Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
Het afgesproken bedrag bedraagt € 320.000,--per procedure, waarvan € 150.000,-- kan worden toegerekend aan de werkzaamheden m.b.t. de geldigheid, € 75.000,-- aan de werkzaamheden m.b.t. de inbreuk, € 70.000,-- aan de werkzaamheden m.b.t. het FRAND-verweer en € 25.000,-- aan de werkzaamheden m.b.t. de inzagevordering ex artikel 843a Rv.”
mr. I. Werts, bijgestaan door mr. ir. F.A.T. van Looijengoed, octrooigemachtigde. Partijen hebben pleitnotities overgelegd. Ter zitting heeft de rechtbank Asus’ bezwaar dat Philips zich bij haar inbreukargumentatie te laat op conclusie 12 van het octrooi heeft beroepen toegewezen, zodat Philips’ stellingen dienaangaande in de akte nadere producties EP25 t/m 35 en in haar pleitnota buiten beschouwing worden gelaten. Het door Philips op haar beurt gemaakte bezwaar tegen het door Asus eerst ter zitting gedane beroep op het ontbreken van inventiviteit van conclusie 10 van EP 511 in het licht van document US 6,341,214 is ook toegewezen, zodat de stellingen dienaangaande (pleitnota Asus randnummers 145-146) eveneens buiten beschouwing worden gelaten. Voorts heeft de rechtbank naar aanleiding van door Asus opgeworpen bezwaren ter zitting geoordeeld:
- dat van de door Philips naar zitting meegenomen, maar in strijd met het VRO-reglement niet aangekondigde partij-deskundigen, dr. F. Shad ter zitting wél als deskundige het woord mag voeren, maar C. Fenton niet, nu Asus op de aanwezigheid van eerstgenoemde deskundige wel, maar laatstgenoemde deskundige niet bedacht hoefde zijn;
- dat alle door Philips overgelegde deskundigenverklaringen worden toegelaten omdat deze niet in strijd met het VRO-reglement en/of de goede procesorde worden geacht;
- dat de heer A. Lin, van wie niet bestreden is dat hij alle daartoe benodigde examens heeft behaald, als octrooigemachtigde voor Philips ter zitting het woord mag voeren.
2.De feiten
time.
codes. Each mobile station has one or more unique codes (at least within one cell), which enables the mobile station to only “listen” to the transmissions that are specifically intended for this mobile station.
uplinkdirection (from mobile station to base station), in the
downlinkdirection (from base station to mobile station) or in both directions.
dedicatedchannels and
sharedchannels.
dedicatedchannel is a channel which is assigned to one specific mobile station:
sharedchannel may be used by more than one mobile station:
logicalchannels,
transportchannels and
physicalchannels depending on their level in the hierarchy.
transmittedare processed first at the higher layers and passed via the channels to lower layers until finally transmitted via the physical layer of the radio interface. As is illustrated below,
logicalchannels are defined for passing data and control signals within Layer 2 of the software stack. Multiple logical channels are defined for different types of data, such as user data, hi-speed user data, paging control signals, broadcast control signals etc.
Transportchannels are one level lower in the hierarchy and are defined for passing data and control signals to Layer 1 of the software stack. Each transport channel is associated with one or more logical channels and supplements the associated logical channel(s) by adding signals that define the transport requirements, such as error coding and signal quality information.
Physicalchannels are lowest in the hierarchy. A physical channel may be associated with one or more transport channels (some physical channels have no associated higher level channels but only carry low-level signals). For transmitting, a physical channel supplements the associated transport channel(s) by adding signals that define the physical resources for the transmission, such as frequencies, codes, and power level.
receivinga transmission, the received data and control signals are processed at the lower layers first and passed via the channels to higher layers.
Dedicated Physical Control Channel(DPCCH)
control informationsuch as power control commands, i.e. commands that instruct the mobile station or the base station to increase or decrease its transmission power (see below). Different DPCCHs may be defined for
uplinkand
downlinktransmission. The DPCCH is always configured when a radio connection is established between a mobile station and a base station (i.e. when the mobile station is in contact with a base station). This is even the case when there is no actual data being transmitted (i.e. when the user is not actively using his mobile telephone).
