ECLI:NL:RBDHA:2017:2742
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- T. Sleeswijk Visser-de Boer
- G.P. Kleijn
- L.B.M. Klein Tank
- Rechtspraak.nl
Beroep van de European Gaming and Betting Association tegen de vergunningverlening voor goededoelenloterijen
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 maart 2017 uitspraak gedaan in een beroep van de European Gaming and Betting Association (EGBA) tegen besluiten van de kansspelautoriteit. De EGBA, gevestigd in Brussel, heeft bezwaar gemaakt tegen de vergunningverlening aan vier vaste vergunninghouders voor het organiseren van goededoelenloterijen. De primaire besluiten, genomen op 25 november 2014, verleenden vergunningen aan de Nationale Postcode Loterij N.V., Vrienden Loterij N.V., BankGiro Loterij N.V. en Stichting Samenwerkende Non-Profit Loterijen. De EGBA stelde dat haar leden, die aanbieders van online kansspelen zijn, niet als belanghebbenden zijn aangemerkt, terwijl zij wel degelijk schade hebben geleden door de besluitvorming van de kansspelautoriteit.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de EGBA niet als rechtstreeks belanghebbende kan worden beschouwd, omdat de leden van de EGBA niet actief zijn op de Nederlandse kansspelmarkt en geen concrete plannen hebben om dat te worden. De rechtbank oordeelde dat de vergunningverlening aan de derde partijen onrechtmatig was, omdat er sprake was van een gesloten stelsel en geen transparante allocatieprocedure. De rechtbank heeft het beroep tegen de besluiten I gegrond verklaard en deze besluiten vernietigd, terwijl het beroep tegen de besluiten II ongegrond werd verklaard. De rechtbank heeft verweerder veroordeeld in de proceskosten van de EGBA en de betaalde griffierechten vergoed.