd heeft onjuist is, heeft de Opdrachtgever het recht de Inschrijver van deelname uit te sluiten, dan wel, indien de Overeenkomst reeds afgesloten is, de Overeenkomst met onmiddellijke ingang te ontbinden. Opdrachtgever heeft vervolgens de mogelijkheid het traject voort te zetten met de Inschrijver die als 2e , 3e etc. is geëindigd. Zie tevens hoofdstuk wachtkamer 4.8.18.
6.4.
Wijze van beoordelen
De beoordelingsprocedure bestaat uit de volgende stappen.
In bijlage 6 zijn de eisen opgenomen die ERASMUS MC stelt aan de Opdracht en aan de prijsstelling. Het niet voldoen aan één of meerdere eisen betekent Uitsluiting van verdere beoordeling en de Inschrijving valt in dat geval af. Indien de Inschrijver hieraan voldoet, wordt de Inschrijving, zonder kennis te hebben van de prijs, beoordeeld op de Gunningscriteria kwaliteit zoals opgenomen onder paragraaf 6.3."
3.3.
Bijlage 6 van het Aanbestedingsdocument (
"Exceldocument_Multimedia OK_IK DEF."), tabblad
"Eisen", ofwel het Programma van Eisen (hierna 'PvE') vermeldt onder meer:
"
Aan alle in dit hoofdstuik gestelde eisen voor de levering van de genoemde producten, dient voldaan te worden. Het niet voldoen aan één of meerdere eisen leidt tot uitsluiting van de procedure.
1.
Algemeen
Akkoord
1.1
Inschrijver voorziet de aanbieding van documentatie van de aangeboden oplossing cq. apparatuur digitaal. Merk en type van de hardware dienen gespecificeerd te zijn. De gehele aanbieding dient digitaal aangeleverd te worden via TenderNed.
(…)
(…)
1.4.
U dient in het prijzenblad per benoemd onderdeel, op componentniveau uw aanbieding te specificeren. U dient hier de groen gemarkeerde velden voor te gebruiken die onder ieder onderdeel zijn weergegeven. De componenten dienen te zijn voorzien met vermelding van merk, type en stuksprijs. Het model rekent vervolgens de stuksprijzen van de componenten door naar de prijzen per onderdeel.
(…)
(…)
(…)
5.
PACS2 opname door het multimediasysteem als modaliteit
Akkoord
(…)
(…)
5.3.
In het geval van een stroomstoring of andere storing in het systeem dienen de opgenomen beelden op de tussenopslag bewaard te blijven en dienen deze later alsnog naar het PACS2 systeem verzonden te kunnen worden. Hierbij is opslag per OK gewenst.
(…)
(…)
(…)
12.
Beeldschermen
Akkoord
12.1
U neemt de volgende medisch gecertificeerde beeldschermen in uw aanbieding op (conform de EN 60601-1/60601-1-2, medisch gecertificeerd), afmeting 24" inch, DVI aansluiting met HDMI 2.0 comliancy: 1920x1200P60, 8 bits 4:4:4 RGB volgens VESA standaarden en 1080P60 volgens SMPTE 424M 10 bits 4:2:2 Ycbcr). Monitor moet 1920x1200 native zijn.
- voor de uniforme, laser, video OK's, thorax OK's, per OK 3 stuks, waarbij elk beeldscherm aan één pendelarm bevestigd dient te worden.
- voor de hybride OK 2, 3 stuks, waarbij de beeldschermen aan de pendels (2x) bevestigd dienen te worden.
- voor de hybride OK 26, 7 stuks, waarbij 3 beeldschermen aan de pendels (2x) en 2x twee beeldschermen aan de wand bevestigd dienen te worden.
- voor de interventie OK's (IK1,2,EFO1,2), 3 stuks, die aan de wand bevestigd dienen te worden.
- voor de inleidruimte van thorax OK's (2 van de 4), 1x beeldscherm aan de wand bevestigd dient te worden.