Dedicated Physical Data Channel(DPDCH)
uplinkand the
downlinkdirections. Unlike the DPCCH, the DPDCH is only configured when actual data transmission occurs between a base station and a mobile station (i.e. when the user is actively using his mobile telephone). In that case, several DPDCHs can be configured at the same time.
downloading, i.e. from the base station to the mobile station. The protocol is built onto the existing UMTS technology and is aimed at providing increased data transfer speeds.
sharedchannels. The reason for this is that downloading typically does not involve
continuousdata transmission, but intensive data transmission for a short period of time (
bursty), i.e. only when a mobile station needs new data from a base station (for example, when the user requests to view a webpage on his mobile). Assigning a dedicated channel to each mobile station for such data transmissions would result in inefficient use of the available capacity, hence the use of shared channels.
sharedphysical channels in HSDPA include:
High Speed Physical Downlink Shared Channel(HS-PDSCH)
downlinkchannel that is shared between multiple mobile stations. The channel is used to transmit data from the base station to the mobile station at a high transmission rate, such as internet pages requested by the mobile station.
Fractional Dedicated Physical Control Channel(F-DPCH)
downlinkchannel that is used by the base station to transmit control information to the mobile station during HSDPA transmission, such as power control commands (see below).
High Speed Shared Control Channel(HS-SCCH)
downlinkchannel that is used by the base station to transmit control information to the mobile station that is specifically related to HS-PDSCH transmission. The control information includes, for example, information to indicate to a mobile station that it is scheduled to receive data from a base station.
dedicatedchannel, i.e. the HS-DPCCH.
High Speed Dedicated Physical Control Channel(HS-DPCCH)
uplinkchannel that carries feedback information from a mobile station to a base station. This feedback information includes ACK/NACK signals with respect to a previous HS-PDSCH transmission (see below).
uplinktransmission, i.e. from the mobile station to the base station. Like HSDPA, also the HSUPA-protocol is built onto the existing UMTS technology and is aimed at providing increased data transfer speeds. HSUPA allows, for example, faster uploading of pictures or videos made by the user with his mobile telephone.
dedicatedchannels:
Enhanced Dedicated Physical Data Channel(E-DPDCH):
Enhanced Dedicated Physical Control Channel(E-DPCCH)
reduceor to
increaseits transmission power (see diagram above). The instruction is typically provided in the form of a “Transmit Power Control” (TPC) command, which in the case of uplink power control, is sent by the base station to the mobile station via a downlink control channel.
tF) a data block comprising information symbols (
I) and parity check symbols (
C) and control means (150) responsive to an indication of a reduction in channel quality according to a first criterion for decreasing the data transmit power and responsive to an indication within the predetermined time period of an increase in channel quality according to a second criterion for increasing the data transmit power.
P2).
I) and parity check symbols (
C), and, in response to an indication of a reduction in channel quality according to a first criterion (520), decreasing the data transmit power (530) and, in response to an indication within the predetermined time period (550) of an increase in channel quality according to a second criterion (560), increasing the data transmit power (570).
P2).
tF), welk datablok informatiesymbolen (
I) omvat en pariteitchecksymbolen (
C), en regelmiddelen (150) die reageren op een aanwijzing van een teruggang in kanaalkwaliteit volgens een eerste criterium voor het reduceren van het datazendvermogen en die reageren op een aanwijzing binnen de vooraf vastgestelde tijdperiode van een verhoging in kanaalkwaliteit volgens een tweede criterium voor het verhogen van het datazendvermogen.
P2) te verhogen.
I) en pariteitchecksymbolen (
C) bevat en, in reactie op een aanwijzing van een teruggang in kanaalkwaliteit volgens een eerste criterium (520), het verminderen van het datazendvermogen (530) en, in reactie op een aanwijzing binnen de vooraf vastgestelde tijdperiode (550) van een verhoging van kanaalkwaliteit volgens een tweede criterium (560), het verhogen van het datazendvermogen (570).
