ECLI:NL:RBDHA:2017:15263
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en overdracht aan Italië onder de Dublinverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 december 2017 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Senegalese nationaliteitdrager, een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd heeft aangevraagd. De aanvraag is door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling genomen, omdat Italië verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van de aanvraag op basis van de Dublinverordening. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 7 december 2017 heeft eiser zijn standpunt toegelicht, waarbij hij aanvoert dat verweerder ten onrechte geen gebruik heeft gemaakt van de discretionaire bevoegdheid om zijn aanvraag in behandeling te nemen. Eiser betoogt dat hij niet kan worden overgedragen aan Italië, omdat Italië het claimverzoek niet expliciet heeft geaccepteerd en dat hij in Italië geen opvang zal krijgen. De rechtbank heeft overwogen dat de informatie uit het Eurodac-systeem, waaruit blijkt dat eiser eerder in Italië een asielaanvraag heeft ingediend, voldoende is om de overdracht aan Italië te rechtvaardigen. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris terecht heeft gesteld dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag en dat de overdracht aan Italië kan plaatsvinden, ondanks de zorgen over de situatie in Italië. Het beroep van eiser is ongegrond verklaard.