12.2
U dient uit te gaan van een geintegreerde decoder in de beeldschermen. U dient als alternatief optioneel mee te nemen (zie prijzenblad - opties) wat de benodigde componenten en minderkosten zijn voor het leveren van de beeldschermen, waar een decoder op is gemonteerd. Hierbij dient een oplossing te worden geboden voor het voorkomen van stofvorming en eenvoudige schoonmaakbaarheid (vb. afdekkap).
(…)
(…)
12.5
Geef de specificaties van het door u geoffreerde beeldscherm en neem de originele datasheet op volgens codering 'tabblad inhoudsopgave'.
(…)
(…)
12.11
Geef de specificaties (waaronder de afmetingen lxbxh) van de door u geoffreerde beeldschermen inclusief voedingen en inclusief het alternatief (beelscherm met gemonteerde decoder). Originele datasheet documenten toevoegen van de leverancier.
(…)
(…)
"
3.4.
Op de aanbesteding hebben drie partijen ingeschreven, onder wie Brainlab en Inter Visuals.
3.5.
Bij brief van 19 januari 2017 heeft Erasmus MC aan Brainlab bericht dat de inschrijving van Inter Visual als de economisch meest voordelige is aangemerkt en dat zij voornemens is de opdracht aan Inter Visuals te gunnen, alsmede dat de inschrijving van Brainlab op de tweede plaats is geëindigd.
3.6.
Bij brief van 6 februari 2017 heeft Brainlab bezwaar gemaakt tegen de gunningsbeslissing. In reactie hierop heeft Erasmus MC medegedeeld de bezwaartermijn op te schorten tot en met 21 februari 2017. Vervolgens heeft Erasmus MC op 16 februari 2017 aan Brainlab bericht geen reden te zien om de gunningsbeslissing te heroverwegen.

4.Het geschil

4.1.
Brainlab vordert - zakelijk weergegeven - Erasmus MC, op straffe van verbeurte van een dwangsom, te:
primair
( i) gebieden de gunningsbeslissing in te trekken;
(ii) verbieden de opdracht te gunnen aan een ander dan Brainlab;
(iii) gebieden de opdracht te gunnen aan Brainlab;
subsidiair
( i) gebieden de gunningsbeslissing in te trekken;
(ii) gebieden om de proof of concept (hierna 'POC') te laten uitvoeren door een onafhankelijke deskundige en de resultaten van de POC kenbaar te maken aan alle inschrijvers;
(iii) gebieden om - voor zover uit de POC blijkt dat de in de inschrijving van Inter Visuals aangeboden producten niet voldoen aan één of meer van de gestelde eisen - Inter Visuals uit te sluiten van de aanbesteding en de opdracht te gunnen aan Brainlab;
meer subsidiair
( i) gebieden de gunningsbeslissing in te trekken;
(ii) gebieden over te gaan tot heraanbesteding van de opdracht;
een en ander met veroordeling van Erasmus MC in de proces- en nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
4.2.
Daartoe voert Brainlab - samengevat - het volgende aan.
De inschrijving van Inter Visuals voldoet niet aan de in het PvE onder 1.1, 1.4, 5.3, 12.1, 12.5 en 12.11 vermelde eisen die worden gesteld aan de te leveren producten c.q. diensten. Dit brengt mee dat Inter Visuals moet worden uitgesloten van verdere deelname aan de aanbesteding en dat de inschrijving van Brainlab als eerste eindigt.
4.3.
Erasmus MC en Inter Visuals voeren gemotiveerd verweer, dat - voor zover nodig - hierna, zal worden besproken.
4.4.
Inter Visuals vordert Erasmus MC te verbieden de opdracht te gunnen aan een ander dan aan haar en Brainlab te gebieden te gehengen en gedogen dat de opdracht definitief wordt gegund aan Inter Visuals, met veroordeling van Brainlab in de proces- en nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
4.5.
Verkort weergegeven stelt Inter Visuals daartoe dat Erasmus MC op goede gronden voornemens is de opdracht aan haar te gunnen.