P2) te verhogen.
P1occurs, may take one of many forms. Some examples are:
e) receipt of a TPC command which, if obeyed, would increase transmit power or short term mean transmit power above a predetermined transmit power level
P2.
[0034]The second criterion, for determining when to increase the transmit power and if appropriate resume the full tracking of the variations in channel quality by the transmit power level, may take one of several forms. Some examples are as follows:
uplink) en via een tweede kanaal 260 worden radiosignalen verzonden van het basisstation naar het mobiele station (
downlink) (vgl. het Octrooi, kolom 3 regel 55-kolom 4, regel 29 [dat is [0024] hierboven, Rb].
power control(vermogensbesturing) van de radiosignalen, d.w.z. op de besturing van het vermogen (of de sterkte) waarmee radiosignalen in het communicatiesysteem worden verzonden. Vermogensbesturing kan zowel plaatsvinden met betrekking tot het signaal dat door een mobiel station (
uplink) aan een basisstation wordt verzonden, als met betrekking tot het signaal dat door een basisstation (
downlink) aan een mobiel station wordt verzonden. Hier zal de vermogensbesturing worden besproken van de
uplink-signalen.
uplink-signalen dienen voldoende vermogen te hebben voor een goede ontvangst van het signaal door het basisstation, waardoor de foutmarge in de ontvangen data zo klein mogelijk blijft. Anderzijds dient het vermogen van deze
uplink-signalen niet te hoog te zijn om interferentie met zwakkere signalen van andere mobiele stations te voorkomen.
uplink-transmissie in een gesloten lus te doen plaatsvinden (
“uplink closed loop power control”). Dit werkte in hoofdlijnen als volgt:
- het mobiele station zendt aan het basisstation een zgn. ‘pilootsignaal’ (
- het basisstation meet de kwaliteit van het ontvangen pilootsignaal (te sterk/te zwak?);
- op basis van deze meting, stelt het basisstation een vermogensbesturingscommando op (
- het basisstation zendt het TPC-commando vervolgens aan het mobiele station;
- op basis van het ontvangen TPC-commando past het mobiele station het vermogen van de transmissie naar het basisstation aan [voetnoot, Rb]
measures the quality of a signal received from a first transceiver station[bijv. een mobiel station; adv.]
and then issues TPC commands to the first transceiver station to either raise or lower its transmit power as appropriate. [..] Typically the measurement of signal quality is made on a pilot signal transmitted in multiplex with the desired information signal. The TPC commands may be binary ones and zeros corresponding respectively to “increase’ or “decrease” power.”
verslechtert, het transmissievermogen op basis van de TPC commando’s wordt
verhoogd– om aldus de slechte kwaliteit van het
uplink-kanaal te compenseren –. Anderzijds, wanneer de kanaalkwaliteit
verbetert, wordt in dit conventionele systeem het transmissievermogen op basis van de TPC commando’s
verlaagd. Deze inverse relatie tussen kanaalkwaliteit en transmissievermogen wordt getoond in Figuur 2 (kanaalkwaliteit) en Figuur 3 (transmissievermogen) van het Octrooi:
a data block comprising information symbols and parity check symbols”, vgl. kolom 12, regels 43-44) en dat bij
verslechteringvan de kanaalkwaliteit (zoals bijvoorbeeld door het basisstation wordt aangegeven via de TPC-commando’s), het datazendvermogen niet
verhoogtmaar juist
verlaagt, wanneer aan een
eerste criteriumvoor het verlagen van het zendvermogen wordt voldaan. Bij een
verbeteringvan de kanaalkwaliteit, gaat het radiostation vervolgens over tot een
verhogingvan het datazendvermogen, wanneer het heeft vastgesteld dat is voldaan aan een
tweede criteriumvoor het verhogen van het zendvermogen. Vgl. het Octrooi, kolom 2, regels 16-26:
eerstecriterium volgens conclusie 1) het datazendvermogen tot niveau P1.
tweedecriterium voor het verhogen van het transmissievermogen, verhoogt het mobiele station het zendvermogen weer. In het voorbeeld van Figuur 4 gebeurt dit op tijdstip t2.
