ECLI:NL:RBDHA:2017:12455
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag wijziging verblijfsvergunning regulier en intrekking verblijfsvergunning op basis van huiselijk geweld en medische omstandigheden
Op 30 oktober 2017 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres, een Ghanese vrouw, en de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. Eiseres had een aanvraag ingediend om haar verblijfsvergunning regulier te wijzigen van de beperking 'verblijf bij partner' naar 'niet-tijdelijke humanitaire gronden'. De aanvraag werd afgewezen en de bestaande verblijfsvergunning werd ingetrokken. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris terecht had geconcludeerd dat eiseres niet voldeed aan de voorwaarden voor de vergunning, omdat haar relatie met haar partner op 17 oktober 2014 was ontwricht. Eiseres voerde aan dat deze ontwrichting het gevolg was van huiselijk geweld, maar de rechtbank oordeelde dat zij dit niet voldoende had onderbouwd met objectieve documenten.
Eiseres stelde ook dat haar dochter medische zorg nodig had in Nederland, maar de rechtbank vond dat de staatssecretaris niet verplicht was om een aanvraag voor medische behandeling af te wachten voordat de beslissing op de verblijfsvergunning werd genomen. De rechtbank concludeerde dat de staatssecretaris op goede gronden de aanvraag had afgewezen en de vergunning had ingetrokken, en dat er geen sprake was van bijzondere individuele omstandigheden die een ander oordeel rechtvaardigden. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en de rechtbank oordeelde dat de belangen van eiseres en haar dochter niet zwaarder wogen dan het algemeen belang van de staat.