4.6.
Voor zover nodig zullen de standpunten van Brainlab en Erasmus MC met betrekking tot de vorderingen van Inter Visuals hierna worden besproken.

5.De beoordeling van het geschil

Met betrekking tot de vordering van Brainlab
Eisen 1.1, 1.4, 12.1, 12.5 en 12.11
5.1.
Ingevolge de in het PvE onder 12.1 vermelde eis, in verbinding met eis 12.2, moet door de inschrijvers een medisch gecertificeerd beeldscherm van 24" inch, met een geïntegreerde decoder, worden aangeboden. Brainlab stelt zich op het standpunt dat de inschrijving van Inter Visuals niet voldoet aan die eis en daaraan ook niet kan voldoen, aangezien Inter Visuals heeft ingeschreven met een beeldscherm van Advantech met een decoder van Technolution en ten tijde van het sluiten van de inschrijvingstermijn een 24" inch, medisch gecertificeerd, beeldscherm van Advantech met een geïntegreerde decorder (van Technolution) niet op de markt verkrijgbaar was. Daarmee kan de inschrijving van Inter Visuals - volgens Brainlab - ook niet hebben voldaan aan de in het PvE onder 1.1, 1.4, 12.5 en 12.11 gestelde eisen, waarin om documentatie, specificaties, het merk, het type en originele datasheets wordt verzocht met betrekking tot het aangeboden beeldscherm. Van een niet bestaand product kan dat immers niet, aldus Brainlab.
5.2.
Op zichzelf is niet in geschil dat Inter Visuals - ter voldoening aan eis 12.1 - heeft ingeschreven met een beeldscherm, met een geïntegreerde decoder, dat op het moment van de inschrijving nog niet beschikbaar was op de markt en derhalve ook nog niet medisch gecertificeerd was. Volgens Erasmus MC en Inter Visuals is dat echter niet relevant, omdat sprake is van een 'uitvoeringseis', zodat daaraan pas behoeft te worden voldaan op het moment van de uitvoering van de opdracht.
5.3.
Daarmee is de kern van het geschil tussen partijen met betrekking tot de onderhavige eisen gegeven: is sprake van eisen waaraan moet (kunnen) zijn voldaan op het moment van de inschrijving, of van uitvoeringseisen. De voorzieningenrechter overweegt daarover het volgende.
5.4.
De in geschil zijnde eisen staan vermeld in het PvE. Blijkens de "Begrippenlijst" van het Aanbestedingsdocument zijn in het PvE opgenomen de specificaties waaraan de te leveren prestaties/producten moeten voldoen
op het moment van de levering, dan wel de acceptatie van de levering. Voorts geeft het PvE zelf - voorafgaand aan de vermelding van de afzonderlijke eisen - uitdrukkelijk aan dat het gaat om eisen die worden gesteld aan
de leveringvan de producten. Uit het voorgaande volgt onmiskenbaar, althans duidelijk, dat in het PvE uitvoeringseisen zijn opgenomen, waaraan (dus) nog niet behoeft te worden voldaan op het moment van de inschrijving. Door op het PvE - ondertekend - aan te geven dat met alle eisen akkoord wordt gegaan, geeft een inschrijver enkel aan dat hij instemt met de eisen en dat hij te zijner tijd - bij de uitvoering van de opdracht - aan die eisen zal voldoen. Brainlab heeft het voorgaande - als behoorlijk geïnformeerd en normaal oplettend - inschrijver ook moeten (kunnen) begrijpen.
5.5.