During operation of the first radio station 100 after decreasing the transmit power following the first criterion being met, and before the second criterion is met, any control signal transmitted by the first station 100 may be [..] continued with varying power to continue to track the changes in channel quality to some extent [..]”
tijdelijke uitzonderingop het reguliere vermogensbesturingsschema volgens de stand der techniek. Die uitzondering voorkomt dat een mobiel station bij een steeds verslechterende kanaalkwaliteit met een excessief transmissievermogen gaat verzenden. Daartoe wordt door de regelmiddelen in het mobiele station een eerste resp. tweede criterium toegepast, voor het verlagen resp. verhogen van het datazendvermogen.
In plaats van het datazendvermogensteeds verder te verhogenals de kanaalkwaliteitverder verslechtert, stelt het Octrooi voordat de regelmiddelen van het radiostation in reactie op een aanwijzing van een teruggang in de kanaalkwaliteit volgens een eerste criterium het datazendvermogen verlagen.”[..]
Forward CDMA Channel.A CDMA Channel from a base station to mobile stations. The
Reverse CDMA Channel.The CDMA Channel from the mobile station to the base station.
Channel Structures
Reverse Supplemental Channel.A portion of a Radio Configuration 3 through 6 Reverse
The Reverse Supplemental Channel applies to Radio Configurations 3 through 6 only.
Transmit SCH Requestfrom the MAC Layer, the mobile
uplinkzendvermogen (van mobiel station naar basisstation) en de besturing daarvan, onder meer:
Blz. 2-46, paragraaf 2.1.2.3.2 “Closed Loop Output Power”:
10 For closed loop correction on the Reverse Traffic Channel (with respect to the open loop
11 estimate), the mobile station shall adjust its mean output power level in response to each
12 valid power control bit (see 3.1.3.1.10) received on the Forward Fundamental Channel or
13 the Forward Dedicated Control Channel.
- Blz. 2-47 (zelfde paragraaf):
26 For the Reverse Traffic Channel with Radio Configuration 3 through 6, if the mobile station
27 is unable to transmit at the requested output power level, it shall reduce the data rate on
28 the Reverse Fundamental Channel, or reduce the transmission power or terminate
29 transmission on at least one of the following code channels that are active: the Reverse
30 Fundamental Channel, the Reverse Supplemental Channels, or the Reverse Dedicated
31 Control Channel. The mobile station shall perform this action not later than the 20 ms
32 frame boundary occurring no later than 40 ms after determining that the mobile station is
33 unable to transmit at the requested output power level. The mobile station should attempt
34 to reduce the transmission power, the data rate, or terminate transmission first on the code
35 channel with the lowest priority. The mobile station shall transmit at the commanded
36 output power level on the Reverse Pilot Channel.
3.Het geschil
in conventie in de hoofdzaak en in het incident tot het treffen van een provisionele voorziening
,subsidiair op deze conclusies volgens het hulpverzoek, nu die conclusies in dat protocol van de UMTS-standaard worden toegepast.
4.De beoordeling
geldigheid van EP 511
tF), welk datablok informatiesymbolen (
I) omvat en pariteitchecksymbolen (
C), en
if the mobile station is unable to transmit at the requested output power level, it shall(…)
reduce the transmission power(…)
on at least one of the following code channels that are active:(…)
the Reverse Supplemental Channels(…)”. Volgens Asus zal de gemiddelde vakman [16] begrijpen dat met “
unable tot transmit at the requested output level” mede wordt bedoeld de situatie waarin het mobiele station niet is toegestaan met een hoger zendvermogen te opereren, hetgeen zich bijvoorbeeld voordoet als het opvolgen van een power control bit ter verhoging van het zendvermogen ertoe zou leiden dat het mobiele station het maximale zendvermogen zou overschrijden. Philips heeft niets aangevoerd waaruit blijkt dat die lezing niet kan worden gevolgd. Integendeel, Philips’ deskundige Vojcic bevestigt die lezing juist (EP36, randnummer 10). Ook kenmerk 2 wordt dus in de 3GPP2 standaard geopenbaard.
