ECLI:NL:RBDHA:2017:11861
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de geloofwaardigheid van het asielrelaas van een Iraanse vreemdeling met politieke activiteiten
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 17 oktober 2017, met zaaknummer AWB - 17/10317, is het beroep van eiser gegrond verklaard. Eiser, een Iraanse vreemdeling van Koerdische afkomst, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, die door de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie was afgewezen. De rechtbank oordeelde dat de afwijzing niet voldoende gemotiveerd was. Eiser had gesteld dat hij in Iran was opgepakt door de inlichtingendienst vanwege zijn politieke activiteiten voor de verboden partij Komala. De rechtbank vond dat verweerder onvoldoende had onderbouwd waarom de verklaringen van eiser over zijn politieke activiteiten ongeloofwaardig waren. Verweerder had zich beperkt tot een opsomming van elementen die hij vreemd vond, zonder gebruik te maken van relevante openbare bronnen die de situatie van de Komala en de Iraanse autoriteiten beschrijven. De rechtbank oordeelde dat het besluit van verweerder niet voldeed aan de eisen van een deugdelijke en controleerbare motivering. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit en droeg verweerder op om een nieuw besluit te nemen, waarbij de door eiser ingebrachte informatie in acht genomen moest worden. Tevens werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 990,00.