Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.De feiten
“aan allen die wonen of vertoeven in het pand: [adres 1] en aangrenzende garage”als volgt bericht:
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 januari 2017 uitspraak gedaan in een kort geding waarin de eiser, een kraker, vorderingen heeft ingesteld tegen de Staat der Nederlanden. De eiser vorderde een verbod op de strafrechtelijke ontruiming van een pand dat hij bewoont, dat eigendom is van de Staat Curaçao. De Staat had aangekondigd het pand te ontruimen op 17 januari 2017, en de eiser stelde dat deze ontruiming in strijd was met zijn recht op toegang tot een onafhankelijke rechter en het huisrecht zoals beschermd door het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). De voorzieningenrechter oordeelde dat de belangen van de Staat en de eigenaar van het pand zwaarder wogen dan die van de eiser. De vordering van de eiser werd afgewezen, omdat niet aannemelijk was gemaakt dat zijn belang bij het blijven wonen in het pand moest prevaleren boven het belang van de Staat om een einde te maken aan een strafbare toestand. De voorzieningenrechter concludeerde dat de ontruiming rechtmatig was en dat de eiser geen bijzondere omstandigheden had aangevoerd die tot een andere afweging zouden leiden. De eiser werd bovendien veroordeeld in de proceskosten.