the mobile station shall not exceed the maximum specified power levels under any circumstances”. Philips heeft daarop niet meer gereageerd. Haar betoog dat (tijdelijke) overschrijding van het maximum zendvermogen door het mobiele station mogelijk is, wordt dan ook verworpen. In de laatste zin van bovenstaande passage uit de 3GPP2 standaard leest de vakman verder dat het mobiele station signalen op het Reverse Pilot Channel vermogensbestuurd moet blijven uitzenden en de power control bits met het zendvermogen op dit kanaal dus moet blijven opvolgen. Gegeven het feit dat het mobiele station elk tijdslot van 1,25 ms een power control bit ontvangt en daarop het zendvermogen per slot aanpast, begrijpt de vakman dat wanneer als gevolg van het opvolgen van een ‘0’ power control bit (TPC-up commando) het maximum zendvermogen binnen het tijdvak van een dataframe zou worden overschreden, er logischerwijs geen andere mogelijkheid is dan dat het zendvermogen van één (of meer) van de op blz. 2-47 genoemde code channels, waaronder Reverse Supplemental Channels, onmiddellijk, dat wil zeggen in het eerstvolgende slot wordt verlaagd. Als dat niet zou gebeuren, zou het mobiele station immers niet kunnen voldoen aan het voorschrift uit de laatste zin dat het Reverse Pilot Channel vermogensbestuurd blijft opereren.
The mobile station shall perform this action not later than the 20 ms frame boundary occurring no later than 40 ms after determining that the mobile station is unable to transmit at the requested output power level” volgt dat de verlaging van het zendvermogen pas hoeft plaats te vinden aan het einde van het (huidige of daaropvolgende) frame en dat de 3GPP2 standaard niet openbaart dat de relative gain van (onder meer) het Reverse Supplemental Channel op slotbasis kan worden aangepast, treft geen doel. Asus heeft er terecht op gewezen dat de door Philips bedoelde zin terugslaat op alle daarvoor beschreven maatregelen, waaronder ook het verlagen van de datasnelheid (“
reduce the datarate”) op het Reverse Fundamental Channel. Niet in geschil is dat de vakman weet dat het verlagen van de datasnelheid enkel op de framegrens van het datablok kan worden uitgevoerd (zie ook blz. 2-157 in r.o. 2.11.5 van de 3GPP2 standaard). De woorden “
not later than(...)
the frame boundary” zal de vakman dan ook in dat licht bezien en zonder meer betrekken op de verlaging van de datarate. Voor de vakman is evenwel duidelijk - en de woorden “
not later than” staan daaraan geenszins in de weg - dat het mobiele station al vóór de framegrens maatregelen moet nemen als het
binneneen dataframe het maximum uitzendniveau bereikt en een power control bit krijgt ter verdere verhoging van het zendvermogen. Gelet op wat in r.o. 4.8 is overwogen, weet de vakman dat verlaging van het zendvermogen in dat geval noodzakelijkerwijs al in het eerstvolgende slot moet plaatsvinden. Met andere woorden: als het voor het Reverse Pilot Channel (verplichte) opvolgen van een power control bit zou leiden tot overschrijding van het totale maximumzendvermogen binnen een dataframe, kan het - gegeven de harde maximum grens van dat vermogen - niet anders dan dat de relative gain van één of meer van de genoemde code channels, waaronder het Reverse Supplemental Channel, in het eerstvolgende slot van het dataframe wordt aangepast. Dit betekent dat het zendvermogen van dat kanaal/die kanalen niet met dat van de Reverse Pilot Channel meestijgt maar juist daalt, zodanig dat het totale zendvermogen van het mobiele station het maximum niet overschrijdt. Aldus openbaart de 3GPP2 standaard dat het mobiele station binnen de vooraf vastgestelde tijdperiode op de in kenmerk 2 van conclusie 1 bedoelde aanwijzing reageert.