Aan het voorgaande doet niet af het bepaalde in de paragrafen 4.4 en 4.5 van het Aanbestedingsdocument, waarop Brainlab zich beroept. Die paragrafen betreffen immers enkel de verificatie van de UEA, respectievelijk de toetsing aan de gunningseisen, terwijl uit het Aanbestedingsdocument niet kan worden afgeleid dat zij ook betrekking hebben op het PvE. Voorts kan Brainlab niet worden gevolgd in haar stelling dat het organiseren van een POC meebrengt dat geen sprake kan zijn van uitvoeringseisen. Uit hetgeen in paragraaf 4.8.18 van het Aanbestedingsdocument wordt vermeld omtrent de POC volgt dat in ieder geval niet. De POC is enkel bedoeld om de eisen en wensen van Erasmus MC na te lopen en om te bekijken of de fysieke apparatuur daadwerkelijk voldoet in de omgeving van het Erasmus MC. Mede bezien in het licht van hetgeen hiervoor onder 5.4 is overwogen, betekent dat echter nog niet dat tijdens de POC de uiteindelijk te leveren apparatuur moet worden gebruikt. Bovendien heeft Erasmus MC zich slechts het recht voorbehouden om de opdracht niet te gunnen aan de voorlopige winnaar van de aanbesteding indien de POC niet naar tevredenheid verloopt. Een plicht daartoe heeft zij dus niet op zich genomen. Hieruit volgt ook dat tijdens de POC nog niet behoeft te worden voldaan aan de eisen uit het PvE.
5.6.
Verder is van belang dat Inter Visuals door middel van ondertekening van het PvE heeft aangegeven akkoord te gaan met het voldoen aan alle daarin opgenomen eisen, alsmede dat Erasmus MC gemotiveerd heeft aangegeven dat Inter Visuals met betrekking tot het door haar te leveren beeldscherm documentatie, specificaties, het merk, het type en originele datasheets heeft verstrekt en dat daarvoor niet vereist is dat het beeldscherm (met een geïntegreerde decoder) al op de markt verkrijgbaar is, maar dat dat ook mogelijk is ten aanzien van een beeldscherm dat (in een vergevorderd stadium) van ontwikkeling is. Brainlab heeft dat niet (voldoende gemotiveerd) weersproken, zodat van de juistheid van die stelling zal worden uitgegaan. Voorts is niet aannemelijk geworden dat Inter Visuals bij de uitvoering van de opdracht niet in staat zal zijn het vereiste beeldscherm (met decoder) te leveren. Voor zover Brainlab dat heeft willen betogen, heeft zij dat - mede gelet op de gemotiveerde betwisting van Erasmus MC en Inter Visuals - onvoldoende onderbouwd. Overigens heeft Erasmus MC aangegeven dat zij zal overgaan tot ontbinding van de met Inter Visuals te sluiten opdracht indien te zijner tijd blijkt dat Inter Visuals niet voldoet aan de in het PvE gestelde eisen. Er is geen aanleiding te veronderstellen dat Erasmus MC die toezegging - in het voorkomende geval - niet zal nakomen.
Eis 5.3
5.7.
Volgens Brainlab voldoet de inschrijving van Inter Visuals niet aan eis 5.3, inhoudend dat opslag per operatiekamer gewenst is. Daartoe voert Brainlab aan dat het haar
uit de markt bekendis dat Inter Visuals daaraan niet kan voldoen, wat ook al uit eerdere aanbestedingen zou zijn gebleken. Erasmus MC en Inter Visuals hebben dat gemotiveerd bestreden. Gelet hierop kan - zonder nadere toelichting c.q. onderbouwing, die niet wordt gegeven - die ('kale') stelling van Brainlab niet voor juist worden gehouden.
5.8.
Voor zover Brainlab in het onderhavige verband heeft aangevoerd dat op grond van het prijsverschil tussen de inschrijvingen van Inter Visuals en Brainlab (van minimaal
€ 800.000,--) moet worden geconcludeerd dat Inter Visuals in haar inschrijving één opslag per twee of meer operatiekamers heeft aangeboden, in plaats van één opslag per operatiekamer, moet daaraan ook worden voorbijgegaan. Op grond van het enkele prijsverschil kan een dergelijke conclusie namelijk niet worden getrokken. Te minder nu Erasmus MC en Inter Visuals hebben gesteld dat Inter Visuals heeft ingeschreven met één opslag per operatiekamer en Erasmus MC naar voren heeft gebracht dat de opslagkosten in de inschrijving van Brainlab hoger zijn dan in die van Inter Visuals.
Belangenverstrengeling
5.9.
Tot slot stelt Brainlab zich op het standpunt dat Inter Visuals moet worden uitgesloten van deelneming aan de aanbesteding op grond van artikel 2.87 lid 1 onder e van de Aanbestedingswet 2012, wegens belangenverstrengeling in de zin van artikel 1.10b van die wet. Daarbij beroept zij zich op een e-mailbericht van Advantech van 6 maart 2017, waarin wordt aangegeven dat Advantech, Technolution en een
customereind 2016 zijn gestart met de ontwikkeling van een beeldscherm met een ingebouwde decoder. Volgens Brainlab blijkt uit het bericht weliswaar niet wie die
customeris, maar is het niet onaannemelijk dat daarmee Erasmus MC wordt bedoeld en dat die samenwerking betrekking heeft op de onderhavige aanbesteding. Erasmus MC heeft stellig betwist dat zij die
customeris. Mede gelet hierop moet worden vastgesteld dat Brainlab haar stelling niet voldoende heeft onderbouwd, zodat deze in het bestek van dit kort geding niet voor juist kan worden gehouden.
Afronding
5.10.
De slotsom is dat de vorderingen van Brainlab zullen worden afgewezen.
5.11.
Als de in het ongelijk gestelde partij zal Brainlab worden veroordeeld in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente zoals vermeld in het dictum. Voor een veroordeling in de nakosten bestaat geen grond, nu de kostenveroordeling ook voor de nakosten een executoriale titel oplevert (vgl. HR 19 maart 2010, ECLI: NL:HR:2010: BL1116).
Met betrekking tot de vorderingen van Inter Visuals
5.12.
In de stellingen van Erasmus MC ligt besloten dat zij nog steeds voornemens is verdere uitvoering te geven aan de gunningsbeslissing zoals kenbaar gemaakt in haar brief van 19 januari 2017. Bij die stand van zaken heeft Inter Visuals geen belang bij toewijzing van haar vorderingen. Deze zullen dan ook worden afgewezen.
5.13.
Als de in het ongelijk gestelde partij zal Inter Visuals in het kader van haar tegen Erasmus MC gerichte vordering worden veroordeeld in de kosten van de Erasmus MC. Deze kosten worden begroot op nihil, nu niet is gebleken dat Erasmus MC als gevolg van die vordering extra kosten heeft moeten maken. Ondanks de afwijzing moet Brainlab in haar verhouding tot Inter Visuals worden aangemerkt als de in het ongelijk gestelde partij. Het doel van Inter Visuals was immers te bewerkstelligen dat de gunningsbeslissing van 19 januari 2017 in stand blijft. Dat doel is bereikt. Brainlab zal dan ook worden veroordeeld in de proceskosten van Inter Visuals. Voor wat betreft de door Inter Visuals gevorderde nakosten wordt kortheidshalve verwezen naar hetgeen daarover is overwogen onder 5.11.

6.De beslissing

De voorzieningenrechter:
6.1.
wijst de vorderingen van Brainlab af;
6.2.
wijst de vorderingen van Inter Visuals af;
6.3.
veroordeelt Inter Visuals voor wat betreft de door haar ingestelde vordering tegen Erasmus MC in de kosten van Erasmus MC, die worden begroot op nihil;
6.4.
veroordeelt Brainlab in de overige proceskosten, tot op dit vonnis aan de zijde van zowel Erasmus MC als Inter Visuals (telkens) begroot op € 1.434,--, waarvan € 816,-- aan salaris advocaat en € 618,-- aan griffierecht, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na het uitspreken van dit vonnis;
6.5.
verklaart de kostenveroordelingen ten behoeve van Erasmus MC uitvoerbaar bij voorraad;
Dit vonnis is gewezen door mr. G.P. van Ham en in het openbaar uitgesproken op 25 april 2017.
jvl