The mobile station shall maintain the mean code channel power/mean pilot channel power(…)
within the number specified by(…)”. De vakman zal dan ook begrijpen dat het niet handhaven van de offset op de op blz. 2-53 voorgeschreven wijze binnen een dataframe alleen aan de orde is onder de op blz. 2-47 genoemde voorwaarde: “
if the mobile station is unable to transmit at the requested outputpower”. Dat impliceert logischerwijs dat het verlaagde zendvermogen weer zal worden verhoogd zodra het mobiele station niet langer “unable”’ is om op het verzochte vermogen uit te zenden. Dat zal gebeuren wanneer het mobiele station als gevolg van een verbeterde kanaalkwaliteit ‘1’ power control bits (TPC-down commando’s) van het basisstation ontvangt en weer onder het maximum uitzendniveau gaat uitzenden. De vakman zal begrijpen dat wanneer de ruimte daartoe ontstaat doordat het vermogen van de Reverse Pilot Channel weer verlaagd wordt, het mobiele station de offset tussen het vermogen van de Reverse Pilot Channel en dat van het betrokken code channel nog in hetzelfde dataframe weer terug zal brengen naar het oorspronkelijke niveau (veranderingen in de waarde van de offset op basis van bijvoorbeeld een eventuele verandering in datarate zijn op dat moment immers niet aan de orde). Bovendien volgt uit wat partijen hebben aangevoerd dat de gemiddelde vakman op de prioriteitsdatum wist dat het verlagen van het verzendvermogen binnen een frame de kans op het verlies van data vergroot. [17] Asus kan dan ook worden gevolgd in haar betoog dat het (onmiddellijk) terugbrengen van de offset op de oorspronkelijke waarde voor de vakman vanzelfsprekend zou zijn, omdat daarmee de kans dat het datablok goed wordt ontvangen dan niet verder wordt verkleind dan strikt noodzakelijk is. Dat kenmerk 3 aldus uit de 3GPP2 standaard is af te leiden, wordt onderstreept door Philips’ eigen lezing van de UMTS standaard. Ten betoge dat het derde kenmerk uit conclusie 1 in die standaard is opgenomen, heeft Philips in randnummer 63 van de dagvaarding het volgende gesteld:
verlagen. Naar aanleiding hiervan vermindert resp. schrapt het mobiele station de schaalfactor van de
gain factorvoor de E-DPDCHs, waarbij het datazendvermogen van de E-DPDCHs weer wordt
verhoogd, een en ander op voorwaarde dat het maximaal toelaatbare zendvermogen hierdoor niet wordt overschreden (Vgl. TS 125 214, paragraaf 5.1.2.6). Het mobiele station reageert aldus op een aanwijzing van een verhoging in kanaalkwaliteit volgens een tweede criterium voor het verhogen van het datazendvermogen, zodat ook aan het derde kenmerk van conclusie 1 wordt voldaan.”
verlagenvan het totale zendvermogen van het mobiele station in geval het maximale toegestane uitzendniveau zou worden overschreden. Een subsequente
verhogingvan het zendvermogen bij verbetering van de kanaalkwaliteit binnen het vooraf bepaalde tijdvak van een dataframe is niet expliciet in deze paragraaf opgenomen, maar deze verhoging betreft volgens Philips kennelijk een logische gevolgtrekking, evenals dus bij de 3GPP2 standaard het geval is. Het betoog van Philips dat kenmerk 3 van conclusie 1 niet door de 3GPP2 standaard wordt geopenbaard, stuit op al het voorgaande af.
geldigheid(in totaal € 150.000,-) bij helfte over de procedure in de hoofdzaak in conventie en de procedure in reconventie verdelen, derhalve € 75.000,- per procedure. De kosten in de hoofdzaak in conventie (geldigheid, inbreuk en FRAND-verweer) bedragen dan in totaal € 220.000,- (€ 75.000,- + € 75.000 + € 70.000,-) en de kosten voor het exhibitie incident, conform opgave, € 25.000,-. Voor de kostenveroordeling betekent dit het volgende.